SR - Seinregelement (historisch overzicht sinds 1956)
Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springenInhoud
- 1 Hoofdstuk I — ALGEMENE BEPALINGEN [1]
- 2 Hoofdstuk II — VASTE SEINEN
- 2.1 A. Lichtseinen
- 2.2 B. Enkelvoudige armseinen
- 2.3 C. Enkelvoudige vertakkingsseinen
- 2.4 D. Vertakkingsseinen
- 2.5 E. Voorseinen
- 2.6 F. Waarschuwingslicht
- 2.7 G. Stopseinlantaren
- 2.8 H. Afsluitlantaren
- 2.9 J. Waarschuwingslantaren
- 2.10 K. Perronseinpaal
- 2.11 L. Aanwijspaal
- 2.12 M. Baken
- 2.13 N. Richtingaanwijzer
- 2.14 N. Bijzondere richtingsaanduidingen (SR'54 vervallen)
- 2.15 O. Seinen op waterkranen (SR'54 vervallen)
- 2.16 O. Wisselseinlantaren (SR'75)
- 2.17 P. Draaiseinbord
- 2.18 Q. Rangeerseinen
- 2.19 R. Herhalingssein
- 2.20 S. Weegbrug- en draaischijfsein
- 2.21 T. Seinen voor zware goederentreinen
- 2.22 U. Seinen voor het rijden door tunnels
- 2.23 V. Seinen voor treinen en rangeerdelen zonder ATB, die door tunnels moeten rijden (vervallen)
- 3 Hoofdstuk III — BORDEN
- 3.1 Stopbord
- 3.2 S-bord
- 3.3 R-bord
- 3.4 Stopplaatssein
- 3.5 Cijferbord
- 3.6 Verkenbord
- 3.7 Uitschakelbord
- 3.8 Inschakelbord
- 3.9 Stroomafnemer borden
- 3.10 Bord einde bovenleiding
- 3.11 Fluitborden
- 3.12 Snelheidsverminderingsbord
- 3.13 Snelheidsbord
- 3.14 Bord Beperkte snelheid (SR 1956)
- 3.15 Markering aki/ahob voor verkeerd spoorrijden (vervallen)
- 3.16 Baanvaksnelheidsbord
- 3.17 Bord Rijden opzicht
- 3.18 Bord Aankondiging overweg
- 3.19 Vertrekbord
- 3.20 Spanning-omschakelborden
- 3.21 Snelheidsbord trapeziumvormig (SR 1954 vervallen)
- 3.22 Bord VS
- 3.23 Snelheidsbord wissel (SR 1954 vervallen)
- 3.24 Snelheidsbord Overweg/Weegbrug
- 3.25 L-, A- en E-borden
- 3.26 Naderingsbord ATB
- 3.27 lnschakelbord ATB
- 3.28 Bord "(ATB-) code"
- 3.29 Uitschakelbord ATB
- 3.30 Codewisselsein
- 3.31 Blokbord
- 3.32 Kanaal-omschakelbord (vervallen)
- 3.33 Bord Einde beveiligd gebied
- 3.34 Snelheidsborden, alleen geldig voor goederentreinen
- 3.35 Bord Lichtsein(en) buiten dienst
- 3.36 Seinen anti-icinginstallatie
- 3.37 Opdrachtbord (per 1-10-2019)
- 4 Hoofdstuk IV — SEINEN OP TREINEN, RANGEERDELEN EN VOERTUIGEN
- 4.1 A. Frontseinen
- 4.2 B. Sluitseinen
- 4.3 C. Sein op rangerend krachtvoertuig
- 4.4 D. Sein op bezette voertuigen
- 4.5 E. Seinen op bijzondere voertuigen die niet zijn ingericht op het voeren van treinseinen
- 4.6 F. Gevaarsein
- 4.7 G. Frontsein met vier witte lichten t.b.v. werkzaamheden
- 4.8 . Vervallen seinen
- 4.8.1 A. Aanwijzing voorzijde en laatste voertuig van een trein en aanwijzing opdruklocomotief
- 4.8.2 B. Aankondiging van een buitengewone trein
- 4.8.3 C. Seinen op een buitengewone trein
- 4.8.4 D. Sein op rangerende locomotief en terugkerende opdruklocomotief
- 4.8.5 E. Sein op bezette voertuigen
- 4.8.6 F. Sein op voertuig met ontplofbare lading
- 4.8.7 G. Seinen op bijzondere voertuigen
- 5 Hoofdstuk V — ZICHTBARE SEINEN ZONDER VASTE PLAATS
- 6 Hoofdstuk VI — GELUIDSSEINEN
- 6.1 A. Klok- en wekkerseinen
- 6.2 B. Seinen door de machinist met de tyfoon of de fluit te geven
- 6.3 C. Waarschuwingsseinen, te geven met de mondfluit of een geluidsinstallatie, een witte vlag of een witflitslicht
- 6.4 F. Knalseinen
- 6.5 Vervallen seinen
- 6.5.1 A. Seinen met elektrische klokken of wekkers en de hoorn te geven door de wachters
- 6.5.2 B. Seinen door de machinist met de typhoon of fluit te geven
- 6.5.3 C. Seinen te geven met de mondfluit
- 6.5.4 D. Seinen bij het rangeren te geven met de hoorn of mondfluit
- 6.5.5 E. Remproefseinen
- 6.5.6 F. Knalseinen
- 7 HOOFDSTUK VII — OVERIGE SEINEN
- 8 HOOFDSTUK VIII — AANDUIDING VAN NIET IN DIENST GESTELDE EN VAN HET BUITEN DIENST GESTELD ZIJN VAN SEINEN
- 9 Seinen handboek machinist
- 10 Referenties
Hoofdstuk I — ALGEMENE BEPALINGEN [1]
Art 1
Geldigheid
voor welke spoorwegen (1) Dit reglement geldt voor alle door de N.V. Nederlandse Spoor wegen geëxploiteerde lijnen op welke de Spoorwegwet of de Locaalspoor- en Tramwegwet [2] van toepassing is, alsmede voor die spoorwegen welke de Minister, gehoord de hoofddirectie der N.V. Nederlandse Spoorwegen, aanwijst.
afwijkingen (2) De hoofddirectie is bevoegd: - a. Ten behoeve van proefnemingen afwijkingen van dit Reglement toe te staan;
- b. afwijkende voorschriften te geven in verband met de aan sluiting aan spoorwegen waarop het SR geldt, van:
- 1e. buitenlandse spoorwegen;
- 2e. lokaalspoorwegen met vereenvoudigde exploitatie, in dien hierop op grond van het RDHL art 7 (2) een van het SR afwijkende seingeving geldt;
- 3e. tramwegen, indien hierop op grond van het Tramwegreglement art 10 en art 95 bis een van het SR afwijkende seingeving geldt;
- 4e. raccordementen.
- 4e. raccordementen.
Art 2
Begripsomschrijvingen
vast sein Een vast sein is een sein, dat te allen tijde een beeld toont, dat in dit Reglement is omschreven en dat niet vrij verplaatsbaar is.
lichtsein Een lichtsein is een vast sein waarvan de beelden, zowel overdag als 's nachts worden getoond door één of meer lichten.
armsein Een armsein is een vast sein waarvan de beelden overdag worden getoond door één of meer seinarmen en 's nachts bovendien door één of meer lichten.
hoofdsein Een hoofdsein is een licht- of armsein dat "stop" kan tonen.
voorsein Een voorsein is een licht- of armsein dat aan een hoofdsein voorafgaat en geen "stop" kan tonen.
plaatselijke snelheid De plaatselijke snelheid is de baanvaksnelheid [3] met inachtneming van de plaatselijke snelheidsbeperkingen.
rijden op zicht Afhankelijk van zicht en beremming, rijden met een zodanige snelheid – echter niet hoger dan 30 km/ h – dat kan worden gestopt voor elk punt achter het sein waar "rijden op zicht" wordt opgelegd, in verband met mogelijk bezet spoor of ander kenbaar gevaar, dan wel voor het eerst volgende "stop" tonende sein.
ATB ATB is een systeem van automatische treinbeïnvloeding [4].
nacht Nacht is de tijd tussen een half uur na zonsondergang en een half uur voor zonsopgang.
tekst Een voorsein is een licht- of armsein dat aan een hoofdsein voorafgaat en geen "stop" kan tonen.
Art 3
Geven en opvolgen van seinen
seinbeelden ( 1) De omschrijving van de seinbeelden is bepalend; de afbeeldingen dienen slechts ter verduidelijking.
verbetering zichtbaarheid (2) Ter verbetering van de zichtbaarheid kunnen: - - seinen die door middel van lichten worden gegeven zijn voorzien van een achtergrondscherm;
- - borden zijn voorzien van een rand,die niet in de omschrijving is vermeld;
- - armen van seinen half rood/ half wit zijn geschilderd in plaats van rood.
waar tonen en geven (3) a. Devaste seinen zijn geplaatst rechts naast of boven het spoor waarvoor zij gelden. - Een uitzondering hierop vormen:
- - seinen geldend voor het linkerspoor op een baanvak met twee sporen;
- - seinen die door plaatselijke omstandigheden niet rechts kunnen staan.Deze seinen kunnen voorzien zijn van een pijl,die het spoor waarvoor zij gelden aangeeft.
- b. De overige seinen moeten aan diè zijde van het spoor worden getoond of gegeven, die voor de waarneming het gunstigst is.
Voorkomen verwarrende seingeving (4) Seinen moeten zo worden getoond of gegeven,dat daardoor geen misverstand kan ontstaan.
misbruik van seinen (5) Het is verboden: - - seinen anders te gebruiken dan in dit Reglement is omschreven;
- - anders dan op grond van het tweede lid art 1 seinen te gebruiken, die niet in dit Reglement zijn omschreven (met uitzondering van die seinen die bij het verschijnen van dit Reglement bestaan maar geen nieuwe toepassing meer vinden. Hun betekenis staat vermeld in het betrokken Bedieningsvoorschrift).
Zichtbaar sein of
geluidssein(6) Kan een sein als zichtbaar sein of als geluidssein worden gegeven, dan moeten, indien nodig, beide worden gegeven.
seinbeelden bij slecht zicht (7) a. De niet automatisch werkende lichtseinen moeten overdag en bij mist ook 's nachts op volle sterkte branden; overigens moeten zij s'nachts op verminderde sterkte branden. - b. Indien het zicht overdag minder is dan 300 m, moeten de armseinen het nachtseinbeeld tonen.
Wijze van gevolg geven aan vaste seinen (8) Ten aanzien van de seinbeelden, getoond door vaste seinen,geldt voor treinen en rangeerdelen het volgende: - a. De door een licht- of armsein of door een bord sein 317 gegeven opdracht of toestemming geldt vanaf dat sein totdat de trein of het rangeerdeel het volgende licht- of armsein heeft bereikt met inachtneming van eventueel doorseinen 313, 314 of 316 gegeven opdrachten c.q. toestemmingen.
Aan de opdracht "stop" moet zijn voldaan voordat het sein is bereikt. - b. Indien de machinist overdag en bij goed zicht ziet, dat het volgende voor hem geldende hoofdsein rijden toelaat met een hogere snelheid dan de trein rijdt en er zich tussen de trein of het rangeerdeel en het hoofdsein, dat genaderd wordt, geen wissels bevinden en de trein of het rangeerdeel in zijn geheel eventuele wissel bogen, die op dat ogenblik worden bereden, is gepasseerd, mag de snelheid direct worden verhoogd, met inachtneming van eventueel door seinen 313, 314 of 316 gegeven opdrachten c.q. toestemmingen.
- c. Indien ATB-cabineseinverbetering optreedt mag de snelheid met inachtneming van eventueel door seinen 313, 314of 316 gegeven opdrachten c.q. toestemmingen ,direct worden verhoogd nadat de trein of het rangeerdeel in zijn geheel eventuele wisselbogen die op dat ogenblik worden bereden, is gepasseerd.
- d. Het onder b. en c. vermelde geldt niet als de machinist de opdracht heeft gekregen om op zicht te rijden; in dat geval geldt het onder a. bepaalde.
- e. Indien de machinist na sein 314 een sein 314of 316 tegenkomt, dat een hogere snelheid toelaat, mag hij de snelheid pas verhogen nadat de trein of het rangeerdeel dat sein 314of 316 geheel is gepasseerd, ongeacht de ATB-cabinesein verbetering.
- a. De door een licht- of armsein of door een bord sein 317 gegeven opdracht of toestemming geldt vanaf dat sein totdat de trein of het rangeerdeel het volgende licht- of armsein heeft bereikt met inachtneming van eventueel doorseinen 313, 314 of 316 gegeven opdrachten c.q. toestemmingen.
tijdelijke snelheidsbeperkingen (9) Tijdelijke snelheidsbeperkingen moeten te allen tijde worden aan gehouden, tenzij door vaste seinen een lagere snelheid wordt opgelegd.
Art 4
Gedoofde seinen, onduidelijke seinbeelden en
seinbeelden die niet in dit Reglement zijn omschreven
Gedoofde seinen, onduidelijke seinbeelden en
seinbeelden die niet in dit Reglement zijn omschreven
Ingeval een sein, aangeduid in kolom 1 van de bij dit artikel behorende tabel, is gedoofd, een onduidelijk beeld toont of een beeld toont dat niet in dit Reglement is omschreven, moet worden gehandeld zoals is vermeld in kolom 3 van deze tabel.
Voor het te geven gevolg is in de gevallen A en B medebepalend, het seinbeeld in het voorafgaande sein, in genoemde tabel vermeld in kolom 2.
De machinist moet de onregelmatigheid onmiddellijk per Telerail melden aan de treindienstleider.
- I
Soort sein
1Seinbeeld van voorafgaand lichtsein
2Te geven gevolg
3- A. Lichtsein
1. Hoofdsein
- a.
- - Sein 214 (knipperend geel licht)
- of
- - Sein 212a of 212b (geel licht)
- of
- - Het sein was gedoofd of
- - Het voorafgaande sein is een zig-zag-baak (sein 249a)
- - Sein 214 (knipperend geel licht)
- b.
- - Een ander seinbeeld
- a.
- - Bij een sein gemerkt met P:
- handelen als bij het seinbeeld 214 (knipperend geel licht) (eventueel volgende "stop"tonende met "P" gemerkte seinen ook op zicht voorbijrijden).
- - Bij een ander lichtsein: stoppen
- - Bij een sein gemerkt met P:
- b.
- - Handelen als bij het seinbeeld 212a (geel licht) (Toont het volgende sein "stop" en is het gemerkt met P, dan dat sein en ook eventueel volgende "stop" tonende met "P" gemerkte seinen op zicht voorbijrijden).
- 2. Voorsein
- —
- Handelen als bij het seinbeeld 219 (geel licht)
- B. Armsein
1. Hoofdsein bij dag
- a.
- - Sein 238 of 240 eventueel 212a. 212b of 219 (geel licht)
- of
- - Een twijfelachtig beeld
- of
- - Er was geen voorsein
- - Sein 238 of 240 eventueel 212a. 212b of 219 (geel licht)
- b.
- - Sein 237 (snelheid verminderen tot ten hoogste 40 km/h)
- c.
- - Sein 234 of 236 (voorbijrijden toegestaan)
- a.
- - Stoppen
- b.
- - Handelen als bij het seinbeeld 238 of 240.
- c.
- - Handelen als bij het seinbeeld 225a (Voorbijrijden toegestaan)
- 2. Voorsein bij dag
- —
- Handelen als bij het seinbeeld 238 of 240
- 3. Hoofd- of voorsein bij nacht
- —
- Stand van de seinarm(en) trachten waar te nemen en daarnaar handelen.
- A. Lichtsein
- II
Soort sein
1Afwijking
2Te geven gevolg
3- C. Voor rangeerbewegingen geldende seinen
- Het seinbeeld geeft niet duidelijk toestemming tot rangeren of heuvelen
- Stoppen. Verder handelen zoals is voorgeschreven in TRR art 27 (17).
- D. Wisselseinlantarens
- Het sein staat niet in een eindstand
- Stoppen. zo mogelijk vóór het wissel.
- Nagaan of doen nagaan of het wissel veilig berijdbaar is.
- N.B. Dit geldt alleen voor rangeerbewegingen die niet op lichtseinen plaats vinden.
- B. Borden voor tijdelijke snelheidsbeperkingen
- Een bord is niet waarneem- baar of ontbreekt op de plaats waar het volgens de TSB behoort te staan
- Snelheid regelen overeenkomstig het bepaalde in de TSB.
______________ - ↑ Noot: De hier gekozen tekst is op basis van de tekst uit SR — 1975
- ↑ Noot:Door de Hoofddirectie is op grond van het gestelde inde artikelen 10en 95a van het Tramwegreglement met de beschikking d.d. 28 juni 1982 bepaald, dat op de door NS geëxploiteerde tramwegen, uitgezonderd de tramwegen Utrecht Moreelsepark - Nieuwegein Zuid en Nieuwegein - IJsselstein Achterveld, het Seinreglement van NS geldt.
- ↑ Zie bedrijfsgegevens voor de Treindienst (BTD) deel IV.
- ↑ Zie B-Voorschriften deel II.
Hoofdstuk II — VASTE SEINEN
Vaste seinen, die meer dan één beeld kunnen tonen en die, welke met een dergelijk sein verband houden.
A. Lichtseinen
1. Hoofdseinen
2. Voorseinen
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
217 a | 72px | Aanduiding van een volgend hoofdsein dat geen rood licht of geel knipperend licht uitstraalt. Vooraf opgelegde snelheidsbegrenzingen blijven van toepassing. | Hoog geplaatst groen licht: a. met een achtergrondscherm met rechte dan wel een of meer afgeronde hoeken b. zonder een achtergrondscherm en een zwart bord met een witte „V“. Deze witte „V“ geeft aan dat het een Voorsein is. |
217 b | 72px | ||
218 a | 72px | Snelheid begrenzen tot de door het getal aangegeven snelheid. Vooraf opgelegde snelheidsbegrenzingen blijven van toepassing. De door het getal aangegeven snelheid wordt bij het volgende lichtsein niet overschreden. | Hoog geplaatst geel licht met een door wit licht gevormd getal: a. met een achtergrondscherm met rechte dan wel een of meer afgeronde hoeken |
218 b | 72px | Hoog geplaatst geel licht met een door wit licht gevormd getal: b. zonder een achtergrondscherm en een zwart bord met een witte „V“. Deze witte „V“ geeft aan dat het een Voorsein is. | |
219 a | 72px | Snelheid begrenzen tot 40 km/h en afhankelijk van zicht en beremming met een zodanige snelheid verder rijden om voor het eerstvolgende sein, dat stoppen gebiedt, te kunnen stoppen. | Hoog geplaatst geel licht: a. met een achtergrondscherm met rechte dan wel een of meer afgeronde hoeken |
219 b | 72px | Hoog geplaatst geel licht: b. zonder een achtergrondscherm en een zwart bord met een witte „V“. Deze witte „V“ geeft aan dat het een Voorsein is. |
3. Lichtseinen met slechts technische betekenis
4. Bijzondere toepassingen van "wit licht"
B. Enkelvoudige armseinen
C. Enkelvoudige vertakkingsseinen
D. Vertakkingsseinen
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
227 a 1 | Vervallen 178px |
Voorbij rijden toegestaan. Volgende sein toont voorbij rijden toegestaan. Geldt voor treinen. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Een zwart-witte of rood-witte paal met een seinarm met cirkelvormig verbreed uiteinde horizontaal. Bij slechte zichtbaarheid kan/(kunnen) de seinarm(en) ook half wit zijn geschilderd. |
227 a 4 | Vervallen 178px |
Voorbij rijden toegestaan en snelheid begrenzen tot 40 km/h. Rekenen op stop. Geldt voor treinen. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Een zwart-witte of rood-witte paal met een seinarm met cirkelvormig verbreed uiteinde horizontaal. Bij slechte zichtbaarheid kan/(kunnen) de seinarm(en) ook half wit zijn geschilderd. |
229 a | Vervallen 178px |
Voorbijrijden toegestaan met een snelheid niet hoger dan 40 km/h naar de richting die overeenkomt met de plaats van de schuin omhoog staande seinarm in het seinbeeld. Geldt voor treinen. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Twee of meer zwart-witte of rood-witte palen met aan iedere paal een seinarm. De palen staan samen op een bordes dat op een zwart-witte paal staat of tot een groep verenigd zijn op een seinbrug. De palen staan zijn van ongelijke hoogte. De seinarmen zijn op het uiteinde verbreed en zwaluwstaartvormig. Een of meerdere seinarmen staat horizontaal. Een van de laagste seinarmen staat schuin 45° naar boven. Bij slechte zichtbaarheid kan/(kunnen) de seinarm(en) ook half wit zijn geschilderd. |
230 a | Vervallen 178px |
Voorbijrijden toegestaan met een snelheid niet hoger dan 40 km/h naar de richting die overeenkomt met de plaats van de schuin omhoog staande seinarm in het seinbeeld. Geldt voor treinen. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Twee of meer zwart-witte of rood-witte palen met aan iedere paal een seinarm. De palen staan samen op een bordes dat op een zwart-witte paal staat of tot een groep verenigd zijn op een seinbrug. De palen staan zijn van ongelijke hoogte. De seinarmen zijn op het uiteinde verbreed en zwaluwstaartvormig. Een of meerdere seinarmen staat horizontaal. Een van de laagste seinarmen staat schuin 45° naar boven. Bij slechte zichtbaarheid kan/(kunnen) de seinarm(en) ook half wit zijn geschilderd. |
"Stop" tonende armseinen
E. Voorseinen
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
234 | Vervallen |
Voorbij rijden toegestaan. Geldt voor treinen. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Een zwart-witte of rood-witte paal met een seinarm met recht afgesneden uiteinde onder een hoek van 45° schuin omhoog. Bij slechte zichtbaarheid kan de seinarm ook half wit zijn geschilderd |
235 | Vervallen |
Snelheid verminderen tot 40 km/h en rekenen op stop. Geldt voor treinen. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Een zwart-witte of rood-witte paal met een seinarm met recht afgesneden uiteinde onder een hoek van 45° schuin omlaag. Bij slechte zichtbaarheid kan de seinarm ook half wit zijn geschilderd |
236 | Vervallen 178px |
Voorbijrijden toegestaan. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Een zwart-witte paal met twee rechthoekige seinarmen, waarvan één vertikaal en de ander onder een hoek van 45° rechts omhoog. Bij slechte zichtbaarheid kan/(kunnen) de seinarm(en) ook half wit zijn geschilderd. |
237 | Vervallen 182px |
Snelheid verminderen tot 40 km/h en rekenen op stop. Geldt voor treinen. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Een zwart-witte paal met twee rechthoekige seinarmen, waarvan één onder een hoek van 45° rechts omhoog en de ander onder een hoek van 45° rechts omlaag. Bij slechte zichtbaarheid kan/(kunnen) de seinarm(en) ook half wit zijn geschilderd. |
238 | Vervallen 182px |
. | . |
239 | Vervallen 182px |
. | . |
240 | Vervallen 182px |
Voorbij rijden toegestaan en snelheid begrenzen tot 40 km/h. Rekenen op stop. Geldt voor treinen. Indien de paal rood-wit i.p.v. zwart-wit is geschilderd dan geldt deze ook voor rangeerbewegingen. |
Een zwart-witte paal met twee rechthoekige seinarmen, waarvan één vertikaal en de ander onder een hoek van 45° rechts omlaag. Bij slechte zichtbaarheid kan/(kunnen) de seinarm(en) ook half wit zijn geschilderd. |
F. Waarschuwingslicht
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
241 | Vervallen |
. |
G. Stopseinlantaren
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
242 | Vervallen 72px |
Stoppen vóór het sein. | Geldt niet voor bestuurders van treinen waarmee wordt gerangeerd. |
H. Afsluitlantaren
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
243 | Vervallen 72px |
Stoppen vóór het sein. | Indien het sein op een beweegbare brug is geplaatst, stoppen voor de brug. |
J. Waarschuwingslantaren
K. Perronseinpaal
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
246 | Vervallen |
. | . |
247 | Vervallen |
. | . |
L. Aanwijspaal
M. Baken
historisch
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
249 | 72px | Let op! De trein nadert een voorsein. Dit voorsein maakt geen deel uit van een seinbeeld waar tevens een hoofdsein in voorkomt. De trein is bij het laatste bord het voorsein genaderd tot ten minste 150 meter. | Twee rechthoekige borden achter elkaar geplaatst, oplopend in de beweegrichting van de trein, wit gekleurd met schuine zwarte strepen. |
249a | 72px | . | . |
250 | 72px | De trein is een voorsein, dat onder een vast armsein getoond wordt tot op tenminste 150 meter genaderd. | Drie borden met afgeronde uiteinden in een rij evenwijdig achter elkander geplaatst, oplopend in de bewegingsrichting van de trein, wit gekleurd met schuine zwarte strepen. |
250a | 72px | . | . |
251 | 72px | . | . |
251a | 72px | . | . |
actueel
N. Richtingaanwijzer
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
252 | . | . |
N. Bijzondere richtingsaanduidingen (SR'54 vervallen)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
252 | 72px | . | . |
253a | 72px | . | . |
253b | 72px | . | . |
254 | 72px | . | . |
255 | 72px | . | . |
256 | 72px | . | . |
257 | 72px | . | . |
O. Seinen op waterkranen (SR'54 vervallen)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
258 | 72px | . | . |
259 | 72px | . | . |
O. Wisselseinlantaren (SR'75)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
253a | 72px | . | . |
253b | 72px | . | . |
P. Draaiseinbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
260 | 178px | . | . |
261 | 178px | . | . |
Q. Rangeerseinen
Rangeerseinpaal
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
262 | 178px | . | . |
263 | 178px | . | . |
Rangeerpaallantaren
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
264 | . | . | |
265 | . | . |
Rangeerstoplantaren
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
266 | 178px | Stop voor rangeerbewegingen op het spoor waarheen de pijl(en) wijst (wijzen). | Een laaggeplaatste lantaarn met een vierkant melkwit veld met een oranje rechtopstaand kruis. Daarop aangebracht een of twee met de punt schuin omlaag gerichte pijlen. |
267 | 178px | Voorbijrijden voor rangeerbewegingen toegestaan na opdracht. | Een laaggeplaatste lantaarn met een rechthoekig, rechtopstaand melkwit veld. |
Heuvelseinpaal
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
268 | 178px | . | . |
269 | 178px | . | . |
Klapbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
270 | 178px | . | . |
271 | 178px | . | . |
R. Herhalingssein
S. Weegbrug- en draaischijfsein
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
274 |
|
Een rond rond geel bord met een witte rand dwars op de richting van het spoor. | |||||
275 |
|
Een driehoekig witte bord met een zwarte band dwars op de richting van het spoor. |
T. Seinen voor zware goederentreinen
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
276 | L-sein |
Snelheid zodanig begrenzen dat voor het eerstvolgende H-sein ‘Nr. 277’ kan worden gestopt. Geldt alleen voor bestuur-ders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen, welke treinen door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een „L“, gevormd door gevormd door witte lichten, getoond bij een lichtsein. |
277 | H-sein |
Stoppen voor het sein. Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen, welke treinen door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een „H“, gevormd door gevormd door witte lichten, getoond bij een lichtsein. |
U. Seinen voor het rijden door tunnels
Door wit licht gevormde letters bijlichtseinen
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
278 | Tunnelregime-sein |
Snelheid zodanig begrenzen dat voor het eerstvolgende sein ‘Nr. 279 Witte ‘X’’ of een lichtsein, dat rood licht uitstraalt, kan worden gestopt. Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen en van treinen die door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een „X“, gevormd door knipperend wit licht, getoond bij een lichtsein. |
279 | Tunnelregime-sein |
Stoppen vóór het sein. Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen en van treinen die door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een „X“, gevormd door wit licht, getoond bij een lichtsein. |
280 | Tunnelregime-sein |
Voorbijrijden toegestaan met inachtneming van de bijbehorende lichtseinen en snelheid zodanig begrenzen dat bij het eerstvolgende sein ‘Nr. 281 Entreesnelheidsbord’ de door dat sein aangegeven snelheid niet wordt overschreden. Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen en van treinen die door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een „G“, gevormd door wit licht, getoond bij een lichtsein. |
Entreesnelheidsadviesborden
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
281 | Entreesnelheidsbord |
Aan het begin van de tunnel of dalende helling rijden toegestaan met de door het getal aangegeven snelheid in tientallen km/h. Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen en van treinen die door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een wit vierkant bord, waarop in zwart getal en het symbool van een tunnel. |
282 | Adviessnelheidsbord |
Aanduiding van de door het getal aangegeven adviessnelheid in tientallen km/h die de machinist moet trachten aan te houden. Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen en van treinen die door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een rechthoekig zwart omrand bord met een zwart getal. Boven en onder het getal een zwarte driehoek, met de top wijzend naar het getal. Dit sein wordt toegepast in verband met hellingen in tunnels. |
282a | Adviessnelheidslichtbak |
Aanduiding van de door het getal aangegeven adviessnelheid in tientallen km/h die de machinist moet trachten aan te houden. Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen en van treinen die door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een „getal“, gevormd door wit licht. |
286 | Entreesnelheids- verminderingsbord |
Snelheid begrenzen tot de door het getal aangegeven snelheid in tientallen km/h. Deze snelheid moet bereikt zijn bij het eerstvolgende sein ‘Nr. 281 Entreesnelheidsbord’. Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van goederen en van treinen die door de betrokken spoorwegonderneming zijn aangewezen. | Een driehoekig geel bord met een punt omlaag, waarop in zwart het symbool van een tunnel en een zwart getal. |
Door witte lichtengevormde driehoek (vervallen)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
283 | Vervallen |
Vervallen opdracht: Snelheid verminderen tot 40 km/h; afhankelijk van zicht en beremming, verder rijden met een zodanige snelheid – echter niet hoger dan 40 km/h – dat kan worden gestopt voor na sein 283 volgend sein 303. De opdracht vervalt wanneer sein 303 dooft of niet wordt getoond. toestemming: Afhankelijk van het zicht en de beremming, rijden met een zodanige snelheid – echter niet hoger dan 40 km/h – dat kan worden gestopt voor na sein 283 volgend sein 303. De verplichting niet hoger dan 40 km/h vervalt wanneer sein 303 dooft of niet wordt getoond. geld voor: voor aangewezen treinen samengesteld uit reizigersmaterieel. |
Vervallen Een rechthoekige driehoek links onder, gevormd door witte lichten. |
V. Seinen voor treinen en rangeerdelen zonder ATB, die door tunnels moeten rijden (vervallen)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
284 | Vervallen |
Vervallen: Snelheid zodanig begrenzen dat voor het eerstvolgende sein nr. 285 kan worden gestopt. Geldt alleen voor machinisten van treinen die niet zijn uitgerust met een automatisch treinbeveiligingssysteem of waarvan het automatisch treinbeveiligingssysteem niet in dienst is gesteld. |
Vervallen: Een driehoekig geel bord met een punt omlaag, waarop in zwart het symbool van een tunnel. |
285 | Vervallen |
Vervallen: Stoppen voor het sein. Als het sein niet wordt getoond, geeft het geen opdracht. Geldt alleen voor machinisten van treinen die niet zijn uitgerust met een automatisch treinbeveiligingssysteem of waarvan het automatisch treinbeveiligingssysteem niet in dienst is gesteld. |
Vervallen: Het symbool van een tunnel, gevormd door wit licht, getoond bij een lichtsein. |
Hoofdstuk III — BORDEN
Overige vaste seinen (borden)
Stopbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
300 | Stopbord |
Stopbord Stoppen vóór het bord. Na contact met en toestemming van de op het onderbord vermelde functionaris mag verder worden gereden.Indien het onderbord meerdere opdrachten vermeldt deze uitvoeren alvorens het bord voorbij te rijden. |
Stopbord |
300a | Stopbord |
Stopbord Stoppen vóór het bord. Na contact met en toestemming van de op het onderbord vermelde functionaris mag verder worden gereden. De wissels achter het sein liggen in de stand zoals aangegeven door het wisselsein, seinnummer 253a/b. |
Stopbord met brandende witte lamp. |
300b | Stopbord |
Stopbord Stoppen vóór het bord. Na contact met en toestemming van de op het onderbord vermelde functionaris mag verder worden gereden.De wissels achter het sein worden lokaal bediend. |
Stopbord met gedoofde lamp. |
S-bord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
301a | S-bord |
Stoppen vóór het bord en de opdracht, vermeld op het onderbord, uitvoeren. Indien geen opdracht wordt vermeld, mag na het stoppen verder worden gereden. | S-bord |
301b | S-bord |
Stoppen vóór het bord en de opdracht, vermeld op het onderbord, uitvoeren. Indien geen opdracht wordt vermeld, mag na het stoppen verder worden gereden. | S-bord |
301c | 72px S-bord |
Stoppen vóór het bord en de opdracht, vermeld op het onderbord, uitvoeren. Indien geen opdracht wordt vermeld, mag na het stoppen verder worden gereden. | S-bord |
301d | 72px S-bord |
Stoppen vóór het bord en de opdracht, vermeld op het onderbord, uitvoeren. Indien geen opdracht wordt vermeld, mag na het stoppen verder worden gereden. | S-bord |
301e | S-bord |
Stoppen vóór het bord en de opdracht, vermeld op het onderbord, uitvoeren. Indien geen opdracht wordt vermeld, mag na het stoppen verder worden gereden. | S-bord |
R-bord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
302 | R-bord Stopplaatssein |
Stoppen vóór het sein.Geldt alleen voor bestuurders van treinen waarmee wordt gerangeerd. | R-bord |
Stopplaatssein
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
303 | Stopplaatssein |
Aanduiding van de plaats waar de voorzijde van een trein tot stilstand moet komen voor een goede dienstuitvoering.Geldt alleen voor bestuurders van treinen bestemd voor het vervoer van personen. | Blauw licht |
Cijferbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
304 | Cijferbord a b c |
|
Een ruitvormig blauw bord met witte rand, waarop een uit één of meer witte cijfers bestaand getal kan voorkomen. *)
|
Verkenbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
305 | Verkenbord |
Verkenbord | Verkenbord |
Uitschakelbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
306 | a b Uitschakelbord |
. | . |
Inschakelbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
307 | a a b Inschakelbord |
Stroomafnemer borden
Bord aankondiging stroomafnemer neer
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
308 | a b Bord aankondiging stroomafnemer neer |
Boord stroomafnemer neer
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
309 | a b c |
Geldt alleen voor treinen, voorzien van stroomafnemers:
|
Ruitvormigwit omrand blauw bord met een horizontale witte streep. Aan het bord kan een onderbord met een wit cijfer of letter voorkomen. |
Boord stroomafnemer op
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
310 | a b |
Toestemming om de stroomafnemers op te zetten. Indien een onderbord is aangebracht geldt:
|
Bord einde bovenleiding
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
311 | L R |
Fluitborden
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
312 | 312 Fluitbord 312a Facultatief fluitbord Do 1831 Mist-fluitbord |
|
Snelheidsverminderingsbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
313 | 313 Snelheidsverminderingsbord 313 bis Snelheidsverminderingsbord |
|
Snelheidsbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
314 | 313 Snelheidsbord 314 bis Snelheidsbord |
|
Bord Beperkte snelheid
(SR 1956)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
315 | Vervallen Bord Beperkte snelheid (SR 1956) |
Vervallen: Beperkte snelheid. Wanneer een sein 315 geldt bij vertrek van een trein van een losspor of spooraansluiting, aangesloten op een spoor van de vrije baan, geld het eveneens als de trein na bediening vertrekt van het spoor naar de vrije baan. In deze situaties wordt actueel een sein 317 geplaatst. |
Vierkant wit bord met zwart opschrift Bep. Snelheid. |
Markering aki/ahob voor verkeerd spoorrijden (vervallen)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
315 | Vervallen Markering aki/ahob voor verkeerd spoorrijden |
Snelheid zodanig begrenzen om vóór de aangegeven overweg(en) te kunnen stoppen. | Snelheidsverminderingsbord voor overweg |
Baanvaksnelheidsbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
316 | a b Baanvaksnelheidsbord |
|
Bord Rijden opzicht
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
317 | Bord Rijden opzicht |
Bord Rijden opzicht |
. |
Bord Aankondiging overweg
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
318a | Bord Aankondiging overweg |
Bord Aankondiging overweg |
Bord Aankondiging overweg |
318b | of Bord Aankondiging overweg |
Vertrekbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
319 | Vervallen Vertrekbord |
Vervallen: Vertrekbord |
Vertrekbord |
Spanning-omschakelborden
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
320 | Spanning-omschakelborden |
Spanning-omschakelborden | . |
321 | Spanning-omschakelborden |
Spanning-omschakelborden | . |
Snelheidsbord trapeziumvormig (SR 1954 vervallen)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
322 | Snelheidsbord trapeziumvormig vervallen |
|
Een trapeziumvormig wit bord met een gele verticale band, waarop uit één of meer zwarte cijfers bestaand getal. |
Bord VS
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
322 | Bord VS |
Bord VS | Bord VS |
Snelheidsbord wissel (SR 1954 vervallen)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
323 | Snelheidsbord wissel vervallen |
|
Een rechthoekig wit bord, waarop het woord Wisselin zwarte letters en een uit één of meer zwarte cijfers bestaand getal. Tussen het woord Wisselen het getal bevindt zich een zwarte streep. |
Snelheidsbord Overweg/Weegbrug
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
324 | Snelheidsbord Overweg a Snelheidsbord Weegbrugl b |
|
Een rechthoekig wit bord, waarop het woord: a. Overweg, of b. Weegbrug, in zwarte letters en een uit één of meer zwarte cijfers bestaand getal. Tussen het woord en het getal bevindt zich een zwarte streep. |
L-, A- en E-borden
L-bord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
325a | Aanduiding van een tijdelijk verlaagde plaatselijke snelheid. |
|
Tijdelijk snelheidsbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
325b |
|
Snelheid begrenzen tot de door het getal aangegeven snelheid, met dien verstande dat bij een bord met twee getallen:
|
Geel achthoekig bord met zwarte achtergrond:
|
A-bord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
326a | Aanduiding van het begin van een spoorgedeelte waarvoor een tijdelijke snelheidsbeperking volgens het voorafgaande tijdelijke snelheidsbord geldt. |
|
E-bord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
327a | Aanduiding van het einde van een spoorgedeelte waarvoor de tijdelijke snelheidsbeperking geldt. |
|
Naderingsbord ATB
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
328a | ATB-naderingsbord |
Aanduiding van de nadering van het bord 328 ATB-inschakelbord. |
Een ruitvormig bord met een zwarte en witte rand, het bord is door de diagonalen in vier driehoeken verdeeld, waarvan twee tegenover elkaar liggende geel en de beide andere blauw zijn gekleurd. In elke van de blauwe driehoeken is een ronde opening. |
lnschakelbord ATB
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
328 | ATB-inschakelbord |
Aanduiding van het begin van de inschakel-sectie van het automatische treinbeïnvloeding systeem ATB. | Een ruitvormig geel bord met een zwarte rand met de letters ATB |
Bord "(ATB-) code"
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
328b | ATB-codebord |
Aanduiding van het begin van met ATB of ATBNG beveiligd gebied of de overgang tussen deze gebieden. | Een ruitvormig geel bord met een zwarte rand met de letters CODE |
Uitschakelbord ATB
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
329 | ATB-uitschakelbord |
Aanduiding van het einde van het gebied waar het automatische treinbeïnvloeding systeem ATB of ATBNG functioneert. | Een ruitvormig geel bord met een zwarte rand met de letters ATB met een diagonale zwarte streep |
Codewisselsein
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
330 | ATB-codewisselsein |
Aanduiding van het tonen van een cabinesein dat een snelheidsbegrenzing oplegt. (oud: Er zal een cabinesein getoond worden, dat dat een lagere snelheid oplegd.} |
Een omlaag wijzende pijl, gevormd door witte lichten. |
Blokbord
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
331 | Blokbord |
Aanduiding van het tonen van een cabinesein dat een snelheidsbegrenzing oplegt. (oud: Er zal een cabinesein getoond worden, dat dat een lagere snelheid oplegd.} |
Een omlaag wijzende pijl, gevormd door witte lichten. |
Kanaal-omschakelbord (vervallen)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
332 | Vervallen Kanaal-omschakelbord |
De radioapparatuur moet worden omgeschakeld naar het kanaal aangegeven door het getal in de rechter benedenhelft. | Kanaal-omschakelbord Een vierkant zwart omrand wit bord, door een diagonale streep van links onder naar rechts boven in twee helften verdeeld. ln beide helften een zwart getal; het getat in de linker bovenhoek is doorgehaald. |
Bord Einde beveiligd gebied
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
333 | Bord Einde beveiligd gebied |
Snelheidsborden, alleen geldig voor goederentreinen
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
334 | |||
335 |
Bord Lichtsein(en) buiten dienst
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
350 | Bord Lichtsein(en) |
Seinen anti-icinginstallatie
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
370 | 72px Matrixbord anti-icing in dienst |
Wanneer ijskristal wit oplicht:Anti-icinginstallatie is in dienst. Indien bord gedoofd is dan is de anti-icinginstallatie niet in dienst. | Matrixbord met opdracht voor de machinist voor een anti-icinginstallatie |
371 | 72px Matrixbord snelheidsinstructie |
Matrixbord met snelheidsinstructie voor een anti-icinginstallatie | Matrixbord met opdracht voor de machinist voor een anti-icinginstallatie |
372 | 72px Matrixbord actuele snelheid |
Matrixbord met aanduiding actuele snelheid van een trein voor een anti-icinginstallatie | Matrixbord met opdracht voor de machinist voor een anti-icinginstallatie |
373 | 72px Treinlengtebord voor anti-icing |
Aanduiding van de plaats waar een met anti-icing behandelde trein de anti-icinginstallatie heeft verlaten.Het onderbord geeft de lengte van de trein aan in rijtuigen. De trein heeft de anti icing installatie verlaten indien deze uit het aantal op het onderbord vermelde spoorvoertuigen bestaat. | Bord met opdracht voor de machinist voor een anti-icinginstallatie |
374 | 72px Matrixbord anti-icinginstallatie |
Wanneer matrixbord oplicht moet de machinist de opdracht uitvoeren. Daarbij houdt de machinist rekening met de voor het materieeltype geldende remvoorschriften.Indien bord gedoofd is dan conform de instructie het proces vervolgen | Matrixbord met opdracht voor de machinist voor een anti-icinginstallatie |
Opdrachtbord (per 1-10-2019)
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
375 | Opdrachtbord |
Opdrachtbord De opdracht vermeld op het onderbord uitvoeren alvorens het bord voorbij te rijden.Dit bord wordt onder meer toegepast op locaties waarover wegverkeer plaatsvindt en de machinist een overweg moet bedienen. (per 1-10-2019) |
Opdrachtbord |
Hoofdstuk IV — SEINEN OP TREINEN, RANGEERDELEN EN VOERTUIGEN
A. Frontseinen
B. Sluitseinen
C. Sein op rangerend krachtvoertuig
D. Sein op bezette voertuigen
E. Seinen op bijzondere voertuigen die niet zijn ingericht op het voeren van treinseinen
F. Gevaarsein
G. Frontsein met vier witte lichten t.b.v. werkzaamheden
. Vervallen seinen
A. Aanwijzing voorzijde en laatste voertuig van een trein en aanwijzing opdruklocomotief
B. Aankondiging van een buitengewone trein
C. Seinen op een buitengewone trein
D. Sein op rangerende locomotief en terugkerende opdruklocomotief
E. Sein op bezette voertuigen
F. Sein op voertuig met ontplofbare lading
G. Seinen op bijzondere voertuigen
Hoofdstuk V — ZICHTBARE SEINEN ZONDER VASTE PLAATS
Zichtbare seinen zonder vaste plaats en bijbehorende geluidsseinen
Sein De trein is gereed voor vertrek
Sein Vertrekken
Oprijbord
Gele vlag
Gevaarseinen
Blauwe vlag/blauw licht, rodevlag/rood licht
Afsluitbord
Rangeerseinen
Hoofdstuk VI — GELUIDSSEINEN
A. Klok- en wekkerseinen
B. Seinen door de machinist met de tyfoon of de fluit te geven
C. Waarschuwingsseinen, te geven met de mondfluit of een geluidsinstallatie, een witte vlag of een witflitslicht
F. Knalseinen
Vervallen seinen
A. Seinen met elektrische klokken of wekkers en de hoorn te geven door de wachters
B. Seinen door de machinist met de typhoon of fluit te geven
C. Seinen te geven met de mondfluit
D. Seinen bij het rangeren te geven met de hoorn of mondfluit
E. Remproefseinen
F. Knalseinen
HOOFDSTUK VII — OVERIGE SEINEN
A. Remproefseinen
B. Combinatieseinen
C. Vertrekseinlichten
D. Vaste waarschuwingsinstallaties
HOOFDSTUK VIII — AANDUIDING VAN NIET IN DIENST GESTELDE EN VAN HET BUITEN DIENST GESTELD ZIJN VAN SEINEN
Seinen handboek machinist
5 ATB-seinen
5.1 ATB-baanseinen
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving |
---|---|---|---|
328a | ATB-naderingsbord |
Aanduiding van de nadering van het bord 328 ATB-inschakelbord. |
Een ruitvormig bord met een zwarte en witte rand, het bord is door de diagonalen in vier driehoeken verdeeld, waarvan twee tegenover elkaar liggende geel ede beide andere blouw zin gekleurd. In elke van de blauwe driehoeken is een rode opening. |
328 | ATB-inschakelbord |
Aanduiding van het begin van de inschakel-sectie van het automatische treinbeïnvloeding systeem ATB. | |
328b | ATB-codebord |
Aanduiding van het begin van met ATB of ATBNG beveiligd gebied of de overgang tussen deze gebieden. | |
329 | ATB-uitschakelbord |
Aanduiding van het einde van het gebied waar het automatische treinbeïnvloeding systeem ATB of ATBNG functioneert. | |
330 | ATB-codewisselsein |
Aanduiding van het tonen van een cabinesein dat een snelheidsbegrenzing oplegt. (oud: Er zal een cabinesein getoond worden, dat dat een lagere snelheid oplegd.} |
Een omlaag wijzende pijl, gevormd door witte lichten. |
5.2 ATB-cabineseinen
Sein nr. | Afbeelding | Betekenis | Beschrijving | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
801 | Rijden toegestaan met de door de vaste seinen aangegeven snelheid.✶ | Groen licht of groen licht in snelheidsmeter | |||||||||
802 | Snelheid begrenzen tot 40 km/h.✶ | Geel licht of geel licht bij 40 km/h in snelheidsmeter | |||||||||
803 | Snelheid begrenzen tot de door borden en lichtseinen aangegeven snelheid.✶ | Geel met getal of geel licht bij een snelheid in snelheidsmeter | |||||||||
804 | Aanduiding van het voldoen aan het ATB-remkriterium. | Wit licht | |||||||||
805 | Aanduiding van het buiten dienst zijn van het automatisch treinbeveiligingssysteem. | Blauw licht | |||||||||
806 | Aanduiding van een door het automatisch treinbeveiligingssysteem ingezette remming. | Rood licht | |||||||||
807 | Wijziging cabinesein. | Eén gongslag | |||||||||
808 | ATB schakelt ‘Buiten dienst’. | Meer gongslagen | |||||||||
809 | De door de ATB opgedragen snelheid wordt overschreden. | Continu belsignaal | |||||||||
810 | De door de ATB Nieuwe Generatie opgedragen snelheid wordt overschreden. | 5 seconden belsignaal | |||||||||
811 | De door de ATB opgedragen snelheid is bereikt. | Korte belsignalen | |||||||||
812 | Kwiteren | Zoemer | |||||||||
813 | Elektrisch zicht |
|
Afbeelding snelheidsmeter voor ATB Nieuwe Generatie | ||||||||
✶ Als de vaste seinen of ‘L’-, ‘A’- en ‘E’-borden (seinen 326 - 327) een lagere snelheid opleggen dan de ATB-cabineseinen, moet die lagere snelheid worden aangehouden. |
Referenties