Moerputtenbrug: verschil tussen versies

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen
(Geschiedenis en bouw.)
Regel 1: Regel 1:
Ter overspanning van het Bossche inundatieveld werd een brug over dit onder water te zetten veld aangelegd.
+
Ter overspanning van de Hamsloot in het moerasgebied Moerputten in het Bossche inundatieveld werd een brug over dit onder water te zetten veld aangelegd.
  
 
='''Geschiedenis'''=
 
='''Geschiedenis'''=
Regel 5: Regel 5:
 
Nadat in 18 het definitieve traject van de [[Langstraatspoorlijn]] bekend is, wordt op  
 
Nadat in 18 het definitieve traject van de [[Langstraatspoorlijn]] bekend is, wordt op  
  
Op 22 juni 1881 wordt de bouw aanbesteed van twee landhoofden en 35 pijlers in het Bossche inundatieveld bekend gemaakt.  
+
Op 22 juni 1881 wordt de bouw aanbesteed van twee landhoofden en 35 pijlers in het Bossche inundatieveld bekend gemaakt. Er zijn  inschrijvers, waarbij de aannemer J. Monster Johz uit Puttershoek het werk toegewezen kreeg. Zij schreven in voor een totaalbedrag van 259.500 gulden. De 35 pijlers hebben een breedte van meter en een lengte van  meter. Door de pijlers breed uit te voeren, is het later mogelijk om een tweede, enkelsporige op de pijlers te plaatsen. De tussenruimte tussen twee pijlers is  meter. Drie pijlers werden 2 meter lager gefundeerd om als bedding te kunnen dienen voor het afwateringskanaal naar de Maas. Op 10 mei 1882 wordt bestek 836 aanbesteed. Dit bestek heeft betrekking op de bouw van de ijzeren bovenbouw. Het werk is begroot op 560.000 gulden. Het gaat om de bouw van 91 gelijke vakwerkbrugdelen. Hiervan zijn er 53 nodig voor de [[Baardwijksespoorbrug]], 36 stuks voor de Moerputtenbrug en 2 stuks over de Bossche Sloot. Op de aanbesteding werden 7 reacties ontvangen. De Koninklijke Fabriek van Stoom- en andere Werktuigen uit Amsterdam kreeg de opdracht toegewezen voor een bedrag van 537.000 gulden. Op 7 juni 1882 wordt bestek  aanbesteed. Dit bestek heeft betrekking op de bouw van de twee landhoofden. Er zijn  inschrijvers, waarbij de aannemerscombinatie N. van Haaren uit Utrecht en H.T. Wiegerink uit Groenlo het werk toegewezen kreeg. Zij schreven in voor een totaalbedrag van  gulden.
  
De totale lengte van de brug bedraagt tussen de landhoofden 597, meter. De 35 pijlers hebben een breedte van meter en een lengte van  meter. Door de pijlers breed uit te voeren, is het later mogelijk om een tweede, enkelsporige op de pijlers te plaatsen. De tussenruimte tussen twee pijlers is meter. Op 10 mei 1882 wordt bestek 836 aanbesteed. Dit bestek heeft betrekking op de bouw van de ijzeren bovenbouw. Het werk is begroot op 560.000 gulden. Het gaat om de bouw van 91 gelijke vakwerkbrugdelen. Hiervan zijn er 53 nodig voor de [[Baardwijksespoorbrug]], 36 stuks voor de Moerputtenbrug en 2 stuks over de Bossche Sloot. Op de aanbesteding werden 7 reacties ontvangen. De Koninklijke Fabriek van Stoom- en andere Werktuigen uit Amsterdam kreeg de opdracht toegewezen voor een bedrag van 537.000 gulden.
+
Op 10 juni 1885 wordt een belastingproef uitgevoerd om de voltooide brug te testen. Op elke overspanning werd een fors gewicht geplaatst. Er worden spoorstaven met een totaalgewicht van  gebruikt. De zeeg in het midden mag niet afnemen met meer dan millimeter. Deze proeven slagen en op 24 juni 1885 vindt de eerste oplevering plaats. De aannemer is vanaf dat moment voor een jaar lang verantwoordelijk voor onderhoud.  
  
In 1995 wordt de brug op de Rijksmonumentenlijst geplaatst.  
+
In 1995 wordt de brug op de Rijksmonumentenlijst geplaatst. Tussen 2003 en oktober 2006 vindt er een gedeeltelijke restauratie plaats aan de brug. De bovenbouw, een landhoofd en drie pijlers worden gerestaureerd. In mei 2008 wordt een subsidie beschikbaar gesteld voor het resterende deel van de restauratie. De overige pijlers worden hersteld. Nadat dit werk is voltooid, worden de brugdelen in de winter van 2009 verplaatst naar de gerestaureerde noordzijde van pijlers, zodat de zuidzijde van de pijlers gerestaureerd kunnen worden. Medio oktober 2010 is dit werk gereed.
  
  
Regel 15: Regel 15:
  
  
 +
Op  juli 1883 vindt de oplevering van de pijlers plaats. Voor de bovenbouw is er  kilo aan gewalst staal gebruikt. Dit wordt geleverd door AG für Eisen-Industrie uit Oberhausen. Daarnaast wordt er  kilo getrokken profielijzer en voor de oplegdelen wordt  kilo gesmeed ijzer gebruikt, welke geleverd wordt door AG Phoenix uit Eschweiler. Door F. Alsthöwer uit Annen wordt  kilo gehamerd gietstaal geleverd. Om alles bij elkaar te houden, wordt  kilo aan klinknagels gebruikt. Deze worden geleverd door A. Flender uit Düsseldorf. De overspanningen worden in Amsterdam pasklaar en volledig opgesteld. Dit houdt ook in dat ze geschilderd worden. Eerst worden er twee lagen ijzermenie aangebracht, gevolgd door 4 lagen okergeel. In maart 1885 zijn alle brugdelen op de pijlers geplaatst. Vervolgens is de rails op de overspanning geplaatst. Tussen en naast de rails is een eiken houten vloer met een dikte van 5 centimeter aangelegd, welke is afgedekt met geribde staalplaten. Op 17 maart 1885 was het werk aan de brug voltooid. Aan het begin van oktober 1890 is het werk aan de steenbezetting van de landhoofden afgerond.
  
  
Regel 42: Regel 43:
  
 
<small>
 
<small>
 +
'''Moerputtenbrug'''- {{Sc|P. Henken}} - ''Maandblad: Op de Rails, 79e Jaargang - 2011 Blz: 90-91''  Uitgave: [[Nederlandse Vereniging van Belangstellenden in het Spoor- en tramwegwezen|NVBS]] ISSN: 0030-3321''<br>
 
'''De spoorbrug in de Baardwijkse Overlaat''' - {{Sc|P. Henken}} - ''Maandblad: Railmagazine, 41e Jaargang - 2019 nummer 370 Blz: 48-54'' Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489''<br>
 
'''De spoorbrug in de Baardwijkse Overlaat''' - {{Sc|P. Henken}} - ''Maandblad: Railmagazine, 41e Jaargang - 2019 nummer 370 Blz: 48-54'' Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489''<br>
 
</small>
 
</small>
  
 
[[Categorie: Bruggen]]
 
[[Categorie: Bruggen]]

Versie van 5 aug 2020 11:22

Ter overspanning van de Hamsloot in het moerasgebied Moerputten in het Bossche inundatieveld werd een brug over dit onder water te zetten veld aangelegd.

Geschiedenis

Nadat in 18 het definitieve traject van de Langstraatspoorlijn bekend is, wordt op

Op 22 juni 1881 wordt de bouw aanbesteed van twee landhoofden en 35 pijlers in het Bossche inundatieveld bekend gemaakt. Er zijn inschrijvers, waarbij de aannemer J. Monster Johz uit Puttershoek het werk toegewezen kreeg. Zij schreven in voor een totaalbedrag van 259.500 gulden. De 35 pijlers hebben een breedte van meter en een lengte van meter. Door de pijlers breed uit te voeren, is het later mogelijk om een tweede, enkelsporige op de pijlers te plaatsen. De tussenruimte tussen twee pijlers is meter. Drie pijlers werden 2 meter lager gefundeerd om als bedding te kunnen dienen voor het afwateringskanaal naar de Maas. Op 10 mei 1882 wordt bestek 836 aanbesteed. Dit bestek heeft betrekking op de bouw van de ijzeren bovenbouw. Het werk is begroot op 560.000 gulden. Het gaat om de bouw van 91 gelijke vakwerkbrugdelen. Hiervan zijn er 53 nodig voor de Baardwijksespoorbrug, 36 stuks voor de Moerputtenbrug en 2 stuks over de Bossche Sloot. Op de aanbesteding werden 7 reacties ontvangen. De Koninklijke Fabriek van Stoom- en andere Werktuigen uit Amsterdam kreeg de opdracht toegewezen voor een bedrag van 537.000 gulden. Op 7 juni 1882 wordt bestek aanbesteed. Dit bestek heeft betrekking op de bouw van de twee landhoofden. Er zijn inschrijvers, waarbij de aannemerscombinatie N. van Haaren uit Utrecht en H.T. Wiegerink uit Groenlo het werk toegewezen kreeg. Zij schreven in voor een totaalbedrag van gulden.

Op 10 juni 1885 wordt een belastingproef uitgevoerd om de voltooide brug te testen. Op elke overspanning werd een fors gewicht geplaatst. Er worden spoorstaven met een totaalgewicht van gebruikt. De zeeg in het midden mag niet afnemen met meer dan millimeter. Deze proeven slagen en op 24 juni 1885 vindt de eerste oplevering plaats. De aannemer is vanaf dat moment voor een jaar lang verantwoordelijk voor onderhoud.

In 1995 wordt de brug op de Rijksmonumentenlijst geplaatst. Tussen 2003 en oktober 2006 vindt er een gedeeltelijke restauratie plaats aan de brug. De bovenbouw, een landhoofd en drie pijlers worden gerestaureerd. In mei 2008 wordt een subsidie beschikbaar gesteld voor het resterende deel van de restauratie. De overige pijlers worden hersteld. Nadat dit werk is voltooid, worden de brugdelen in de winter van 2009 verplaatst naar de gerestaureerde noordzijde van pijlers, zodat de zuidzijde van de pijlers gerestaureerd kunnen worden. Medio oktober 2010 is dit werk gereed.


Aanleg

Op juli 1883 vindt de oplevering van de pijlers plaats. Voor de bovenbouw is er kilo aan gewalst staal gebruikt. Dit wordt geleverd door AG für Eisen-Industrie uit Oberhausen. Daarnaast wordt er kilo getrokken profielijzer en voor de oplegdelen wordt kilo gesmeed ijzer gebruikt, welke geleverd wordt door AG Phoenix uit Eschweiler. Door F. Alsthöwer uit Annen wordt kilo gehamerd gietstaal geleverd. Om alles bij elkaar te houden, wordt kilo aan klinknagels gebruikt. Deze worden geleverd door A. Flender uit Düsseldorf. De overspanningen worden in Amsterdam pasklaar en volledig opgesteld. Dit houdt ook in dat ze geschilderd worden. Eerst worden er twee lagen ijzermenie aangebracht, gevolgd door 4 lagen okergeel. In maart 1885 zijn alle brugdelen op de pijlers geplaatst. Vervolgens is de rails op de overspanning geplaatst. Tussen en naast de rails is een eiken houten vloer met een dikte van 5 centimeter aangelegd, welke is afgedekt met geribde staalplaten. Op 17 maart 1885 was het werk aan de brug voltooid. Aan het begin van oktober 1890 is het werk aan de steenbezetting van de landhoofden afgerond.


Opening & ingebruikname

Dienstregeling

Lotgevallen

Sluiting

Sloop

Bronnen

Moerputtenbrug- P. Henken - Maandblad: Op de Rails, 79e Jaargang - 2011 Blz: 90-91 Uitgave: NVBS ISSN: 0030-3321
De spoorbrug in de Baardwijkse Overlaat - P. Henken - Maandblad: Railmagazine, 41e Jaargang - 2019 nummer 370 Blz: 48-54 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489