Lovers Rail
Lovers Rail was een spoorwegmaatschappij die heeft bestaan van 1996 tot 1999.
Geschiedenis
Om de concurrentie aan te gaan met de NS, vraagt rederij Lovers een vergunning aan voor het rijden van treinen. De aanvraag is voor zowel openbaar vervoer als voor besloten vervoer. Op 12 juli 1996 krijgt het bedrijf van Railned de exploitatievergunning voor het rijden van reizigerstreinen. Daarnaast mag het treinen gaan rijden voor gezelschappen en goederentreinen rijden op het gehele spoorwegnet. In de zomermaanden van 1996 wil de nieuwe spoorvervoerder eenmaal per uur treinen rijden tussen Amsterdam Centraal en IJmuiden via Haarlem. Deze verbinding wordt gereden onder de naam Kennemerstrand Expres. NS Materieel is wel genegen om rijtuigen Plan W te verhuren aan de nieuwe spoorwegmaatschappij met een huurprijs van 100.000 gulden per maand per rijtuig. Lovers gaat niet in op dit aanbod en gaat elders kijken. Bij de NMBS zijn een aantal rijtuigen eerste klas over van het type M2. Op 19 juli 1006 worden vier rijtuigen aangeschaft. Naast rijtuigen is het bedrijf op zoek naar diesellocomotieven. Er wordt gekeken naar locomotieven van de Baureihen 202, 211 en 212 van de Deutsche Bahn, de serie BB 63000 van de SNCF en locomotieven van fabrikant NOHAB. De Duitse locomotieven maakte het meeste kans, maar vanwege het ontbreken van ATB kan de aankoop niet doorgaan. Daarnaast was de NS Reizigers niet bereid om ATB kasten te verkopen aan Lovers Rail. Door NS Cargo worden echter twee locomotieven van de serie 2200 aangeboden ter verhuur. Het zijn de van ATB voorziene locomotieven 2202 en 2207. De locomotieven staan vanaf 7 augustus 1996 ter beschikking aan Lovers. Op 6 augustus 1996 wordt de Toegangsovereenkomst getekend tussen Lovers Rail en Railned. Op 11 augustus 1996 rijdt de eerste trein.
Aan het begin van 1997 krijgt Lovers Rail toestemming om een tweede trein te gaan rijden. Deze rijdt in het voorjaar, wanneer de bloembollen in bloei staan. Er wordt gereden van Amsterdam CS naar Leiden, via Haarlem en Lisse. De treindienst krijgt de naam 'Keukenhof Expres'. De NS is wederom bereid om tegen hoge prijzen rijtuigen Plan W aan te bieden, in combinatie met locomotieven van de serie 1100. Een andere optie was het huren van dieseltreinstellen Plan U. Deze waren echter nodig om de door problemen geteisterde nieuwe treinstellen DM'90 te vervangen. De treinstellen zijn niet eerder beschikbaar dan september 1997. Door Railned worden echter bezwaren geuit op het rijden van treinen met slechts 1 locomotief, die op de eindpunten moet omrijden. Om deze rijden gaat ook de Spaarne Expres tussen Amsterdam en Haarlem niet rijden, ondanks toezeggingen van de NS om een treinstel Plan U te mogen huren vanaf het voorjaar van 1997. Uiteindelijk rijdt alleen de trein tussen Amsterdam en IJmuiden in 1997. Wel kan Lovers de locomotieven 2211 en 2215 tegemoet zien van NS Cargo. Op 2 juli 1997 krijgt Lovers Rail van minister Jorritsma een vergunning om te rijden op het traject Amsterdam - Haarlem, Utrecht Centraal - Hilversum en Den Haag Centraal - Leiden Centraal. Op 4 juli 1997 wordt het Franse CGEA (Compagnie Générale d’Entreprise Automobiles) voor 70% eigennaar van Lovers Rail. De overige 30% blijft in handen van de rederij. Om de treinen van Lovers te rijden, wil CGEA locomotieven van de serie BB 8500 met rijtuigen van het type RIB 60 (Rame Inox Banlieu) naar Nederland halen. Deze combinaties zijn niet meer nodig rondom Parijs vanwege de vervanging door dubbeldeksmaterieel. Het inbouwen van ATB en een lage instap waren de grootste struikelblokken om dit materieel naar Nederland te halen. Door Railned zal dit materieel niet worden toegelaten. In het najaar van 1997 krijgt Lovers toestemming om sneltreinen te rijden tussen Hilversum en Utrecht, ingaande de dienstregeling 1998/1999. De treinen zullen in de spits ieder half uur gaan rijden. Buiten de spits zal een uursdienst worden geboden. Uiteindelijk komt er van deze sneltreinen niets terecht. Er zijn alleen een aantal proefritten gereden. Tussen Den Haag en Leiden wordt helemaal niet gereden.
Begin 1998 bereiken de NMBS en Lovers Rail overeenstemming over de huur van 4 locomotieven van de Reeks 25.5. De locomotieven zijn nog voorzien van ATB, welke alleen opnieuw ingeregeld moet worden. Met deze locomotieven kan de Keukenhof Expres gereden gaan worden. Deze rijdt tussen Amsterdam en Leiden, waarbij onderweg wordt gestopt in Haarlem en Lisse. Op 27 maart 1998 rijdt deze trein voor het eerst. Op 24 mei 1998 rijdt de Keukenhof Expres voor het laatst, evenals de Kennemerstrand Expres. Dit als gevolg van een tekort aan locomotieven. Ook de Spaarne Expres tussen Amsterdam Centraal en Haarlem ziet het levenslicht in dat jaar. Dit is een halfuursdienst tussen beide steden, waarvoor twee stammen van vier rijtuigen nodig zijn. De treinen gaan vanaf 26 mei 1998 rijden. Deze treinen worden gereden door de Belgische locomotieven van de Reeks 25.5. De eerste stam bestaat uit rijtuigen die tot kort daarvoor de Keukenhof Expres reden. De tweede stam rijtuigen is gehuurd van de Freundenkreis Eisenbahn Köln en bestaat uit vier Duitse rijtuigen (3 Am en 1 Ar). De eerste weken kunnen reizigers gratis met deze treinen reizen. Per 8 juni 1998 komen de vroege ritten, de laatste twee ritten, en de verlengde dienstregeling op donderdag te vervallen. De gehuurde Duitse rijtuigen worden op 14 juni 1998 voor het laatst ingezet als gevolg van het beëindigen van de huur. Per 15 juni 1998 gaat de trein slechts eenmaal per uur rijden. Met het instromen van nieuwe rijtuigen wordt de halfuursdienst tussen Haarlem en Amsterdam weer hervat per 24 juni 1998. Om de Kennemerstrand Expres weer te kunnen rijden, wordt door NS Cargo de locomotieven 6462 en 6463 aangeboden. De huurprijs is echter te hoog voor Lovers. Er wordt geprobeerd om locomotieven van de Reeks 76 terug te halen naar Nederland, maar dit blijkt niet mogelijk. Er is overwogen om een DE2 te huren, maar vanwege het ontbreken van de ATB werd er geen ontheffing verleend. Op 6 juli 1998 gaat ook weer de Kennemerstrand Expres rijden als de 2207 en 2215 weer beschikbaar zijn. Later komt ook de 2211 weer naar Lovers.
In de loop van 1998 wordt het duidelijk dat de trage instroom van nieuw materieel en het ontbreken van ATB in het materieel een struikelblok begint te worden. Het is voor Lovers niet mogelijk om op de trajecten tussen Utrecht en Hilversum en tussen Leiden en Den Haag te gaan rijden. Op beide trajecten moest een uursdienst gereden gaan worden, bestaande uit een stam van vier rijtuigen en een stuurstandrijtuig. De NMBS wilde niet meer dan vier locomotieven van de Reeks 25.5 beschikbaar stellen. Er zijn dan twee locomotieven nodig voor het traject tussen Amsterdam en Haarlem, 1 voor Utrecht - Hilversum en de laatste voor het traject tussen Leiden en Den Haag. Met behulp van de stuurstandrijtuigen is het dan mogelijk om trek/duwcombinaties te maken. Het is dan echter wel noodzakelijk dat er ATB wordt ingebouwd in deze rijtuigen. Dat was mogelijk in de Tilburgse werkplaats. De inbouw zou echter ongeveer een half jaar in beslag nemen en meer kosten dan een rijtuig. Door de NS worden vier locomotieven van de serie 1100 (1115, 1122, 1142 en 1152) aangeboden. Echter is de huurprijs te hoog voor Lovers Rail. In november 1998 doet minister Netelbos van Verkeer en Waterstaat een waarschuwing uitgaan naar Lovers om de aangevraagde paden alsnog te gaan gebruiken, anders wordt de vergunning ingetrokken. Omdat er nog steeds niet gereden gaat worden op de trajecten tussen Utrecht en Hilversum en tussen Leiden en Den Haag, gaan er stemmen op om de vergunning in te trekken. Daarop besluit Lovers Rail om proefritten te gaan rijden tussen Utrecht en Hilversum in de weekeinden. De treinen rijden op 20 juni 1999 en 3 juli 1999. Ook tussen Den Haag en Leiden worden proefritten gereden en wel op 3 juli 1998.
Op 28 februari 1999 wordt een rit verreden tussen Amsterdam en Maastricht met een viertal rijtuigen. Deze zijn aangevuld met restauratierijtuigen van de VSM uit Beekbergen. In 1999 rijdt de Keukenhof Expres in een uurdienst, maar keert de Kennemerstrand Expres niet meer terug. Op 14 september 1999 trekt CGEA de stekker uit Lovers Rail. De vergunningen voor exploitatie worden ingeleverd, maar het blijft een toelatingsovereenkomst behouden om besloten vervoer uit te kunnen voeren. Als in september 1999 de treindiensten worden gestaakt, keren de locomotieven 2552, 2553 en 2555 op 23 september 1999 terug naar de NMBS. De 2554 blijft nog in Nederland. Medio oktober 1999 gaan alle rijtuigen naar België. De overbrengingen worden door de 2554 uitgevoerd. Op 14 oktober 1999 verlaat ook de 2554 Nederland om terug te keren naar België.
Spoorlijnen
De spoorwegmaatschappij heeft geen eigen spoorlijnen in beheer gehad.
Locomotieven
Door de spoorwegmaatschappij zijn in totaal 4 diesellocomotieven van NS Cargo gehuurd. Deze zijn de 2202, 2207, 2211 en 2215 van de serie 2200. Omdat deze locomotieven niet beschikken over treinverwarming, is het de bedoeling om deze locomotieven te vervangen door vijf locomotieven van de serie 211 van de Deutsche Bahn. Hiermee zal het mogelijk zijn om een uurdienst aan te kunnen bieden. Door de NS wordt de levering van de benodigde ATB-apparatuur echter geweigerd.
Van de Belgische spoorwegen NMBS zijn een viertal locomotieven van de Reeks 25.5 gehuurd. Indien een locomotief onderhoud nodig had, werd door de NMBS een andere locomotief gestuurd.
Rijtuigen
Voor het rijden van de treinen tussen Amsterdam en IJmuiden worden van de NMBS 4 rijtuigen van het type M2 over genomen. Voor de overige treinen die Lovers Rail wil laten rijden, worden in het voorjaar van 1998 nog eens 17 rijtuigen van de NMBS overgenomen van het type M2.
Opheffing
Op 14 september 1999 wordt door het moederbedrijf CGEA alle treindiensten gestaakt. Hierop besloot Lovers om zich alleen maar bezig te houden met de rondvaarten door de grachten van Amsterdam.
Bronnen, Referenties en/of Voetnoten
|