Baureihe 189: verschil tussen versies

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen
(Nieuwe pagina aangemaakt met 'Op basis van de wordt door Siemens een locomotief ontworpen en gebouwd die inzetbaar zal zijn in een groot deel van Europa. <!--In 2010 presenteert Siemens zijn ni...')
 
Regel 1: Regel 1:
Op basis van de wordt door Siemens een locomotief ontworpen en gebouwd die inzetbaar zal zijn in een groot deel van Europa.
+
Op basis van de EuroSprinter 127 001 wordt door Siemens een locomotief ontworpen en gebouwd die inzetbaar zal zijn in een groot deel van Europa.
  
<!--In 2010 presenteert Siemens zijn nieuwe locomotief van het type Vectron. De locomotief is een doorontwikkeling van het ES 2007-platform, waarvan de Portugese en Belgische spoorwegen exemplaren van hebben aangeschaft. Ten opzichte van zijn voorganger heeft de Baureihe 193 een iets aangepastere vorm van de neus.
+
= '''Geschiedenis''' =
  
Op 6 januari 2016 wordt de 193 902 door de [[V100 (RRF)|RRF 18]] van [[Venlo]] naar de [[Kijfhoek]] gesleept. De locomotief is eigendom van PCW, het proefcentrum van Siemens in Wildenberg. Op 18 januari 2016 keert de locomotief achter de RRF 21 terug naar Duitsland, nadat op de Kijfhoek problemen met de software waren vastgesteld. Na een update van de software komt de locomotief op 1 februari 2016 terug naar Nederland. De locomotief wordt naar Roosendaal overgebracht, waar andere stroomafnemers worden geplaatst en de communicatie wordt getest met de 189 823, eveneens eigendom van PCW. Op 9 februari 2016 maken de beide locomotieven hun eerste proefrit. Van [[Roosendaal]] wordt er naar [[Horst-Sevenum]] gereden. Ook behoorde proefritten op de [[Betuweroute]] en [[Hanzelijn]] tot het programma. Op de Hanzelijn worden hierbij snelheden tot 200 kilometer per uur gehaald.
+
Al in de jaren '60 van de 20e eeuw wordt door de Deutsche Bundesbahn de eerste multi-courante locomotieven besteld en in dienst gesteld. Dit zijn de locomotieven van het type E310 en E410. Hiermee kon het wisselen van locomotief aan de landsgrenzen worden vermeden. De locomotieven waren niet in alle gevallen succesvol in het slechten van de landsgrenzen. Met de komst van de draaistroommotoren en de verdere ontwikkelingen op het gebied van elektronische componenten, zorgen er voor dat het gemakkelijker wordt om een locomotief voor meerdere spanningen en beveiligingssystemen in Europa te ontwikkelen en te bouwen. In de jaren '90 geeft de Deutsche Bundesbahn opdracht aan de industrie tot het ontwikkelen van een locomotief die de oudere locomotieven van de Baureihe 103, 111, 151 en 181.2 moet vervangen. Door Krauss Maffei wordt in 1992 het prototype, de 127 001, geleverd. Deze locomotief is ook wel bekend als ES 64 P. Hierbij staat ES voor EuroSprinter, de 64 slaat op het vermogen. In dit geval 6.400 kW. De P staat voor Personen. De afgeleide Baureihen die op basis van dit platform zijn geleverd, zijn de 152 (ES 64 F), 182 (ES 64 U2) en 189 (ES 64 F4) Voor de Oostenrijkse Spoorwegen ÖBB zijn de Baureihe 1016 en 1116 (ES 64 U2) en 1216 (ES 64 U4) gebouwd.
  
De door Siemens geproduceerde locomotieven type Baureihe 193, ook bekent onder de aanduiding Vectron MS, zijn per 21 september 2017 door ILT toegelaten tot het Nederlandse spoorwegnet. Deze toelating geschied door middel van een AVVi (Aanvullende Vergunning Voor Indienststelling). In deze aanvullende vergunning worden alleen naar zaken gekeken die gelden voor Nederland, omdat de locomotief al in een ander land is toegelaten. De toelating geldt voor de Vectron X4 A10, versie D1.03 met ERTMS V2.9.20. Deze locomotieven beschikken over de beveiligingspakketten ATB-EG, LZB80E, inclusief PZB90, ZUB 262, Euroloop, SCMT, Mirel, SHP en ERTMS V2.9.20 versie 2.3.0d met Level 1 en Level 2 functionaliteit van Alstom. Hiermee heeft de locomotief toelating voor Duitsland, Oostenrijk, Polen, Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Roemenië en Nederland. Voor de inzet in Nederland gelden wel enkele beperkingen. De locomotief mag niet harder rijden dan 160 kilometer per uur, ondanks zijn maximumsnelheid van 200 kilometer per uur. De locomotief mag alleen ingezet worden voor goederentreinen. In het grensoverschrijdend verkeer mag de locomotief alleen gebruik maken van de geëlektrificeerde baanvakken met Duitsland. De locomotief is niet toegelaten op de [[HSL-Zuid]]. Er mogen maximaal twee locomotieven multiple gekoppeld worden gereden.  
+
In 1995 bestelt de DB 195 locomotieven bij Siemens-Kraussmaffei van de Baureihe 152 met een optie op nog eens 100 locomotieven. In 1999 geeft Deutsche Bahn de opdracht aan Siemens om de optie van 100 locomotieven te lichten. Zijn de locomotieven van de Baureihe 152 alleen inzetbaar in Duitsland, de nieuwe locomotieven moeten in meer landen inzetbaar zijn. Op basis van de ES 64 F wordt een nieuw concept ontwikkeld, het platform ES 64 F4. Door gebruik te maken van lichtere materialen, blijft de maximale aslast beperkt. In 2002 worden de eerste drie locomotieven van de Baureihe 189 gebouwd door Siemens. Op 25 september 2002 wordt de eerste locomotief, de 189 002, op InnoTrans in Berlijn overhandigd aan Railion. Met deze drie locomotieven wordt een intensief testprogramma doorlopen. Er zijn onder meer proefritten op de baan van Velim in Tsjechië, een wintertest in het noorden van Zweden en beproevingen onder 25.000 volt wisselspanning in Luxemburg. Eind april 2003 is het testprogramma afgerond en worden de drie locomotieven overhandigd aan Railion. Door de DB worden 100 locomotieven besteld die identiek zijn aan de eerste drie locomotieven. In oktober en november 2003 worden de drie locomotieven weer bij Siemens ingeleverd. Zij worden vervangen door locomotieven met de identieke nummers. De drie oorspronkelijke locomotieven worden opgenomen in het eigen verhuurpark van Siemens onder de naam Dispolook. De drie locomotieven krijgen de nummers 189 903, 189 904 en 189 905. De 100 locomotieven worden geleverd tussen mei 2003 en december 2005.
  
Op 27 september 2017 vond de eerste inzet plaats in Nederland. De door LTE van ELL geleaste locomotief 193 261 was de eerste locomotief die in Nederland reed. De locomotief raakte echter defect, zodat deze door de 189 213 terug naar Duitsland moest worden gesleept. De dagen daarna kwamen ook de locomotieven 193 262 en 193 263 naar Nederland. Op 20 oktober 2017 is de 193 263 voorzien van een bestickering van LTE. In november 2017 kreeg de 193 262 hetzelfde uiterlijk.
+
In totaal zijn er 213 locomotieven gebouwd van dit platform. Hiervan zijn er 100 in dienst geweest bij DB Cargo en haar rechtsvoorgangers. Hiervan zijn 60 locomotieven geschikt voor inzet in Nederland. Vanaf december 2007 zijn dit de 189 023, 189 065 - 189 080, 189 081 - 189 089 en 189 100. De locomotieven worden voorzien van twee extra pantografen voor gelijkspanning, inbouw van ETCS en het aanbrengen van een groot, wit vlak onder het cabineraam. In 2009 komen hier de locomotieven 189 023 - 189 054 en 189 081 bij.  Door de SBB worden 18 locomotieven besteld, waarvan er 12 in dienst komen als Re 474 voor inzet in Zwitserland en Italië. De overige locomotieven zijn verkocht aan leasemaatschappijen in Europa. In 2006 koopt MRCE de locomotieven 189 090 - 189 099 van de DB. De DB huurt de locomotieven vervolgens weer terug. In mei 2007 is de 189 095 de eerste locomotief in de zwarte huisstijl van MRCE. In de zomer van 2007 maakt MRCE bekend dat zij andere plannen hebben voor de 10 locomotieven. Tussen juli 2007 en januari 2008 worden de bestaande contracten met de DB voor de lease van deze locomotieven beëindigd. Als eerste worden de 189 090 en 189 095 teruggegeven in juli 2007. In Berlijn worden zij zwart geschilderd. Vervolgens zijn zij naar Siemens in München overgebracht voor het plaatsen van twee extra pantografen, modules voor de treinbeveiliging en een software upgrade. In de daarop volgende maanden worden ook de 189 092 - 189 094 onder handen genomen. Na aflevering krijgen de locomotieven nieuwe nummers. Zij worden opgenomen in de serie ES64F4. Aangezien MRCE al locomotieven in dienst heeft met de nummers ES64F4 090 - ES64F4 099 ontstaan er dubbelingen in de nummering. Al vrij snel worden de locomotieven 189 093 - 189 095 verhuurd aan Veolia en krijgen de huisstijl van Veolia. Op de neuzen krijgen zij nu slechts het serie nummer ES 64 F4 op de neuzen. Aan de linkerzijde komt het locomotiefnummer te staan als E 189 093 - E 189 095. De 189 091, 189 096 - 189 099 worden in Wegberg onder handen genomen voor inzet bij DB Schenker in Nederland.
  
In het voorjaar van 2018 begint de uitrol van locomotieven aan MRCE met het A22 pakket. Deze locomotieven zijn geschikt voor inzet in Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland, Italië en Nederland. Deze locomotieven zijn genummerd 193 700 en hoger. MRCE zal in totaal 20 locomotieven aanschaffen met dit pakket.
+
Op 3 oktober 2003 arriveren de locomotieven 189 004 en 189 007 in Nederland voor proefritten voor de toelating van de locomotieven. Vanaf 24 november 2003 gaat het testprogramma van start. Dit programma duurde tot 19 december 2003. De testtrein bestond uit weerszijden een locomotief Baureihe 189, drie rijtuigen met meetapparatuur, een rijtuig met aggregaat en een schutrijtuig. Dit waren de rijtuigen [[L - Rijtuigen Plan L|Df 92-37 002]] + [[E - Rijtuigen Plan E|Df 92 37 005]] + [[W - Rijtuigen Plan W|B 21-37 451]]. Omdat de locomotieven nog niet waren voorzien van [[ATB (Automatische Trein Beïnvloeding)|ATB]], fungeerde de [[1600 - Elektrische locomotieven serie 1600|1619]] als ATB kast. De proefritten vonden plaats tussen [[Helmond]] en [[Horst-Sevenum]], op de [[Flevolijn]] en tussen [[Vlissingen]] en [[Kruiningen-Yerseke]].
  
  
__TOC__
+
= '''Technische gegevens''' =
  
='''Vervoerders'''=
+
De locomotieven hebben een lengte van 19,58 meter, een breedte van 3,00 meter en een hoogte van 4,245 meter. Het totaalgewicht van de locomotief bedraagt 87 ton. Dit gewicht is verdeeld over de locomotiefbak ( ton), draaistellen en wielen ( ton), centraal blok en compressor ( ton), Door de vier assen, bedraagt de asdruk 21,75 ton en is de asindeling Bo'Bo'. Elk draaistel is voorzien van een tractiemotor. Deze konden een continu vermogen ontwikkelen van 6.400 kW ( pk) bij een bovenleidingspanning van 25.000 en 15.000 volt wisselspanning. Onder 3.000 volt gelijkspanning bedraagt het vermogen 6.000 kW ( pk). Onder 1.500 volt gelijkspanning is er 4.200 kW ( pk) aan vermogen beschikbaar. De hoogste toegestane snelheid bedraagt 140 kilometer per uur. Bij de aanzet levert de locomotief een trekkracht van 300 kN.
  
De locomotieven  
+
De tractiemotoren zijn volgens neusophanging in het draaistel gemonteerd. De motoren worden gekoeld met lucht, afkomstig van de ventilatoren die onder de dakluiken zitten. Eén ventilator koelt de . Deze ventilator drijft tevens de laagspanningsgenerator van  volt aan. De zuigercompressor van Westinghouse, type , zorgt voor de luchtdruk die de locomotief nodig is om te kunnen remmen. Ook de tyfoons, stroomafnemers en andere luchtverbruikers zijn op deze compressoren aangesloten. De locomotieven beschikken over een directe rangeerrem, elektrodynamische rem en een indirecte elektropneumatische treinrem.
  
=='''BLS Cargo'''==
+
De draaistellen hebben als code  en hebben een radstand van 2,900 meter. De wielen hebben een grootte van 1,250 meter. De draaistellen zijn op 9,900 meter van elkaar geplaatst.
  
In 2015 besteld de BLS Cargo 15 Vectron’s, welke in drie jaarlijkse trances van vijf locomotieven geleverd gaan worden. De eerste levering begint in het tweede kwartaal van 2016. Eind september van dat jaar is de eerste serie van vijf locomotieven afgeleverd. In tegenstelling tot wat de gepland stond worden de overige locomotieven alle in 2017 afgeleverd. Sinds 2018 huurt BLS Cargo vier locomotieven van Hupac, de 193 494 – 193 497, welke ook in Nederland zijn toegelaten.
 
  
'''Inzet'''
 
  
In het najaar van 2018 wordt de software van alle machines aangepast, waarna deze ook in Nederland mogen worden ingezet. Deze locomotieven zijn geschikt voor inzet in Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland, Italië en Nederland. In Nederland rijden de BLS Vectron's onder verantwoording van Captrain. BLS Cargo (Captrain) zet de Hupac locomotieven ook in Nederland in.
+
= '''Uitvoering''' =
 +
 
 +
 
 +
Voor de locomotieven zijn diverse configuraties beschikbaar. Iedere configuratie staat voor toelating in de diverse landen met de daarbijbehorende beveiligingsapparatuur. De toelating voor België is komen te vervallen in .
 +
 
 +
{| class="wikitable" style="width:600px; font-size:100%;"
 +
! Configuratie || Toegelaten landen 
 +
|-
 +
| '''VA''' ||
 +
|-
 +
| '''VB''' ||
 +
|-
 +
| '''VE''' || Duitsland, Italië, Kroatië, Nederland, Oostenrijk, Slovenië
 +
|-
 +
| '''VJ''' || Duitsland, Nederland
 +
|-
 +
| '''VL''' || België, Duitsland, Italië, Kroatië, Nederland, Oostenrijk, Slovenië
 +
|-
 +
| '''VK''' || Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Roemenië
 +
|-
 +
| '''VO''' || Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Polen, Roemenië
 +
|-
 +
|}
 +
 
 +
 
 +
 
 +
='''Inzet'''=
 +
 
 +
De locomotieven zijn bij diverse vervoerders ingezet. De locomotieven worden grotendeels via leasemaatschappijen zoals MRCE verhuurd aan de vervoerders. Hieronder zal alleen de inzet in Nederland bij DB Cargo worden vermeld.
 +
 
  
-->
 
 
=='''DB Cargo'''==
 
=='''DB Cargo'''==
  
<!--In het najaar van 2017 sluit DB Cargo een overeenkomst met Siemens voor de levering van 100 locomotieven van deze Baureihe met het A22-pakket. Zestig locomotieven worden direct besteld. Deze bestelling heeft een waarde van 370 miljoen Euro. De locomotieven zijn bedoeld voor inzet op de corridor tussen Nederland en Italië. De locomotieven zijn ook geschikt voor inzet in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Daarnaast zullen de locomotieven ook voor België een toelating moeten krijgen. De toelating voor deze configuratie wordt eind februari gerealiseerd. De eerste locomotief uit deze bestelling, de 193 300, maakt op 4 december 2017 zijn eerste proefrit. De 193 301 volgt een aantal dagen later. Op 10 december 2017 neemt DB Cargo beide locomotieven over van Siemens. Dezelfde maand worden ook de 193 302 - 193 304 op hun proefrit gestuurd. De 193 302 en 193 303 kwamen op 28 december 2017 in dienst. De 193 304 volgde in januari 2018. De 193 300 is in Oberhausen gebruikt voor opleiding van het personeel. Op 20 december 2017 worden de twee eerste locomotieven voorzien van stickers op de zijwanden in het kader van Das ist Grün, waarin teksten zijn opgenomen voor het milieuvriendelijke manier van vervoer per trein. Begin januari 2018 worden de twee locomotieven naar Emmerich overgebracht voor instructie aan Nederlandse machinisten. Op 22 februari 2018 rijden de beide locomotieven vanuit Emmerich naar de [[Kijfhoek]]. Op 23 februari 2018 rijden de 193 300 en 193 301 hun eerste proefritten in Nederland tussen Venlo en Eindhoven. Na afloop van deze ritten keerden beide locomotieven terug naar de Kijfhoek. De locomotieven zijn sinds eind februari 2018 toegelaten in Nederland. De locomotieven 193 300, 193 301, 193 309, 193 310, 193 312 en 193 357 krijgen de opschriften voor Das ist Grün. Op 19 juni 2018 wordt de 193 331 met enig feestelijk vertoon gepresenteerd. Het is de 500e locomotief van dit type dat door de fabriek in München is gebouwd. Op de neuzen van de locomotief is het getal 500 aangebracht met daaronder een halve bloemenkrans. De 193 313 is op  naar Zwitserland overgebracht om het locomotieftype in dat toegelaten te krijgen. Op 22 juni 2018 wordt de 193 318 naar Schaarbeek overgebracht voor homologatieritten in België, waarmee dit locomotieftype in België toelating moet krijgen in 2019. De 193 357 heeft voor de aflevering aan DB Cargo proefritten gereden voor ETCS tussen Nürnberg en Leipzig. Op 22 februari 2019 rijdt de 193 360 zijn eerste rit voor DB Cargo. Het is de eerste locomotief van de tweede bestelling van dit type locomotief door DB Cargo. De tweede bestelling omvat 40 locomotieven. Een deel van deze locomotieven zal voorzien zijn van het A10-pakket. De locomotieven kunnen ingezet worden in België. Duitsland, Nederland, Oostenrijk en diverse landen in Oost-Europa. Het andere deel van deze locomotieven wordt voorzien van het A35-pakket voor inzet in Duitsland, Italië, Oostenrijk en Oost-Europa. De locomotieven 193 360 - 193 366 en 193 368 worden in het wit afgeleverd met een blauwe band. De 193 360, 193 362 en 193 364 hebben op de zijwand komt aan de linkerzijde de tekst I am a European en aan de rechterzijde de Europese landkaart. De 193 361 is voorzien van bestickering Das ist Grün. De 193 363, 193 365, 193 366 en 193 368 zijn geheel wit. De 193 363 is voorzien van lichtgrijze logo's van de DB, terwijl de andere drie locomotieven geen logo's hebben van de DB. In januari 2020 wordt de 193 363 voorzien van een groene bestickering van I am a Climate Hero. De 193 366 wordt in november 2019 voorzien van regenboog-kleuren en de tekst I am Einziganders. De locomotieven met de nummers 193 367 en 193 369 en hoger worden weer in het rood afgeleverd. Op 9 oktober 2019 is de laatste locomotief, 193 399, aan DB Cargo geleverd van deze twee bestellingen. De locomotieven met de nummer 193 370 - 193 399 zijn echter niet geschikt om in Nederland te rijden omdat zij voorzien zijn van het A35 pakket. In november 2019 koopt DB Cargo nog eens vier extra locomotieven met de nummers 193 560 - 193 563.
+
 
 +
 
 +
= '''Revisie''' =
 +
 
 +
 
 +
 
 +
 
 +
<!--= '''Bijzondere uitvoeringen''' =
  
  
Regel 81: Regel 114:
 
DBC 193 360-5.jpg|193 360 met I am Eurepean
 
DBC 193 360-5.jpg|193 360 met I am Eurepean
 
</gallery>
 
</gallery>
 +
-->
 +
 +
= '''Wijzigingen''' =
  
'''Inzet'''
 
  
Op 6 maart 2018 rijdt de 193 301 zijn eerste rit. Met trein 40022 komt de locomotief vanuit Duitsland naar de [[Waalhaven]]. De 193 300 rijdt op 14 maart 2018 met een containertrein naar Basel tot Venlo. Met Unit Cargo trein 45716 keert de locomotief terug naar de Kijfhoek op 15 maart 2018. Met trein 42611 gaat de locomotief dezelfde dag naar Duitsland. De planning was dat de locomotieven als eerste inzet in Nederland de coils-treinen tussen Bremen en Renory zouden gaan rijden. Dit is uiteindelijk gewijzigd dat de locomotieven vanaf april worden ingezet met de Unit Cargo tussen Kijfhoek/Sloe en Köln Gremberg. Zij vervangen in deze treinen locomotieven van de Baureihe 189. Deze locomotieven zullen ingezet gaan worden vanuit Duitsland naar Oost-Europa. Halverwege mei 2018 zijn al 15 locomotieven in dienst en zijn 23 locomotieven afgeleverd. In juni 2018 vindt uitbreiding plaats van het werkterrein. Met intermodale treinen komen de locomotieven tot aan Basel. Eveneens in juni 2018 vindt de inzet plaats naar Nederland met kolentreinen. Vanaf september 2018 zijn de locomotieven toegelaten in Zwitserland, zodat zij de intermodale treinen verder dan Basel kunnen rijden.
+
* In februari 2010 worden de locomotieven 189 03 - 189 0 voorzien van automatische koppelingen van Faiveley Transpact TTK. Hiermee is het mogelijk om de ertstreinen tussen de Maasvlakte en Dillingen doorgaand van elektrische tractie te voorzien.
  
=='''Hupac'''==
 
  
Hupac beschikt over acht locomotieven 193 490 – 193 497. Van deze machines zijn de 193 494 – 193 497 in Nederland toegelaten en aan de BLS Cargo verhuurd. BLS verzorgd ook het onderhoud aan deze locomotieven. Oorspronkelijk zouden de andere vier machines bij de SBB in gebruik genomen worden, maar inmiddels zijn deze beschikbaar voor verhuur aan andere bedrijven.
 
  
=='''NS'''==
+
= '''Vernummeringen''' =
  
Op 2 mei 2018 maakt de NS bekend dat zij 12 locomotieven van het type Vectron willen gaan leasen. De locomotieven zullen worden ingezet in het grensoverschrijdende verkeer tussen Amsterdam en Berlijn met ingang van de [[dienstregeling 2020]]. In eerste instantie zullen zij in Nederland worden ingezet en later ook in Duitsland. Met de inzet van deze locomotieven kan de locomotiefwissel in Bad Bentheim komen te vervallen, waarmee rijtijdwinst behaald kan worden. Op 3 februari 2019 maakt de DB echter bekend dat zij bij Talgo treinen hebben besteld die tussen Amsterdam en Berlijn ingezet gaan worden vanaf december 2023. Hiermee is de komst van de 12 locomotieven voor de NS onzeker geworden.
 
  
=='''ÖBB'''==
+
= '''Schadegevallen''' =
  
In maart 2020 zal er door Siemens een tweede bestelling van locomotieven aan de ÖBB worden geleverd van in totaal 61 locomotieven. Hiervan zullen 28 locomotieven geschikt zijn voor inzet in Nederland.
 
  
=='''PKP Cargo'''==
+
='''Afvoer'''=
  
In 201 maakt PKP Cargo bekend Vectrons bij Siemens hebben besteld. Zij hebben 15 locomotieven besteld, waarvan er 3 geschikt zullen zijn voor inzet naar Nederland. De locomotieven zijn echter nog niet in Nederland geweest.
 
  
=='''RTB Cargo'''==
+
== '''Sloop''' ==
  
Door RTB Cargo worden drie locomotieven ingezet in Nederland. Zij zijn hoofdzakelijk blauw en hebben allen een ander thema, waarmee de verschillende onderdelen van moederbedrijf Rath Gruppe wordt uitgebeeld.
 
  
  
='''Toegelaten locomotieven'''=
+
= '''Afleverdata''' =
  
In de onderstaande lijst zijn alle toegelaten locomotieven opgenomen. De locomotieven die eigendom zijn van de leasemaatschappijen European Locomotive Leasing (ELL) (27 stuks) en Mitsui Rail Capital Europe (MRCE) (30 stuks) worden onder andere geleased door LTE, Rail Force One en TXL.
 
  
{| class="wikitable" style="width:800px; font-size:100%;"
+
 
! Nummerserie || Vervoerder || Lessor || Landenpakket
+
='''Bronnen'''=
|-
+
 
| '''193 232, 193 256 - 193 263, 193 278, 193 280 - 193 283, 193 299, 193 725, 193 729, 193 731 - 793 735, 193 737, 193 740, 193 742, 193 745 ''' ||  || ELL || A10/A22
+
<small>
|-
+
'''De serie 189 trekt zich terug''' - {{Sc|H. Bouwknegt}} - ''Maandblad: Railmagazine, 42e Jaargang - 2020 nummer 376 Blz: 54-58'' Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489''<br>
| '''193 300 - 193 359''' || DB Cargo ||  || A22
+
</small>
|-
 
| '''193 360 - 193 379''' || DB Cargo ||  || A10
 
|-
 
| '''193 380 - 193 399''' || DB Cargo ||  || A35
 
|-
 
| '''475 401 - 475 415''' || BLS Cargo ||  || A22
 
|-
 
| '''475 416 - 475 440''' || BLS Cargo ||  || ?
 
|-
 
| '''EU46-513 - EU46-515''' || PKP Cargo ||  || A10
 
|-
 
| '''193 516 - 193 527''' || SBB || SüdLeasing ||
 
|-
 
| '''193 620 - 193 629''' ||  || ''MRCE'' || A10
 
|-
 
| '''193 700 - 193 713''' ||  || ''MRCE'' || A22
 
|-
 
| '''193 490 - 193 497''' ||  || ''Hupac'' || A22
 
|-
 
| '''193 782, 193 784 - 193 786''' || Captrain ||  || A10
 
|-
 
| '''193 791 - 193 793''' || RTB Cargo ||  || A22
 
|-
 
|}
 
-->
 
  
 
[[Categorie:Elektrische locomotieven]]
 
[[Categorie:Elektrische locomotieven]]

Versie van 25 mei 2021 20:42

Op basis van de EuroSprinter 127 001 wordt door Siemens een locomotief ontworpen en gebouwd die inzetbaar zal zijn in een groot deel van Europa.

Geschiedenis

Al in de jaren '60 van de 20e eeuw wordt door de Deutsche Bundesbahn de eerste multi-courante locomotieven besteld en in dienst gesteld. Dit zijn de locomotieven van het type E310 en E410. Hiermee kon het wisselen van locomotief aan de landsgrenzen worden vermeden. De locomotieven waren niet in alle gevallen succesvol in het slechten van de landsgrenzen. Met de komst van de draaistroommotoren en de verdere ontwikkelingen op het gebied van elektronische componenten, zorgen er voor dat het gemakkelijker wordt om een locomotief voor meerdere spanningen en beveiligingssystemen in Europa te ontwikkelen en te bouwen. In de jaren '90 geeft de Deutsche Bundesbahn opdracht aan de industrie tot het ontwikkelen van een locomotief die de oudere locomotieven van de Baureihe 103, 111, 151 en 181.2 moet vervangen. Door Krauss Maffei wordt in 1992 het prototype, de 127 001, geleverd. Deze locomotief is ook wel bekend als ES 64 P. Hierbij staat ES voor EuroSprinter, de 64 slaat op het vermogen. In dit geval 6.400 kW. De P staat voor Personen. De afgeleide Baureihen die op basis van dit platform zijn geleverd, zijn de 152 (ES 64 F), 182 (ES 64 U2) en 189 (ES 64 F4) Voor de Oostenrijkse Spoorwegen ÖBB zijn de Baureihe 1016 en 1116 (ES 64 U2) en 1216 (ES 64 U4) gebouwd.

In 1995 bestelt de DB 195 locomotieven bij Siemens-Kraussmaffei van de Baureihe 152 met een optie op nog eens 100 locomotieven. In 1999 geeft Deutsche Bahn de opdracht aan Siemens om de optie van 100 locomotieven te lichten. Zijn de locomotieven van de Baureihe 152 alleen inzetbaar in Duitsland, de nieuwe locomotieven moeten in meer landen inzetbaar zijn. Op basis van de ES 64 F wordt een nieuw concept ontwikkeld, het platform ES 64 F4. Door gebruik te maken van lichtere materialen, blijft de maximale aslast beperkt. In 2002 worden de eerste drie locomotieven van de Baureihe 189 gebouwd door Siemens. Op 25 september 2002 wordt de eerste locomotief, de 189 002, op InnoTrans in Berlijn overhandigd aan Railion. Met deze drie locomotieven wordt een intensief testprogramma doorlopen. Er zijn onder meer proefritten op de baan van Velim in Tsjechië, een wintertest in het noorden van Zweden en beproevingen onder 25.000 volt wisselspanning in Luxemburg. Eind april 2003 is het testprogramma afgerond en worden de drie locomotieven overhandigd aan Railion. Door de DB worden 100 locomotieven besteld die identiek zijn aan de eerste drie locomotieven. In oktober en november 2003 worden de drie locomotieven weer bij Siemens ingeleverd. Zij worden vervangen door locomotieven met de identieke nummers. De drie oorspronkelijke locomotieven worden opgenomen in het eigen verhuurpark van Siemens onder de naam Dispolook. De drie locomotieven krijgen de nummers 189 903, 189 904 en 189 905. De 100 locomotieven worden geleverd tussen mei 2003 en december 2005.

In totaal zijn er 213 locomotieven gebouwd van dit platform. Hiervan zijn er 100 in dienst geweest bij DB Cargo en haar rechtsvoorgangers. Hiervan zijn 60 locomotieven geschikt voor inzet in Nederland. Vanaf december 2007 zijn dit de 189 023, 189 065 - 189 080, 189 081 - 189 089 en 189 100. De locomotieven worden voorzien van twee extra pantografen voor gelijkspanning, inbouw van ETCS en het aanbrengen van een groot, wit vlak onder het cabineraam. In 2009 komen hier de locomotieven 189 023 - 189 054 en 189 081 bij. Door de SBB worden 18 locomotieven besteld, waarvan er 12 in dienst komen als Re 474 voor inzet in Zwitserland en Italië. De overige locomotieven zijn verkocht aan leasemaatschappijen in Europa. In 2006 koopt MRCE de locomotieven 189 090 - 189 099 van de DB. De DB huurt de locomotieven vervolgens weer terug. In mei 2007 is de 189 095 de eerste locomotief in de zwarte huisstijl van MRCE. In de zomer van 2007 maakt MRCE bekend dat zij andere plannen hebben voor de 10 locomotieven. Tussen juli 2007 en januari 2008 worden de bestaande contracten met de DB voor de lease van deze locomotieven beëindigd. Als eerste worden de 189 090 en 189 095 teruggegeven in juli 2007. In Berlijn worden zij zwart geschilderd. Vervolgens zijn zij naar Siemens in München overgebracht voor het plaatsen van twee extra pantografen, modules voor de treinbeveiliging en een software upgrade. In de daarop volgende maanden worden ook de 189 092 - 189 094 onder handen genomen. Na aflevering krijgen de locomotieven nieuwe nummers. Zij worden opgenomen in de serie ES64F4. Aangezien MRCE al locomotieven in dienst heeft met de nummers ES64F4 090 - ES64F4 099 ontstaan er dubbelingen in de nummering. Al vrij snel worden de locomotieven 189 093 - 189 095 verhuurd aan Veolia en krijgen de huisstijl van Veolia. Op de neuzen krijgen zij nu slechts het serie nummer ES 64 F4 op de neuzen. Aan de linkerzijde komt het locomotiefnummer te staan als E 189 093 - E 189 095. De 189 091, 189 096 - 189 099 worden in Wegberg onder handen genomen voor inzet bij DB Schenker in Nederland.

Op 3 oktober 2003 arriveren de locomotieven 189 004 en 189 007 in Nederland voor proefritten voor de toelating van de locomotieven. Vanaf 24 november 2003 gaat het testprogramma van start. Dit programma duurde tot 19 december 2003. De testtrein bestond uit weerszijden een locomotief Baureihe 189, drie rijtuigen met meetapparatuur, een rijtuig met aggregaat en een schutrijtuig. Dit waren de rijtuigen Df 92-37 002 + Df 92 37 005 + B 21-37 451. Omdat de locomotieven nog niet waren voorzien van ATB, fungeerde de 1619 als ATB kast. De proefritten vonden plaats tussen Helmond en Horst-Sevenum, op de Flevolijn en tussen Vlissingen en Kruiningen-Yerseke.


Technische gegevens

De locomotieven hebben een lengte van 19,58 meter, een breedte van 3,00 meter en een hoogte van 4,245 meter. Het totaalgewicht van de locomotief bedraagt 87 ton. Dit gewicht is verdeeld over de locomotiefbak ( ton), draaistellen en wielen ( ton), centraal blok en compressor ( ton), Door de vier assen, bedraagt de asdruk 21,75 ton en is de asindeling Bo'Bo'. Elk draaistel is voorzien van een tractiemotor. Deze konden een continu vermogen ontwikkelen van 6.400 kW ( pk) bij een bovenleidingspanning van 25.000 en 15.000 volt wisselspanning. Onder 3.000 volt gelijkspanning bedraagt het vermogen 6.000 kW ( pk). Onder 1.500 volt gelijkspanning is er 4.200 kW ( pk) aan vermogen beschikbaar. De hoogste toegestane snelheid bedraagt 140 kilometer per uur. Bij de aanzet levert de locomotief een trekkracht van 300 kN.

De tractiemotoren zijn volgens neusophanging in het draaistel gemonteerd. De motoren worden gekoeld met lucht, afkomstig van de ventilatoren die onder de dakluiken zitten. Eén ventilator koelt de . Deze ventilator drijft tevens de laagspanningsgenerator van volt aan. De zuigercompressor van Westinghouse, type , zorgt voor de luchtdruk die de locomotief nodig is om te kunnen remmen. Ook de tyfoons, stroomafnemers en andere luchtverbruikers zijn op deze compressoren aangesloten. De locomotieven beschikken over een directe rangeerrem, elektrodynamische rem en een indirecte elektropneumatische treinrem.

De draaistellen hebben als code en hebben een radstand van 2,900 meter. De wielen hebben een grootte van 1,250 meter. De draaistellen zijn op 9,900 meter van elkaar geplaatst.


Uitvoering

Voor de locomotieven zijn diverse configuraties beschikbaar. Iedere configuratie staat voor toelating in de diverse landen met de daarbijbehorende beveiligingsapparatuur. De toelating voor België is komen te vervallen in .

Configuratie Toegelaten landen
VA
VB
VE Duitsland, Italië, Kroatië, Nederland, Oostenrijk, Slovenië
VJ Duitsland, Nederland
VL België, Duitsland, Italië, Kroatië, Nederland, Oostenrijk, Slovenië
VK Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Roemenië
VO Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Polen, Roemenië


Inzet

De locomotieven zijn bij diverse vervoerders ingezet. De locomotieven worden grotendeels via leasemaatschappijen zoals MRCE verhuurd aan de vervoerders. Hieronder zal alleen de inzet in Nederland bij DB Cargo worden vermeld.


DB Cargo

Revisie

Wijzigingen

  • In februari 2010 worden de locomotieven 189 03 - 189 0 voorzien van automatische koppelingen van Faiveley Transpact TTK. Hiermee is het mogelijk om de ertstreinen tussen de Maasvlakte en Dillingen doorgaand van elektrische tractie te voorzien.


Vernummeringen

Schadegevallen

Afvoer

Sloop

Afleverdata

Bronnen

De serie 189 trekt zich terug - H. Bouwknegt - Maandblad: Railmagazine, 42e Jaargang - 2020 nummer 376 Blz: 54-58 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489