Bagagewagens DIV en DV (Stalen D): verschil tussen versies

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen
Regel 50: Regel 50:
  
  
Voor het vervoer naar Denemarken waren de D 7611-7617, oorspronkelijk de D 6091, 6084-6090, sinds 1951/52 D 6717-6723, in 1954 D 6317-6323 en sinds 1957/59 D 7611-7617 geschikt. Waarschijnlijk zijn ze pas na 1957 over de grens gegaan. De rijtuigen zijn hiertoe voorzien van sjor-ogen met vijzelplaten. Deze waren bevestigd aan de stelbalk. Daarnaast werden ze voorzien van Deense lantaarnijzers. Vanwege de Pruisisch draaistellen waren de rijtuigen niet altijd toegelaten op spoorponten vanuit Duitsland naar Denemarken. De rijtuigen waren hierom niet voorzien van het RIC teken.
+
Voor het vervoer naar Denemarken waren de D 7611-7617, oorspronkelijk de D 6091, 6084-6090, sinds 1951/52 D 6717-6723, in 1954 D 6317-6323 en sinds 1957/59 D 7611-7617 geschikt. Waarschijnlijk zijn ze pas na 1957 over de grens gegaan. De rijtuigen zijn hiertoe voorzien van sjor-ogen met vijzelplaten. Deze waren bevestigd aan de stelbalk. Daarnaast werden ze voorzien van Deense lantaarnijzers. Vanwege de Pruisisch draaistellen waren de rijtuigen niet altijd toegelaten op spoorponten vanuit Duitsland naar Denemarken. De rijtuigen waren hierom niet voorzien van het RIC teken. Voor het vervoer van kuikens in trein D108, Holland - Italië Express, zijn in het voorjaar twee rijtuigen aangepast om eendagskuikens te kunnen vervoer.
  
  
Regel 81: Regel 81:
 
* In 1949 zijn de rijtuigen D 6084, D 6085, D 6087, D 6088, D 6089, D 6090 en D 6091 voorzien van aangepaste lantaarnijzers en veerogen op de stelbalken. Deze veerogen worden gebruikt om de wagens vast te kunnen zetten op de veerboten die over de Oostzee en de Sont varen om Denemarken en Zweden te bereiken.
 
* In 1949 zijn de rijtuigen D 6084, D 6085, D 6087, D 6088, D 6089, D 6090 en D 6091 voorzien van aangepaste lantaarnijzers en veerogen op de stelbalken. Deze veerogen worden gebruikt om de wagens vast te kunnen zetten op de veerboten die over de Oostzee en de Sont varen om Denemarken en Zweden te bereiken.
 
* In 1956 worden de rijtuigen uit de serie D 7601 - D 7605 aangepast. Zij verliezen de bakken voor het vervoer van vis en krijgen veerogen op de stelbalk. Daarnaast worden de rijtuigen voorzien van elektrische sluitseinverlichting.  
 
* In 1956 worden de rijtuigen uit de serie D 7601 - D 7605 aangepast. Zij verliezen de bakken voor het vervoer van vis en krijgen veerogen op de stelbalk. Daarnaast worden de rijtuigen voorzien van elektrische sluitseinverlichting.  
* Vanaf 1957 zijn de rijtuigen D 6317 - D 6323 aangepast voor het internationale verkeer. De rijtuigen zijn hierbij vernummerd naar de serie D 7611 - D 7617.
+
* Vanaf 1957 zijn de rijtuigen D 6317 - D 6323 aangepast voor het internationale verkeer. De rijtuigen zijn hierbij vernummerd naar de serie D 7611 - D 7617. Dit zijn de rijtuigen die al voorzien van veerogen. Zij krijgen hierbij een nieuwe vouwbalgophanging. Tegelijkertijd worden de rijtuigen Berlijns blauw met zandgele biezen geschilderd.
* In 1958 worden de rijtuigen D 7601 - D 7605 voorzien van nieuwe draaistellen. Deze zijn voorzien van aspotten met rollagers.  
+
* In 1958 worden de rijtuigen D 7601 - D 7605 voorzien van nieuwe draaistellen, type O (Gelijk aan Plan E). Deze zijn voorzien van aspotten met rollagers. Daarnaast worden de vijf rijtuigen gelijkwaardig aan elkaar gemaakt. Zij worden allemaal voorzien van een doorgaande zijgang en afsluitbare douaneruimtes. De bagageafdelingen worden door deuren gescheiden van de zijgang. Hierdoor was het mogelijk om de rijtuigen op elke plek in een trein te plaatsen. De rijtuigen krijgen hierbij een uitgebreid RIC-teken. Daarnaast zijn de rijtuigen voorzien van elektrische sluitseinen.
 +
* In het voorjaar van 1958 worden de rijtuigen D 6310 en D 6311 verbouwd voor het vervoer van eendagskuikens naar Italië.
 +
Zij krijgen hierbij de nummers D 7631 en D 7632.
 +
* In 1959 worden de rijtuigen D 6063, D 6064 en D 6069 verbouwd voor de internationale dienst. Zij krijgen hierbij dezelfde inrichting als de rijtuigen D 7611 - D 7617. De rijtuigen worden aansluitend op deze serie genummerd als D 7618 - D 7620.
 
* Vanaf 1968 verhuizen de opschriften die op de stelbalk staan naar het midden van de rijtuigbak.
 
* Vanaf 1968 verhuizen de opschriften die op de stelbalk staan naar het midden van de rijtuigbak.
 
  
  
Regel 100: Regel 102:
 
'''Bagagerijtuigen DIV D 6061 tot en met D 6100'''
 
'''Bagagerijtuigen DIV D 6061 tot en met D 6100'''
  
In 1937 worden de eerste rijtuigen vernummerd, nadat zij geschikt zijn gemaakt voor de internationale dienst naar Zwitserland. In 1952 worden de rijtuigen vernummerd om tot een aaneengesloten serie te komen. Later dat jaar worden zij nog een keer vernummerd, nu in de serie D 6701 - D 6723. Hierbij zijn de nummers D 6701 en D 6704 twee keer gebruikt. Dit zijn rijtuigen die aangepast zijn voor internationaal gebruik uit de serie D 7601 - D 7606. De rijtuigen die voorzien zijn van veerogen en de rijtuigen met bakken voor het vervoer van vis werden qua nummering bij elkaar gehouden. In 1954 zijn de rijtuigen vernummerd vanwege de komst van de rijtuigen Plan E. Zij krijgen hierbij de nummers in de serie D 6301 - D 6323. De rijtuigen uit de serie D 7601 - D 7606 worden niet in deze nummerserie ondergebracht.  De zeven verbouwde rijtuigen voor het internationale verkeer worden vanaf 1957 opgenomen in de serie D 7611 - D 7617. Vanaf 1968 worden de rijtuigen vernummerd naar het UIC schema.  
+
In 1937 worden de eerste rijtuigen vernummerd, nadat zij geschikt zijn gemaakt voor de internationale dienst naar Zwitserland. In 1952 worden de rijtuigen vernummerd om tot een aaneengesloten serie te komen. Later dat jaar worden zij nog een keer vernummerd, nu in de serie D 6701 - D 6723. Hierbij zijn de nummers D 6701 en D 6704 twee keer gebruikt. Dit zijn rijtuigen die aangepast zijn voor internationaal gebruik uit de serie D 7601 - D 7606. De rijtuigen die voorzien zijn van veerogen (D 6317 - D 6323) en de rijtuigen met bakken voor het vervoer van vis werden qua nummering bij elkaar gehouden. In 1954 zijn de rijtuigen vernummerd vanwege de komst van de rijtuigen Plan E. Zij krijgen hierbij de nummers in de serie D 6301 - D 6323. De rijtuigen uit de serie D 7601 - D 7606 worden niet in deze nummerserie ondergebracht.  De zeven verbouwde rijtuigen voor het internationale verkeer worden vanaf 1957 opgenomen in de serie D 7611 - D 7617. Vanaf 1968 worden de rijtuigen vernummerd naar het UIC schema.  
  
 
{| class="wikitable sortable" style="width:120em;"
 
{| class="wikitable sortable" style="width:120em;"

Versie van 15 feb 2016 17:06

Voor het vervangen van oude, houten bagagewagens bestelt de NS bij de Nederlandse industrie stalen bagagewagens voor binnenlands en buitenlands verkeer.

Geschiedenis

Voor het vervoeren van bagage werden al vrij snel na het ontstaan van de spoorwegen aparte wagons voor bagage gebouwd. Deze wagons zijn niet geschikt voor het vervoer van reizigers. Vanaf de jaren ’20 in de 20e eeuw worden houten rijtuigen niet meer gemaakt en vervangen door stalen rijtuigen. Om oude, houten bagagerijtuigen te vervangen, worden er vanaf 1932 in totaal 45 nieuwe, stalen bagagerijtuigen geleverd. Er worden twee typen ontworpen en geleverd. Voor het vervoer van bagage binnen Nederland en het grensverkeer met België en Duitsland wordt een vierdeurs bagagewagen ontworpen en gebouwd. Dit is de serie D 6061 - D 6100. Voor het internationale verkeer wordt een grotere, zesdeurs bagagewagen ontworpen en gebouwd. Deze wagens worden opgenomen in de serie D 7521 - D 7525. De rijtuigen voor de binnenlandse dienst staan bekend als kleine stalen D (DIV) en de rijtuigen voor de buitenlandse dienst als grote stalen D (DV). Voor de serie D 6061 - D 6100 zijn er twee deelseries besteld. De eerste serie is de D 6061 - D 6080 en de tweede serie bestaat uit de D 6081 - D 6100. De beide series zijn identiek aan elkaar. Door Allan in Rotterdam worden de rijtuigen D 6061 - D 6070 en D 6081 - D 6090 geleverd. Beijnes in Beverwijk leverde de D 6071 - D 6080 en D 7521 - D 7525. Door Werkspoor Utrecht worden de rijtuigen D 6091 - D 6100 gebouwd. Begin maart 1932 is door Beijnes de D 6071 als eerste rijtuig aan de NS geleverd.

Technische gegevens

DIV

De rijtuigen DIV hebben een lengte van 18,6 meter, een breedte van meter en een hoogte van meter boven de spoorstaaf. De rijtuigen hebben een gewicht van 31 ton. De rijtuigen hebben een draagvermogen van 10 ton. De rijtuigen zijn voorzien van een blokkenrem. De rijtuigen zijn toegelaten voor een maximumsnelheid van 140 kilometer per uur. De asindeling is B’B’.

DIV

De rijtuigen DV hebben een lengte van 21,8 meter, een breedte van meter en een hoogte van meter boven de spoorstaaf. De rijtuigen hebben een gewicht van 42,5 ton. De rijtuigen zijn voorzien van een blokkenrem. De rijtuigen zijn toegelaten voor een maximumsnelheid van 140 kilometer per uur. De asindeling is B’B’.


Uitvoering

De rijtuigen zijn volledig gelast. De rijtuigbak en het onderstel zijn als een geheel uitgevoerd en vast gelast. Hierdoor wordt een stijf geheel verkregen, dat ook zelfdragend is. De zijpanelen en de dakplaten zijn onderling verbonden met doorlopende lassen. Door deze constructie is een aanzienlijke gewichtsbesparing gerealiseerd. Bij de wagens met zes deuren loopt het dak boller dan bij de wagens met vier deuren. De koppen met de instapdeuren zijn smaller dan de rest van het rijtuig. De rijtuigen DIV hebben slechts aan een zijde instapdeuren, terwijl de rijtuigen DV aan twee zijden de instapdeuren hebben. De instapdeuren zijn uitgevoerd als klapdeuren. De rijtuigen zijn niet voorzien van vouwbalgen om reizigers gemakkelijk van het ene naar het andere rijtuig te laten lopen. Bij verbouwingen tussen 1937 en 1957 zijn een aantal rijtuigen later wel voorzien van vouwbalgen en een overloopmogelijkheid. Aan de bovenzijde van de buffers zijn de sluitseinijzers geplaatst. De apparaten onder de rijtuigbak zijn niet afgeschermd.

De vloer van de rijtuigen bestaat uit een gegolfde stalen constructie. Hierdoor werd de constructie steviger en konden de dwarsverbindingen vervallen. Op de vloer was een laag voor de isolatie aangebracht. De vloerbedekking bestaat uit.

De rijtuigen kunnen verwarmd worden door middel van lagedruk stoom. De stoom wordt door de stoomleiding vanaf de stoomlocomotief het rijtuig ingeblazen. Vanaf 1937 is het mogelijk om de rijtuigen D 7601 - D 7606 elektrisch te kunnen verwarmen met in Europa gangbare spanningen (1.500 en 3.000 volt gelijkspanning en 1.000 en 1.500 volt wisselspanning). Onder het rijtuig wordt de lucht verwarmd en het rijtuig ingeblazen. Het rijtuig wordt door middel van gloeilampen verlicht. Deze gloeilampen werken op 24 volt en hangen in het rijtuig. Op de balkons hangen twee lampen en op het toilet hangt ook een lamp. De verlichting wordt gevoed door accu’s, die in twee accukisten onder het rijtuig hangen. Deze accu’s worden opgeladen door een dynamo van 1,9 kW. Beide type rijtuigen waren voorzien van een dynamo voor de stroomvoorziening. Bij de DIV hing de dynamo onder het rijtuig en geschiedde de aandrijving hiervan via riemen aan de as, terwijl dit bij de DV via een cardanas verbinding geschiedde en de dynamo aan de zijkant van het draaistel geplaatst is. Tot 20 kilometer per uur wordt de verlichting vanuit de accu’s gevoed en bij een hogere snelheid wordt de verlichting voorzien van spanning door de dynamo en worden de accu’s opgeladen. Dit is automatisch geregeld door een regeltoestel dat zich bevind in de kast met elektrische voorzieningen.

Bij de aflevering van de rijtuigen zijn zij donkergroen geschilderd. Het dak is in een lichte kleur grijs geschilderd en de schortplaten zijn donkergrijs. Vanaf 1939 werden de daken in een donkere kleur geschilderd, om zo minder op te vallen vanuit de lucht. Na de oorlog zijn een aantal rijtuigen in een lichtere, groene kleur geschilderd. Halverwege de jaren ’50 werd de donkergroene kleur vervangen door het Berlijns blauw met gele biezen en een donkergrijs dak. De wagens die als dienstwagen zijn verbouwd aan het begin van de jaren ’60, werden bruin geschilderd met rode en gele biezen.

De draaistellen zijn van type K en elektrisch gelast. Het blokkenremwerk werkt volgens het systeem en is in het draaistel gebouwd. Daarnaast beschikt het rijtuig op een van de balkons over een schroefrem met handwiel. De radstand bedraagt meter. De aspotten zijn voorzien van glijlagers. De draaistelcode van de draaistellen is . Een aantal van deze rijtuigen is echter niet voorzien geweest van deze rijtuigen. Tijdens de bouw zijn de rijtuigen DIV voorzien van Pruisische draaistellen (type ). Deze draaistellen zijn afkomstig van houten sneltrein rijtuigen serie AB 7501 - AB 7516. De nieuwe draaistellen kwamen onder deze houten rijtuigen terecht.

DIV

De rijtuigen zijn aan een zijde voorzien van instapdeuren. Deze deuren geven toegang tot het balkon. Vanaf het balkon wordt met een middengang de afdeling van de conducteur bereikt. Deze ruimte is uitgevoerd als een uitbouw. In deze uitbouw zijn ramen aangebracht, zodat de conducteur langs de trein kan kijken. Aan beide zijden van de middengang is een tweepersoonsbank met een omklapbare rugleuning. Onder een bank is een kist geplaats voor kostbaarheden. Onder de andere bank is een kist met inventaris van het rijtuig. Er is ook een kookplaat aanwezig om het meegebrachte eten van de conducteur op te warmen. Deze kookplaat werkt alleen als de trein rijdt en de dynamo voldoende energie kan leveren. Bij deze rijtuigen ontbreekt de dakkoepel die bij oudere generaties bagagewagens gebruikelijk was. Na de afdeling voor de conducteur zijn er twee bagageruimten. Deze zijn van elkaar gescheiden door een tussenschot. De middelste bagageruimte heeft een lengte van meter en een draagvermogen van ton. In deze ruimte is ook een toilet opgenomen voor de conducteur. De twee bagageruimte heeft een lengte van meter en een draagvermogen van ton. Tegen de wanden van de rijtuigen zijn er schappen geplaatst. Hier op kunnen kleinere bagagestukken worden geplaatst. Voor het vervoer van manden met vis beschikken de rijtuigen over een loden bak. Aan de buitenzijde zijn elk van deze ruimten te bereiken via een dubbele schuifdeur.

DIV

De rijtuigen zijn aan beide zijden voorzien van instapdeuren. De deuren aan de zijde van de uitbouw geven toegang tot het balkon. Vanaf het balkon wordt met een middengang de afdeling van de conducteur bereikt. In deze uitgebouwde ruimte zijn ramen aangebracht, zodat de conducteur langs de trein kan kijken. Aan beide zijden van de middengang is een tweepersoonsbank met een omklapbare rugleuning. Onder een bank is een kist geplaats voor kostbaarheden. Onder de andere bank is een kist met inventaris van het rijtuig. Er is ook een kookplaat aanwezig om het meegebrachte eten van de conducteur op te warmen. Deze kookplaat werkt alleen als de trein rijdt en de dynamo voldoende energie kan leveren. Bij deze rijtuigen ontbreekt de dakkoepel die bij oudere generaties bagagewagens gebruikelijk was. Na de afdeling voor de conducteur is er een zijgang, waarbij aan de rechterzijde direct een toilet is geplaatst. De zijgang geeft toegang tot de drie bagageruimten. Aan de buitenzijde zijn deze ruimten te bereiken via een dubbele schuifdeur. Deze hebben een lengte van meter en een draagvermogen van ton. Tegen de wanden van de rijtuigen zijn er schappen geplaatst. Hier op kunnen kleinere bagagestukken worden geplaatst. Voor het vervoer van manden met vis beschikken de rijtuigen over een loden bak. Aan het eind van het rijtuig zijn er twee instapdeuren.


Inzet

Voor de aflevering van stalen rijtuigen, was het gebruikelijk dat bagage- of postrijtuigen direct achter de locomotief waren geplaatst. Op deze manier blijven de personenrijtuigen beter beschermd bij ongelukken. Met de komst van de eerste stalen rijtuigen bij de NS in 1928, was het niet meer nodig dat bagagewagens niet meer direct achter de locomotief geplaatst hoeven te worden. Zij kunnen daarop in de gehele trein geplaatst worden. Door het ontbreken van een overloop inrichting, was het voor reizigers niet mogelijk om door dit rijtuig te lopen.



In 1949 gaan een aantal rijtuigen rijden naar Denemarken en Zweden. Zij ondergaan hiervoor enkele wijzigingen. Vanwege de stugge draaistellen, krijgen de rijtuigen geen RIC teken voor Denemarken. De NS moet voor elke rit apart toestemming vragen bij de Deense autoriteiten.


In de zomerdienst van 1957 doen een aantal rijtuigen dienst tussen Maastricht en Eijsden/Visé, samen met een tot getrokken rijtuig verbouwd rijtuig Materieel'24 uit de series AB 5100, B 5200, B 5700 of de niet verbouwde rijtuigen uit de serie B 8100. Ook een stalen coupérijtuig B 6400 werd in deze treinen ingezet. Zelfs spiksplinter nieuwe Plan E rijtuigen worden in deze treinen ingezet. Ook enkele internationale treinen behoorden tot het takenpakket. Zo rijden in de D133 van Maastricht naar Luxemburg een bagagerijtuig uit de serie D 7601 - D 7603 mee.


Voor het vervoer naar Denemarken waren de D 7611-7617, oorspronkelijk de D 6091, 6084-6090, sinds 1951/52 D 6717-6723, in 1954 D 6317-6323 en sinds 1957/59 D 7611-7617 geschikt. Waarschijnlijk zijn ze pas na 1957 over de grens gegaan. De rijtuigen zijn hiertoe voorzien van sjor-ogen met vijzelplaten. Deze waren bevestigd aan de stelbalk. Daarnaast werden ze voorzien van Deense lantaarnijzers. Vanwege de Pruisisch draaistellen waren de rijtuigen niet altijd toegelaten op spoorponten vanuit Duitsland naar Denemarken. De rijtuigen waren hierom niet voorzien van het RIC teken. Voor het vervoer van kuikens in trein D108, Holland - Italië Express, zijn in het voorjaar twee rijtuigen aangepast om eendagskuikens te kunnen vervoer.


In 1971 zijn enkele rijtuigen verhuurd geweest aan de DB. De rijtuigen waren hiertoe voorzien van de opschriften "Leihweise Bw Braunschweig". De wagens werden ingezet op het traject Braunschweig - Bremen - Leer - Emden - Norddeich Mole v.v. In Leer (Ostfr) werd kopgemaakt en tussen Leer en Norddeich-Mole v.v. reden een aantal van deze treinen met een stoomloc. Meestal werden deze treinen getrokken door een locomotief Baureihe 23.


De winterdienstregeling van 1975/1976, welke tot 29 mei 1976 duurde, rijdt een rijtuig in de internationale treinen 2244/2247 van Amsterdam via Bad Bentheim naar Bad Harzburg (midden Duitsland (trein 2247). In deze trein rijdt een stalen DIV samen met 5 rijtuigen Plan D (1 A en 4 B rijtuigen) en een rijtuig Plan E (RD). In Nederland rijden zij met een locomotief serie 1100, 1200 of 1300. Deze rijdt tot Hengelo, samen met het Plan E rijtuig. Vanaf Hengelo komt een Duitse V200 voor de trein te staan. In Löhne komt een elektrische locomotief BR 141 voor de trein te staan. In Hildesheim maakt deze locomotief plaats voor wederom een V200 of een locomotief BR 216. De trein uit Bad Harzburg (trein 2244) krijgt na aankomst in Hengelo het Plan E rijtuig aangekoppeld aan de achterzijde van de trein naar Duitsland (trein 2247). Aan de voorzijde worden twee rijtuigen (1 A Plan E en 1 B Plan W) en de locomotief bijgeplaatst. Een aantal rijtuigen waren ook nodig voor de internationale treinen vanuit Den Haag naar Keulen. Deze treinen rijden met vier rijtuigen Plan K en Plan N.


De rijtuigen 51 84 95-40 001-3 en 51 84 95-40 008-8 werden vanaf december respectievelijk september 1982 ingezet als remrijtuig bij transporten van treinstellen ([[Mat'46 - Treinstellen Materieel 1946 (Muizenneus)|Materieel'46, DE-I en DE-II) van Roosendaal naar sloperij Koek te Mijdrecht. Ook bij andere overbrengingen van treinstellen werd gebruik gemaakt van de rijtuigen. In mei 1984 kwam hier een einde aan, nadat zij te Harderwijk waren bestormd door militairen. Zij raakten hierdoor dusdanig beschadigd, dat zij niet meer voor herstel in aanmerking kwamen. Hun rol werd door 2 rijtuigen Plan N overgenomen. Op 26 maart 1985 kwamen de rijtuigen voor het laatst aan bij sloper Koek.


Revisie

Bijzondere uitvoeringen

  • Rijtuig D 6311 is in 1958 verbouwd en aangepast voor het vervoer van kippen naar Italië. Na deze ombouw werd het rijtuig vernummerd in D 7632


Wijzigingen

  • In 1937 worden de rijtuigen D 6095 - D 6100 verbouwd voor inzet in de internationale dienst naar Zwitserland. De rijtuigen zijn aan beide kopeinden voorzien van kopdeuren, vouwbalgen en een overloopmogelijkheid. Aan de binnenzijde van de vouwbalgen zijn draaihekjes geplaatst, zodat reizigers vast konden houden bij het lopen van het ene naar het andere rijtuig. De vouwbalgen zijn aan de binnenzijde voorzien van ophanging om deze vast te kunnen maken aan de vouwbalg van het gekoppelde rijtuig. Op de kopeinden zijn de rijtuigen voorzien van diverse sluitseinijzers. Hiermee kunnen de rijtuigen de in het buitenland geldende seinbeelden tonen. De stoomverwarmingskoppeling is aangepast en de rijtuigen zijn voorzien van een mogelijkheid tot elektrisch verwarmen op meerdere spanningen. Na deze verbouwingen zijn de rijtuigen voorzien van het RIC raster. Om de rijtuigen herkenbaar te maken, zijn de rijtuigen vernummerd naar de serie D 7601 - D 7606.
  • In 1949 zijn de rijtuigen D 7602 - D 7604 voorzien van twee gelijke en afsluitbare ruimte voor verzendingen van goederen onder douane versluiting.
  • In 1949 zijn de rijtuigen D 6073, D 6075, D 6076 en D 6077 voorzien van visbakken in een bagageruimte.
  • In 1949 zijn de rijtuigen D 6084, D 6085, D 6087, D 6088, D 6089, D 6090 en D 6091 voorzien van aangepaste lantaarnijzers en veerogen op de stelbalken. Deze veerogen worden gebruikt om de wagens vast te kunnen zetten op de veerboten die over de Oostzee en de Sont varen om Denemarken en Zweden te bereiken.
  • In 1956 worden de rijtuigen uit de serie D 7601 - D 7605 aangepast. Zij verliezen de bakken voor het vervoer van vis en krijgen veerogen op de stelbalk. Daarnaast worden de rijtuigen voorzien van elektrische sluitseinverlichting.
  • Vanaf 1957 zijn de rijtuigen D 6317 - D 6323 aangepast voor het internationale verkeer. De rijtuigen zijn hierbij vernummerd naar de serie D 7611 - D 7617. Dit zijn de rijtuigen die al voorzien van veerogen. Zij krijgen hierbij een nieuwe vouwbalgophanging. Tegelijkertijd worden de rijtuigen Berlijns blauw met zandgele biezen geschilderd.
  • In 1958 worden de rijtuigen D 7601 - D 7605 voorzien van nieuwe draaistellen, type O (Gelijk aan Plan E). Deze zijn voorzien van aspotten met rollagers. Daarnaast worden de vijf rijtuigen gelijkwaardig aan elkaar gemaakt. Zij worden allemaal voorzien van een doorgaande zijgang en afsluitbare douaneruimtes. De bagageafdelingen worden door deuren gescheiden van de zijgang. Hierdoor was het mogelijk om de rijtuigen op elke plek in een trein te plaatsen. De rijtuigen krijgen hierbij een uitgebreid RIC-teken. Daarnaast zijn de rijtuigen voorzien van elektrische sluitseinen.
  • In het voorjaar van 1958 worden de rijtuigen D 6310 en D 6311 verbouwd voor het vervoer van eendagskuikens naar Italië.

Zij krijgen hierbij de nummers D 7631 en D 7632.

  • In 1959 worden de rijtuigen D 6063, D 6064 en D 6069 verbouwd voor de internationale dienst. Zij krijgen hierbij dezelfde inrichting als de rijtuigen D 7611 - D 7617. De rijtuigen worden aansluitend op deze serie genummerd als D 7618 - D 7620.
  • Vanaf 1968 verhuizen de opschriften die op de stelbalk staan naar het midden van de rijtuigbak.


  • Een aantal rijtuigen werden in 1980 aangepast om samen met de nieuwe ICR rijtuigen te kunnen rijden. De bestelde BKD rijtuigen waren nog niet geleverd en daarom konden de oude rijtuigen nog niet gemist worden. Het zijn de rijtuigen 95-40 001, 95-40 003, 95-40 006, 95-40 007, 95-40 008 en 95-40 011. De rijtuigen zijn voorzien van een doorgaande luchtleiding over het dak.


Verbouwing tot dienstwagens

In 1959 en 1960 worden elf bagagewagens verbouwd tot dienstwagen.


Vernummeringen

Bagagerijtuigen DIV D 6061 tot en met D 6100

In 1937 worden de eerste rijtuigen vernummerd, nadat zij geschikt zijn gemaakt voor de internationale dienst naar Zwitserland. In 1952 worden de rijtuigen vernummerd om tot een aaneengesloten serie te komen. Later dat jaar worden zij nog een keer vernummerd, nu in de serie D 6701 - D 6723. Hierbij zijn de nummers D 6701 en D 6704 twee keer gebruikt. Dit zijn rijtuigen die aangepast zijn voor internationaal gebruik uit de serie D 7601 - D 7606. De rijtuigen die voorzien zijn van veerogen (D 6317 - D 6323) en de rijtuigen met bakken voor het vervoer van vis werden qua nummering bij elkaar gehouden. In 1954 zijn de rijtuigen vernummerd vanwege de komst van de rijtuigen Plan E. Zij krijgen hierbij de nummers in de serie D 6301 - D 6323. De rijtuigen uit de serie D 7601 - D 7606 worden niet in deze nummerserie ondergebracht. De zeven verbouwde rijtuigen voor het internationale verkeer worden vanaf 1957 opgenomen in de serie D 7611 - D 7617. Vanaf 1968 worden de rijtuigen vernummerd naar het UIC schema.

Oorspronkelijk nummer Nummer vanaf 1937 Nummer vanaf 1952 Nummer vanaf 1954 Nummer vanaf 1957 Nummer vanaf 1960 Nummer vanaf 1968 Opmerkingen
D 6061 n.v.t. D 6703 D 6303 n.v.t. 157 101 30 84 975 1 501-2 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6062 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Afgevoerd na WO II
D 6063 n.v.t. D 6704 D 6304 D 7618 n.v.t. 51 84 95-40 015-3 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6064 n.v.t. D 6705 D 6305 D 7619 n.v.t. 51 84 95-40 016-1 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6065 n.v.t. D 6706 D 6306 n.v.t. 157 110 30 84 975 1 511-1 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6066 n.v.t. D 6707 D 6307 n.v.t. 157 103 30 84 975 1 503-8 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6067 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Oorlogsschade WO II
D 6068 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Oorlogsschade WO II
D 6069 n.v.t. D 6708 D 6308 D 7620 n.v.t. 51 84 95-40 017-9 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6070 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Vermist na WO II
D 6071 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Oorlogsschade WO II
D 6072 n.v.t. D 6713 D 6313 n.v.t. 157 108 30 84 975 1 508-7 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6073 n.v.t. D 6709 D 6309 n.v.t. 157 100 30 84 975 1 500-4 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6074 n.v.t. D 6714 D 6314 n.v.t. 157 102 30 84 975 1 502-0 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6075 n.v.t. D 6710 D 6310 D 7631 n.v.t. n.v.t. Aansluitende nummering; ; ; ;
D 6076 n.v.t. D 6711 D 6311 D 7632 n.v.t. 51 84 92-40 032-1 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6077 n.v.t. D 6712 D 6312 n.v.t. 157 104 30 84 975 1 504-6 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6078 n.v.t. D 6715 D 6315 n.v.t. 157 106 30 84 975 1 506-1 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6079 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Oorlogsschade WO II
D 6080 n.v.t. D 6716 D 6316 n.v.t. 157 107 30 84 975 1 507-9 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6081 n.v.t. D 6701 D 6301 n.v.t. 157 105 30 84 975 1 505-3 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6082 n.v.t. D 6702 D 6302 n.v.t. 157 109 30 84 975 1 510-3 Aansluitende nummering; ; ; Ombouw Werkwagen; Invoering UIC
D 6083 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Vermist na WO II
D 6084 n.v.t. D 6718 D 6318 D 7612 n.v.t. 51 84 95-40 007-0 Aansluitende nummering; ; ; ; Invoering UIC
D 6085 n.v.t. D 6719 D 6319 D 7613 n.v.t. 51 84 95-40 008-8 Aansluitende nummering; ; ; ; Invoering UIC
D 6086 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Vermist na WO II
D 6087 n.v.t. D 6720 D 6320 D 7614 n.v.t. 51 84 95-40 011-2 Aansluitende nummering; ; ; ; Invoering UIC
D 6088 n.v.t. D 6721 D 6321 D 7615 n.v.t. 51 84 95-40 012-0 Aansluitende nummering; ; ; ; Invoering UIC
D 6089 n.v.t. D 6722 D 6322 D 7616 n.v.t. 51 84 95-40 013-8 Aansluitende nummering; ; ; ; Invoering UIC
D 6090 n.v.t. D 6723 D 6323 D 7617 n.v.t. 51 84 95-40 014-6 Aansluitende nummering; ; ; ; Invoering UIC
D 6091 n.v.t. D 6717 D 6317 D 7611 n.v.t. 51 84 95-40 006-2 Aansluitende nummering; ; ; ; Invoering UIC
D 6092 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Vermist na WO II
D 6093 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Vermist na WO II
D 6094 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Vermist na WO II
D 6095 D 7601 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Inzet in internationale dienst; Vermist na WO II
D 6096 D 7602 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Inzet in internationale dienst
D 6097 D 7603 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 51 84 95-40 003-9 Inzet in internationale dienst; invoering UIC
D 6098 D 7604 D 6701II n.v.t. n.v.t. n.v.t. 51 84 95-40 001-3 Inzet in internationale dienst; aansluitende nummering; invoering UIC
D 6099 D 7605 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 51 84 95-40 005-4 Inzet in internationale dienst; invoering UIC
D 6100 D 7606 D 6704II n.v.t. n.v.t. n.v.t. 51 84 95-40 004-7 Inzet in internationale dienst; aansluitende nummering; invoering UIC


Bagagerijtuigen DV D 7521 tot en met D 7525

Oorspronkelijk nummer Nummer vanaf 1952 Nummer vanaf 1969 Opmerkingen
D 7521 D 7621 51 84 95-40 021-1 Aaneengesloten nummering met DIV; invoering UIC
D 7522 D 7622 51 84 95-40 022-9 Aaneengesloten nummering met DIV; invoering UIC
D 7523 D 7623 51 84 95-40 023-7 Aaneengesloten nummering met DIV; invoering UIC
D 7524 D 7624 51 84 95-40 024-5 Aaneengesloten nummering met DIV; invoering UIC
D 7525 D 7625 51 84 95-40 025-2 Aaneengesloten nummering met DIV; invoering UIC



Schadegevallen

  • Rijtuig D 7602 raakte op 31 juli 1968 zwaar beschadigd bij een botsing te Mönchengladbach (Duitsland). Herstel werd niet meer lonend geacht en werd in 1969 gesloopt.
  • Rijtuig D 7632 raakte op 24 maart 1969 zwaar beschadigd bij een botsing te Den Haag Hollands Spoor. Het rijtuig stond daar opgesteld als reserve in het bloemenvervoer. Op 26 maart 1969 kwam het rijtuig in de Hoofdwerkplaats Haarlem aan en aldaar werd het herstel te duur (fl 25.000) geacht in verhouding met de leeftijd en het gebruik van het rijtuig. Het rijtuig werd gesloopt.


Afvoer

Als gevolg van de oorlogshandelingen zijn er in totaal tien wagens afgevoerd. Zeven rijtuigen zijn als vermist afgevoerd in 1951. De drie andere rijtuigen waren dusdanig beschadigd, dat zij niet meer hersteld werden.


In 1959 en 1960 worden elf bagagewagens verbouwd tot dienstwagen.


De laatste rijtuigen DV werden in 1978 afgevoerd.

De laatste rijtuigen DIV werden vanaf medio 1981 afgevoerd. Op 27 september 1981 worden de laatste rijtuigen afgevoerd. Er waren op dat moment voldoende nieuwe ICR rijtuigen type BKD afgeleverd.


Sloop

In 1940 is het eerste rijtuig uit de serie gesloopt. Dit was de D 6071, welke zwaar beschadigd was door het bombardement op Rotterdam in mei 1940. Tussen 1947 en 1949 zijn drie rijtuigen gesloopt als gevolg van zware oorlogsschade. Het zijn de D 6067, D 6068 en D 6079.


Gevolgen van de Tweede Wereldoorlog

Bombardementen

  • Op 14 mei 1940 raakt het rijtuig D 6071 betrokken bij het bombardement op Rotterdam. Het rijtuig stond op dat moment op station Rotterdam Maas. Het rijtuig wordt bedolven onder de ingestorte perronoverkapping. Het rijtuig wordt niet hersteld en afgevoerd voor sloop.



Afvoer naar het oosten



Museumrijtuigen

Door de vele mogelijkheden die de bagagewagens bieden, zijn er een aantal bij diverse museumstichtingen bewaard gebleven.

  • Spoorwegmuseum

Het spoorwegmuseum in Utrecht heeft als enige een exemplaar van een DV bagagewagen in bezit.

D 7521


  • Stibans

D 6082

  • Stichting NS 162

Om onderdelen op te kunnen slaan voor restauratieprojecten, wordt de voormalige D 6066 verworven.

D 6066

In 1994 verbouwd en vernummerd in 80 84 975 1 517-7. In 2001 verkocht aan een particulier. Op 11 december 2011 overgebracht van de Watergraafsmeer naar Hoorn. Eind 2011 is het rijtuig in een groene kleurstelling gebracht en terug genummerd naar het originele nummer D 6066. In juli 2015 biedt de stichting het rijtuig te koop aan. De werkzaamheden aan de 162 zijn afgerond en het rijtuig is niet meer nodig. In februari 2016 wordt bekend dat het rijtuig verkocht is aan de gemeente Harlingen. De gemeente Harlingen wil het rijtuig in de Nieuwe Willemhaven plaatsen. Hier zal het rijtuig dienst gaan doen als toilet. In de Nieuwe Willemhaven was in het verleden voorzien van veel industrie en spoorlijnen. Om iets van deze tijd terug te laten keren, is het rijtuig gekocht. Op 6 februari 2016 is het rijtuig geheel leeg gehaald en klaar gemaakt voor transport.


  • Stichting Stadskanaal Rail (STAR)

D 6065


  • Stoomtrein Goes – Borssele (SGB)

D 6061

D 6074

D 6084

Gesloopt in december 2000

D 6097


  • TEE Nederland

D 6080


  • Veluwsche Stoomtrein Maatschappij (VSM)

D 6063

D 6087

Na de terzijdestelling van het rijtuig op 27 september 1981, koopt de VSM het rijtuig 95-40 011 op 1 oktober 1981 van de NS. Op 5 oktober 1981 wordt het rijtuig naar Apeldoorn overgebracht.


  • WIJS/BSH (Werkgroep IJmuider Spoorlijn/Behoud Spoormaterieel Haarlem)

D 6072

De WIJS werd op 20 september 2011 eigenaar van de D 6072. Het rijtuig werd op deze datum van de Amsterdam Watergraafsmeer overgebracht naar Haarlem.

Afleverdata

Bagagerijtuigen DIV D 6061 tot en met D 6100

Nummer Aflevering In dienst In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie Ter zijde Sloop(rit)
D 6061 1932 2000 n.v.t. (SGB)
D 6062 1932 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1951 Vermist na WO II en in 1951 administratief afgevoerd
D 6063 1932 7 september 1972 25 oktober 1972 1977 n.v.t. (VSM)
D 6064 1932 20 februari 1973 22 maart 1973 1977 1980
D 6065 april 1932 1998 n.v.t. (STAR)
D 6066 1932 n.v.t. (Gemeente Harlingen)
D 6067 1932 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1945 Oorlogsschade; gesloopt
D 6068 1932 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1945 Oorlogsschade; gesloopt
D 6069 1932 29 december 1971 8 februari 1972 1980
D 6070 1932 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1951 Vermist na WO II en in 1951 administratief afgevoerd
D 6071 maart 1932 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. mei 1940 mei 1940
D 6072 1932 n.v.t. (WIJS)
D 6073 1932 1991
D 6074 1932 1998 n.v.t. (SGB)
D 6075 1932 1966
D 6076 1932 3 juni 1969
D 6077 1932 1991
D 6078 1932 1991
D 6079 1932 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1945 Oorlogsschade; gesloopt
D 6080 1932 1998 n.v.t. (TEE Nederland)
D 6081 1933 1991
D 6082 1933 1993 n.v.t. (Stibans)
D 6083 1933 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1951 Vermist na WO II en in 1951 administratief afgevoerd
D 6084 1933 12 januari 1971 4 februari 1971 27 september 1981 december 2000
D 6085 1933 september 1974 21 oktober 1980 27 september 1981 26 maart 1985
D 6086 1933 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1951 Vermist na WO II en in 1951 administratief afgevoerd
D 6087 1933 29 januari 1971 27 september 1981 n.v.t. (VSM)
D 6088 1933 15 juni 1972 4 augustus 1972 1977
D 6089 1933 2 januari 1973 6 februari 1973 1977
D 6090 1933 28 september 1971 28 oktober 1971 1977 1993
D 6091 1933 23 april 1971 27 mei 1971 27 september 1981
D 6092 1933 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1951 Vermist na WO II en in 1951 administratief afgevoerd
D 6093 1933 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1951 Vermist na WO II en in 1951 administratief afgevoerd staat in Hoyerswerda (BRD)
D 6094 april 1933 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1951 Vermist na WO II en in 1951 administratief afgevoerd
D 6095 1933 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 1951 Vermist na WO II en in 1951 administratief afgevoerd
D 6096 1933 februari 1969 1969
D 6097 1933 2 februari 1971 19 april 1971 27 september 1981 n.v.t. (SGB)
D 6098 1933 11 oktober 1971 10 november 1971 27 september 1981 26 maart 1985
D 6099 1933 15 april 1975
D 6100 1933 22 april 1971 18 juni 1971 1979


Bagagerijtuigen DV D 7521 tot en met D 7525

Nummer Aflevering In dienst In revisie Uit revisie In revisie Uit revisie Ter zijde Sloop(rit)
D 7521 1931 9 juni 1978 n.v.t. (NSM)
D 7522 1931 22 februari 1971 19 april 1971 1976
D 7523 1931 17 april 1972 23 mei 1972 1978 1985
D 7524 1931 6 maart 1972/10 april 1973 16 mei 1973 1977
D 7525 1931 1978 1985