Baardwijksespoorbrug

Uit Somda RailWiki
Versie door Taigagaai (overleg | bijdragen) op 26 jul 2020 om 00:00 (Nieuwe pagina aangemaakt met 'Ter overspanning van het Drongelens Kanaal tussen Waalwijk en Drunen-Heusden werd een brug over dit kanaal aangelegd. Ook de Baardwijkse Overlaat wordt door...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

Ter overspanning van het Drongelens Kanaal tussen Waalwijk en Drunen-Heusden werd een brug over dit kanaal aangelegd. Ook de Baardwijkse Overlaat wordt door deze brug overspannen.

Geschiedenis

Nadat in 18 het definitieve traject van de Langstraatspoorlijn bekend is, wordt op 21 mei 1881 het bestek 804 van het Ministerie van Waterstaat, Handel en Nijverheid gedateerd. Het bestek omvat 62 artikelen, verdeeld over 17 pagina's. Daarnaast is een tekening van de brug opgenomen. De kosten van de bouw van de brug wordt geschat op 394.000 gulden. Dit is inclusief de aanleg van twee overwegen. Aan de westzijde van brug moet een aarden baan aangelegd worden met een lengte van 233 meter. Naast deze baan moeten bermsloten en een parallelweg worden aangelegd. Op 29 juni 1881 wordt de bouw aanbesteed van twee landhoofden en 52 pijlers voor een doorlaatbrug over de Baardwijkschen Overlaat. Er zijn 13 inschrijvers, waarbij de aannemer J.A. van der Eerdern Wzn uit Boxtel het werk toegewezen kreeg. Zij schreven in voor een totaalbedrag van 362.700 gulden. De totale lengte van de brug bedraagt tussen de landhoofden 878,20 meter. De 52 pijlers hebben een breedte van 10,40 meter en een lengte van 1,60 meter. Door de pijlers breed uit te voeren, is het later mogelijk om een tweede, enkelsporige op de pijlers te plaatsen. De tussenruimte tussen twee pijlers is 15 meter. Op 10 mei 1882 wordt bestek 836 aanbesteed. Dit bestek heeft betrekking op de bouw van de ijzeren bovenbouw. Het werk is begroot op 560.000 gulden. Het gaat om de bouw van 91 gelijke vakwerkbrugdelen. Hiervan zijn er 53 nodig voor de Baardwijksespoorbrug, 36 stuks voor de Moerputtenbrug en 2 stuks over de Bossche Sloot. Op de aanbesteding werden 7 reacties ontvangen. De Koninklijke Fabriek van Stoom- en andere Werktuigen uit Amsterdam kreeg de opdracht toegewezen voor een bedrag van 537.000 gulden.


Aanleg

De aannemer legde voor de aanvoer van de materialen een steiger aan in de uiterwaarden van de Oude Maas bij Drongelen. Met de trein op smalspoor werden de materialen naar de bouwplaats vervoerd. Om de fundering te maken voor de landhoofden en pijlers, moest elke plek afzonderlijk worden afgedamd, drooggemalen en ontgraven. Vervolgens worden houten palen in de grond geheid. Hierop wordt een vloer van eiken balken gelegd. Dit is de basis van het opgaande metselwerk. Tussen 15 november 1881 en 15 april 1881 mocht er echter niet in het gebied gewerkt worden vanwege de inundatie. In april 1882 begon de aannemer met het metselwerk. Aan de bovenzijde worden de landhoofden en pijlers afgedekt met Belgisch blauw hardsteen. Wanneer de pijler gevoegd was, werden de bouwputten opgevuld met aarde, klei en puin. Als bodemverdediging werd een steenbezetting van basaltblokken rondom de pijler gelegd. Deze heeft aan weerszijden van de as van de spoorweg een breedte van 12 meter. De beschoeiing bestaat uit rieten matten, afgezet met perkoenpalen van eiken. Aan de buitenzijde van de bodemverdediging is over de hele lengte een betonkist. Op 10 maart 1883 vindt de oplevering plaats.


Opening & ingebruikname

Dienstregeling

Lotgevallen

Sluiting

Sloop

Bronnen

De spoorbrug in de Baardwijkse Overlaat - P. Henken - Maandblad: Railmagazine, 41e Jaargang - 2019 nummer 370 Blz: 48-54 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489