1300 - Elektrische locomotieven serie 1300

Uit Somda RailWiki
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

In 1951 werden 10 locomotieven besteld voor het rijden van zware goederentreinen. Deze locomotieven zijn afgeleid van de Franse locomotieven serie CC 7100.

Geschiedenis

In december 1948 brengt het Franse Alsthom een offerte uit voor de levering van 10 locomotieven van de serie 1300. De NS is op dat moment in overleg over de bestelling van de locomotieven serie 1100 en serie 1200. De geoffreerde locomotieven zijn afgeleid van locomotief CC 7001 van de SNCF. Deze locomotief wordt gezien als de grotere broer van de SNCF serie BB 8100, de serie waar de locomotieven van de serie 1100 zijn afgeleid. Begin mei 1949 komt de CC 7001 in dienst bij de SNCF. Op 31 december 1949 plaatst de NS de bestelling van 10 locomotieven voor een prijs van 785.000 gulden per locomotief. Deze zullen op diverse punten aangepast zijn ten opzichte van de CC 7001. Door de SNCF wordt eveneens een aangepast ontwerp besteld van de CC 7001. Dit wordt de serie CC 7100, welke grotendeels overeenkomt met de serie 1300 voor de NS. Het grootste verschil is dat de NS de locomotief zwaarder wil hebben om het adhesiegewicht te verhogen. Bij de SNCF had een hogere snelheid meer belang. De beide series worden tegelijkertijd gebouwd door Alsthom. De serie 1300 is bedoeld voor het rijden van zware goederentreinen, waar de serie 1200 vermogen tekort komt. In juni 1953 verongelukt de nog geen jaar oude 1303. Er wordt een vervanger geleverd als 1311 in januari 1954. In 1954 worden nog eens vijf locomotieven besteld, die in 1956 in dienst komen. De 1316 komt op 10 juli 1956 als laatste aan in Nederland. Tot aan de komst van de serie 1600 in 1981 waren dit de sterkste locomotieven van de NS.

Op 6 mei 1952 wordt de 1301 samen met de 1150 afgeleverd. De locomotief begint op 8 mei 1952 met zijn proefritten. De eerste rit is van Amsterdam naar Arnhem met een sleep rijtuigen Materieel'24. Het totale gewicht bedraagt 400 ton. Onderweg worden diverse aanzetproeven gehouden. Een dag later rijdt de locomotief vanuit Almelo naar IJsselmonde met de 1.600 ton zware olietrein 4768. Ook met deze trein worden aanzetproeven gehouden. Op 13 mei 1952 trekt de 1301 een kolentrein met een gewicht van 1.800 ton van Susteren naar Lunetten. Op 14 mei 1952 wordt de goedkeuring verleend voor de locomotief en op 28 mei 1952 wordt de locomotief officieel in dienst gesteld. Op 24 mei 1952 rijdt de 1301 samen met de rijtuigen Plan D RD 7659 + AB 7708 + C 7840 mee in een materieelshow op het station van Amsterdam Amstel. Deze materieelshow werd georganiseerd in het kader van het bezoek van The British Institute of Transport, die van 20 tot en met 26 mei 1952 een bezoek brengen aan Nederland. Locomotief 1302 komt na de proefritten op 25 juli 1952 in dienst, gevolgd door de 1303 op 8 augustus 1952. Op 11 oktober 1952 organiseerde de NS een materieelshow in 's-Hertogenbosch in het kader van de najaarsvergadering van het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs. De 1305 reed samen met de rijtuigen Plan D AB 7710 + C 7829 + RD 7656 + Plan C P 7920 reed mee in deze materieelshow.

Bij de scheiding van het NS concern in diverse bedrijfsonderdelen, worden de 15 locomotieven ondergebracht bij NS Cargo. Om hier dienst te kunnen doen, zouden de locomotieven moeten worden opgeknapt of gereviseerd. Hiervoor zouden onderdelen van afgevoerde locomotieven van de serie 1100 gebruikt gaan worden. Door deze overgang gaan er 8 locomotieven van de serie 1600 extra naar NS Reizigers. Op 2 oktober 1999 is 1302 te zien tijdens een open dag in Hengelo. Een week later, op 9 oktober 1999, is de 1306 aanwezig op de open dag in Alkmaar. Op 20 november 1999 vindt de boekpresentia plaats van het boek "Elektrische locomotieven NS-serie 1300". De presentatie vindt plaats in Amsterdam Westhaven. Om deze presentatie luister bij te zetten, zijn de locomotieven 1306, 1301, 1310, 1308, 1307 en 1315 opgesteld in een line-up. De eerste vijf locomotieven zijn met de 64 en 64 opgehaald van de Watergraafsmeer. De 1315 zou vanaf de Kijfhoek komen, maar dit bleek in eerste instantie niet mogelijk, zodat de 1606 werd gestuurd. Later bleek dit alsnog mogelijk, zodat er 6 locomotieven aanwezig zijn tijdens de presentatie. Na deze line-up werd een tweede line-up georganiseerd met de 1122, 1315 en 1606. Na afloop werd met de 1315 een rit naar Hoorn gereden met een couchetterijtuig. Vier van de vijf 1300'en zijn na afloop van de presentatie naar de Watergraafsmeer overgebracht. De 1306 bleef achter om gebruikt te worden voor instructie.


Technische gegevens

De locomotieven hebben een lengte van 18,95 meter, een breedte van meter en een hoogte vanaf de spoorstaaf van 4,416 meter. De radstand van het draaistel bedraagt 4,845 meter. Het totaalgewicht bedraagt 111 ton. Dit gewicht is verdeeld over de bak ( ton), de draaistellen en tractiemotoren ( ton). Door de zes assen, bedraagt de asdruk 18,5 ton. De assen zijn elk voor zien van 1 tractiemotor, van het type TA 628-A van Alsthom. Deze hebben per stuk een continu vermogen van kW (645 pk) bij een spanning van 675 Volt. In totaal kunnen de tractiemotoren een continu vermogen ontwikkelen van 3.159 kW (4.300 pk). De hoogste toegestane snelheid bedraagt 135 kilometer per uur. De locomotieven zijn voorzien van twee compressoren van Westinghouse, type DVC 2, met een capaciteit van 860 liter per minuut. Op het dak zijn twee stroomafnemers geplaatst van Faiveley, type G5 met dubbele uitgevoerde sleepstukken. De 1302, 1306, 1307, 1310 en 1313 zijn later voorzien geweest van halve stroomafnemers van Faively van het type AM 30 en dubbele uitgevoerde sleepstukken. Wanneer er geen spanning op de bovenleiding staat, kan de locomotief gevoed worden uit het accumulatorenbatterij SAFT 17 GS6 met een capaciteit van 100 Ah en een nominale spanning van 85 V.

De asindeling is Co'Co'. De draaistelcode is ELMc.


Uitvoering

Het onderstel van de locomotieven, bestaande uit langs- en dwarsliggers, is opgebouwd uit kokerbalken. Deze zijn volledig elektrisch gelast. Op het onderstel is de bak vastgelast. De bak bestaat uit een geraamte, welke is bekleed met twee zijwanden met op de kopse kanten de cabines en bovenop het dak. Om de bak te verstevigen, zijn zij voorzien van De zijwanden zijn bekleed met plaatstaal met een dikte van mililmeter. De buitendeuren liggen achter de cabine. Om de machinist naar buiten te laten kijken, is er tussen de kopwand en de deur een raam geplaatst. Om licht te krijgen in de gang, is iedere zijwand voorzien van vier ronde ramen. Een van de zijgangen, de niet-vergrendelde gang, is door middel van vergrendelde schuifdeuren gescheiden van de hoogspanningsruimte. De vergrendelde gang is de hoogspanningsgang, waar de batterij voor de stuurstroom en de verlichting is geplaatst. De vergrendelde gang bevindt zich aan de linkerzijde gezien van uit cabine I, de vrije gang is aan de rechterzijde te benaderen uit cabine I. De vergendelde gang is alleen te benaderen bij stilstand en met de stroomafnemers op het dak. In de hoogspanningsruimte is het centrale blok geplaatst, het blok met de zwakveldschakelaars, ventilatoren voor de koeling van de tractiemotoren, de snelschakelaar, apparatuur voor de verwarming. Aan weerszijden van de hoogspanningsruimte is tegen de cabines de compressorruimte. De hoogspanningsruimte en compressorruimte zijn afgesloten met roldeuren en alleen te bereiken als de stroomafnemers plat op het dak liggen. Om de apparatuur uit de locomotief te kunnen halen, zijn in het dak drie luiken aangebracht. Twee zijn onder de stroomafnemers van het type Faiveley G5 geplaatst, de derde boven het centrale blok. In het dak is de aan- en afvoer voor de koellucht aangebracht. Aan de onderzijde van de bak is het stoot- en trekwerk bevestigd. Boven de buffers zijn de locomotieven voorzien van twee grote koplampen voor de frontseinen. De sluitseinen zijn boven de ramen geplaatst.

De draaistellen zijn gemaakt van en volledig gelast. Het draaistelframe is verstijfd door sluitstukken op de aspoort. Het frame van de draaistellen wordt gedragen door draagpotten via zes bladveren en 12 rubberen tussenstukken, vier balansen en vier eindveren. De draagpotten zijn voorzien van glijlagers die door middel van een smeerpallet worden gesmeerd. Het pallet wordt in beweging gezet door de as. Een draaistel bevat 3 assen met wielen en 3 tractiemotoren in neusophanging. Door middel van twee oscillerende tappen is de bak van de locomotief bevestigd met de draaistellen. De tappen zijn aan de boven- en onderzijde conisch uitgevoerd. Door middel van een rubberen tussenstuk rust de bak op de bovenzijde van de tappen. Aan de onderzijde is de tap bevestigd op de middendwarsbalk van het draaistel. De draaistellen zijn daarnaast voorzien van een zij-oplegging, waar de bak van de locomotief op rust. De zij-oplegging bestaat uit vier schroefveren. Om de locomotiefbak in de normale positie te houden is de tap voorzien van een terugstelstang die vast is gemaakt met de locomotiefbak. Vier andere stangen zorgen er voor dat het draaistel aan de locomotiefbak vast blijft zitten, wanneer de locomotief opgetild wordt.

Het remsysteem is een pneumatische tweeleidingrem volgens het Westinghouse principe. Daarnaast is de locomotief voorzien van een niet-automatische luchtdrukrem, waarmee alleen de locomotief remt. De hogedrukrem werkt vanaf een snelheid van 60 kilometer per uur en schakelt uit bij een snelheid van 45 kilometer per uur. De beide draaistellen zijn voorzien van twee remcilinders, welke aan de buitenzijde van het draaistelframe zijn geplaatst. De lucht vanuit de remcilinder door middel van de remzuiger naar een hefboom overgebracht. De hefboom bediend de remblokhangers, welke de remblokken op het wiel drukken. Het draaipunt van de hefboom ligt in de remversteller. De beide cabines zijn voorzien van een handrem, die door middel van een ketting, draadspil en hefbomen op alle wielen werken van het draaistel dat onder de betreffende cabine ligt.

De tractiemotoren zijn op drie punten verend in het draaistel opgelegd, waarmee de tractiemotoren volledig zijn afgeveerd. Door deze constructie kan het onafgeveerde gewicht van het wielstel laag blijven. Nadeel van deze constructie ten opzichte van de tramophanging is de gecompliceerde aandrijving van de wielas. Het motorrondsel zet een tandkrans in beweging die op een holle as is gemonteerd in een verhouding van 20:74. De holle as is gelagerd in de tractiemotor en heeft een dusdanige speling voor vering van de as tijdens de rit. In de holle as zijn twee tappen tegen over elkaar bevestigd die door aandrijfstangen, een brilstuk, stangen en tappen in het wiel het koppel dat door tractiemotor via de holle as wordt geleverd, naar de wielas brengen. In de tractiemotor is in het huis een smeerpomp voor de smering van de steunlagers. Deze wordt aangedreven door een tandradkrans op het midden van de holle as. Bij een motorstoring kan een locomotief op een beperkt aantal motoren verder rijden. De motoren 1 en 2 evenals 5 en 6 vormen een paar in de stroomkring. De motoren 3 en 4 zijn apart in de stroomkring opgenomen. Bij een storing aan 1 van deze twee motoren kan de locomotief nog op 5 tractiemotoren rijden. Bij een storing aan 1 van de andere motoren zijn dit er 4.

De motoren worden gekoeld met lucht, afkomstig van twee ventilatorgroepen die onder de dakluiken zitten. Iedere ventilatorgroep bestaat 4 ventilatoren van Rateau. De ventilatorgroep wordt aangedreven door een motor van Alsthom, type V 42 C. Ventilatorgroep 1 koelt de motoren 1 tot en met 3, evenals de weerstanden. De andere ventilatorgroep koelt de motoren 4 tot en met 6 en de rijweerstanden. Deze ventilator drijft tevens de laagspanningsgenerator van 24 Volt aan.

De twee compressoren zorgen voor de luchtdruk die de locomotief nodig is om te kunnen remmen. Ook de tyfoons, stroomafnemers en andere luchtverbruikers zijn op deze compressoren aangesloten.

Het bedienen van de locomotief gebeurd door een stuurwiel aan de rechterzijde van de cabine. Dit is de hoofdstuurstand. De tractie installatie kent 4 rijstanden. Rangeren (alle motoren in), serie (alle 6 motoren in een groep), serie-parallel (twee groepen van 3 motoren) en parallel (3 groepen van 2 motoren). Hierbij krijgt elke motor respectievelijk 250, 500 of 750 volt. Door het stuurwiel worden in 18 trappen de seriestand afgewerkt. In deze trappen worden de rijweerstanden kortgesloten. Bij het doorschakelen van stand 18 naar stand 19 wordt de serieparallelstand ingeschakeld, waarbij alle rijweerstanden weer worden ingeschakeld. In de serieparallelstand zijn er 12 trappen die afgeschakeld moeten worden. Bij het doorschakelen van stand 30 naar stand 31 wordt de parallelstand ingeschakeld, waarbij alle weer rijweerstanden worden ingeschakeld. In de parallelstand zijn er 10 trappen die afgeschakeld moeten worden. Er is veldverzwakking mogelijk in de laatste vier trappen van de serie- en serieparallelstand en in de laatste drie trappen van de parellelstand. Door middel van de zwakveldkruk bij het stuurwiel kunnen de zwakveldschakelaars worden ingeschakeld. De zwakveldkruk wordt ontgrendeld bij bij de laatste trappen van de rijstanden. Op deze manier wordt de stroom buitenom de rijweerstanden geleidt, waardoor deze verder ontlast worden. Het overschot in stroom wordt in de zwakveldweerstanden omgezet in warmte. Aan de linkerzijde van de cabine is een hulpstuurstand, waarbij de locomotief bediend kan worden tijdens het rangeren. Er zijn 6 trappen in de seriestand beschikbaar. Bij een defecte tractiemotor wordt deze groep uitgeschakeld en kan er op de andere motorgroep worden doorgereden. Dit is alleen mogelijk in de seriestand. De tractieregeling heeft 9 verschillende beveiligingen tegen te hoge stroomwaarden. Er zijn twee overspanningsafleiders tegen blikseminslag, een snelschakelaar, rijdraadrelais, twee differentiaalrelais voor tractie-stroom en hulpstroom, drie maximaalrelais voor tractiemotoren, verwarming van de trein en ventilatoren en een relais tegen slip. Om de snelheid vast te kunnen stellen, is een cabine een mechanische snelheidsmeter van Hasler-Teloc, type RT 835 met registratie functie, de andere cabine heeft een snelheidsmeter zonder registratie functie, type RT 1537.

De locomotieven 1301 - 1310, en later de 1311, zijn bij hun aflevering turquoise geschilderd. Het turquoise uiterlijk was mede bepaald door de Franse ontwerper Paul Arzens. Het verhaal gaat dat de vrouw van president-directeur F.Q. Den Hollander, Viviane, zeer gecharmeerd was van deze kleur. Het dak en de schortbeplating zijn grijs geschilderd. Om de lampen en doorlopend op de zijwanden zijn sierstrippen aangebracht. Vanaf 1954 zijn de loocmotieven donkerblauw geschilderd, met behoud van de sierstrippen. Met uitzondering van de locomotieven 1307 en 1310 zijn de locomotieven vanaf 1972 in het geelgrijs geschilderd. Vanaf 1984 krijgen de locomotieven een overwegend geel uiterlijk. Alleen het logo van de NS en de nummers zijn in het zwart aangebracht.


Inzet

De locomotieven worden ingezet voor zware treinen, waar een locomotief van de serie 1200 vermogen te kort voor kwam. Door de serie 1300 worden de zware kolen- en olietreinen gereden.


Op 17 mei 1952 wordt de nog niet in dienst gestelde 1301 gebruikt om de feesttrein te trekken ter gelegenheid van de elektrificatie van het baanvak tussen Zwolle en Leeuwarden. Onderweg wordt er op elk station gestopt voor korte toespraken. Na aankomst in Leeuwarden gaat de feesttrein terug naar Meppel. Na het kopmaken wordt er naar Groningen gereden. De 1215 rijdt vanaf Meppel voor de feesttrein uit naar Groningen. De feesttrein is afkomstig uit Den Haag en wordt vanuit Den Haag getrokken door de 1215 en een aantal nieuwe rijtuigen Plan D. Na aankomst in Utrecht neemt de 1301 de trein over voor de verdere rit naar Zwolle. De eerste drie diensten in de normale omloop worden vanaf 30 juni 1952 gesteld. Op dat moment is echter alleen de 1301 beschikbaar voor dienst. De twee andere diensten worden tijdelijk door een locomotief van de serie 1200 uitgevoerd. De locomotieven worden gebruikt om de olietreinen 4708 en 4768 vanuit Almelo naar IJsselmonde te rijden. Tussen Amsterdam en Maastricht worden de locomotieven ingezet voor de exprestreinen 85 en 86. Naar Enschede trekt een locomotief exprestrein 29 uit Amsterdam. Op 5 oktober 1952 wordt het aantal diensten verhoogd tot 5 stuks. Op 8 januari 1953 telt de omloop 8 diensten voor de locomotieven.


De dienstregeling 1970/1971 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1971/1972 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep Hiervan rijden diensten in de series 800 (Zandvoort - Maastricht) en 900 (Zandvoort - Heerlen).

De dienstregeling 1972/1973 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1973/1974 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1974/1975 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1975/1976, die op mei 1975 begint, zijn er diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep . Ingaande de winterdienst 1975 zijn de locomotieven te zien in het reizigersvervoer voor de treinen D200 (Emmerich - Amsterdam Centraal), D284/D283 (Amsterdam Centraal - Roosendaal). Deze treinen worden de gehele week met een locomotief van de serie 1300 gereden, met uitzondering van de D284 op maandag. Van maandag tot en met vrijdag is er een locomotief te zien in de treinen D236 (Oldenzaal - Utrecht Centraal), D238/D239 (Utrecht Centraal - Rotterdam Centraal), D286 (Amsterdam Centraal - Roosendaal). Van dinsdag tot en met vrijdag is er een locomotief te zien in de treinen D215 (Hoek van Holland - Venlo), D285 (Roosendaal - Amsterdam Centraal). Op maandag is daarnaast een locomotief te zien tussen Amsterdam Centraal en Emmerich met de treinen 313, 2320/2325, TEE 10, TEE 23 en de D201. In het weekend rijdt een locomotief de treinen D223 en 2312. Op zaterdag is een locomotief in de weer met TEE 7. Op zondag wordt trein D2241 gereden, evenals trein D231 van Hoek van Holland naar Utrecht. Op maandag, woensdag en vrijdag rijdt een locomotief trein D20231/D231 van Amsterdam Centraal via Amersfoort naar Hengelo. In Amersfoort wordt het treindeel D231 uit Hoek van Holland gekoppeld aan trein D20231 uit Amsterdam. In de goederendienst zijn de locomotieven onder andere te zien in het kalkvervoer tussen Maastricht en Beverwijk en het olievervoer uit Almelo naar IJsselmonde.

De dienstregeling 1976/1977 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep . Hiervan zijn vier diensten voor vier locomotieven gesteld voor de ertstreinen tussen Amsterdam en Emmerich. Deze worden met ingang van deze dienstregeling met elektrische tractie gereden. Dit gaat ten koste van de inzet van de locomotieven in de reizigersdienst. De locomotieven zijn te zien voor de treinen 47177, 47181 en 47183 uit Amsterdam. Uit Emmerich worden de treinen 47192 naar Beverwijk, 49162 naar de Botlek en de treinen 49176, 49178 en 49180 naar Amsterdam door de elektrische locomotieven gereden.

Met ingang van de dienstregeling 1977/1978 op 22 mei 1977, zijn er diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep Van maandag tot en met vrijdag rijdt een locomotief trein D216 (Austria Expres) van Arnhem naar Amsterdam. De trein wordt aangebracht door een Duitse diesellocomotief vanaf Nijmegen.

Met ingang van de dienstregeling 1978/1979 op 28 mei 1978, zijn er diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1979/1980 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1980/1981 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1981/1982 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1982/1983 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1983/1984 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1984/1985 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1985/1986 die op 2 juni 1985 begint, zijn er diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1986/1987 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

Met ingang van de dienstregeling 1987/1988 op 29 mei 1987 zijn er diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1988/1989, beginnend op 28 mei 1988, zijn er 10 diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep C en E. In omloopgroep C zijn vijf diensten opgenomen. De locomotieven in deze omloopgroepen rijden de olietreinen van Almelo naar IJsselmonde, de kalktreinen van Maastricht naar Beverwijk, de zouttreinen tussen Hengelo en Kijfhoek, treinen voor de VAM in Wijster uit Amsterdam Westhaven. Op zaterdag rijdt een locomotief de huckepacktrein van Rotterdam Noord Goederen naar Emmerich. Terug naar Nederland trekt de locomotief trein EC 26 "Frans Hals" naar Amsterdam CS. In omloopgroep E zijn vijf diensten opgenomen. Hierin zijn drie diensten opgenomen met facultatieve steenslagtreinen uit Breda. Daarnaast rijden zijn de autoslaaptreinen uit 's-Hertogenbosch naar Maastricht en Venlo. De locomotieven zijn niet meer te zien in het ertsverkeer, welke weer rijden met locomotieven van de serie 1600.

De dienstregeling 1989/1990 laat een inzet zien van 15 in diensten. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

De dienstregeling 1990/1991 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep Vanaf 6 januari 1991 rijden twee composities in de series 800/900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen) met 12 rijtuigen. Vanwege deze lengte eindigen en beginnen de treinen , , en in Haarlem.

De dienstregeling 1991/1992 heeft diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

In de dienstregeling 1992/1993 zijn er diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep Met ingang van 1992 rijden de treinen en met 12 rijtuigen. Ook deze treinen eindigen en beginnen in Haarlem.

Op 23 mei 1993 gaat de dienstregeling 1993/1994 in. Er zijn diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep

Voor de winterdienst 1993/1994, zijn er 7 locomotieven opgenomen in omloop C. In deze omloop zijn de reizigerstreinen opgenomen, welke met ICR rijtuigen rijden. Dit zijn de treinen in de series 800 en 900 (Zandvoort - Maastricht/Heerlen), 1600 (Hoofddorp - Enschede), 1800 (Venlo - Den Haag Centraal) en 3600 (Zwolle - Roosendaal). Daarnaast wordt op maandag een slag in de serie 1900 (Venlo - Den Haag Centraal) gereden. Op de weekdagen komt een locomotief in de avonduren met trein 2549 in Bad Bentheim. In de serie 3600 rijden de locomotieven van dinsdag tot en met donderdag met de Belgische M2 rijtuigen. Op zondag staan drie locomotieven stil, waarvan er 1 in Groningen staat en de andere twee bij de Zaanstraat. In deze omloop zijn ook een aantal goederentreinen opgenomen, die veelal in de avonduren rijden. Alleen op vrijdag en zondag zijn enkele goederentreinen overdag gepland.

In de dienstregeling 1994/1995, welke in gaat op 29 mei 1994, worden de 15 locomotieven ingezet in diensten van omloopgroep .

In de dienstregeling 1995/1996, ingaande op 28 mei 1995, zijn er diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep. In deze dienstregeling is het eindpunt van de series 800 en 900 gewijzigd naar Haarlem in plaats van Zandvoort. Hiermee komen locomotieven beschikbaar, omdat er een compositie minder benodigd is.

In de dienstregeling 1996/1997 zijn er diensten voor de 15 locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep. Met het ingaan van het wijzigingsblad van 13 januari gaat trein 54300 van Onnen naar Kijfhoek 4 uur vroeger rijden. Het vertrek is om 17.50, waarbij de aankomst is om 22.58. Met deze vervroeging is het mogelijk dat de wagons uit het noorden van Nederland op de Kijfhoek in andere, internationale treinen worden geplaatst voor verdere doorvoer. Hiermee kan een einde komen aan het afhaken van wagons in Amersfoort en in Venlo (trein van Onnen naar Venlo).

In de dienstregeling 1997/1998 zijn er diensten voor de locomotieven. De diensten zijn verdeeld over omloopgroep. Ingaande de winterdienstregeling zijn er nog 6 diensten in de C-omloop voor de locomotieven. Deze diensten omvatten goederentreinen van de Kijfhoek naar Bad Bentheim, Emmerich en Venlo. Hieronder vielen zowel container-, kalk- en ertstreinen. Op vrijdag rijdt een locomotief met trein INT 214 van Emmerich naar Amsterdam.

Op 12 januari 1998 zullen er nog 5 diensten zijn voor locomotieven. In deze omloop is slechts een reizigerstrein opgenomen, de D289 van Roosendaal naar Amsterdam en aansluitend door als leeg materieel naar de Watergraafsmeer op vrijdag.

De dienstregeling 1998/1999 geeft tien diensten aan voor de 11 locomotieven in de C-omloop. Als gevolg van een hoge defectenstand moeten regelmatig andere locomotiefseries invallen. Daarom wordt per 29 juni 1998 het aantal diensten verminderd tot acht, als gevolg van defecten. Met het ingaan van de winterdienstregeling wordt het aantal diensten met de helft verminderd tot 4. Dit zijn goederentreinen tussen de Kijfhoek en Bad Bentheim, Emmerich, Roosendaal en Venlo. Met ingang van 4 januari 1999 vond de officiële scheiding plaats tussen NS Cargo, NS Reizigers, NS Materieel en andere NS onderdelen. Met ingang van deze datum werden alle nog resterende locomotieven ondergebracht bij NS Cargo. De definitieve scheiding van het materieelpark vond plaats op 30 mei 1999. Dit hield in dat er per die datum geen omloop meer was voor de locomotieven.

In de dienstregeling 1999/2000, beginnend op 30 mei 1999, zijn er geen diensten meer voor de locomotieven. Zij dienden slechts als reserve voor de serie 1600. De op reserve staande 1302 en 1304 werden regelmatig ingezet tussen de Kijfhoek en Venlo. Hierdoor bleef een relatief kleine groep machinisten rijden op deze locomotieven. Op 15 juli 1999 brengt de 1306 de museumtreinstellen ElD2 273 en ElD2 386 van de Watergraafsmeer naar Utrecht, waar de treinstellen in de loods van de HTMU geplaatst moesten worden. Omdat de beide treinstellen te lang zijn, wordt de ElD2 386 weer mee terug naar de Watergraafsmeer genomen. Per 26 september 1999 werd voor de locomotieven weer een vaste dienst opgenomen voor de locomotieven. Deze zal een aantal treinen inhouden die tussen Kijfhoek, Amersfoort en de Westhaven rijden. De 1306 werd vanaf november 1999 gebruikt als instructie locomotief te Amsterdam Westhaven. De 1305 werd uitgekozen om op de Watergraafsmeer hoogspanning en lucht te leveren aan de aldaar opgestelde internationale treinen.

In de dienstregeling 2000/2001, welke op 28 mei 2000 begint, zijn er nog diensten. De 1304 rijdt op 28 mei 2000 echter voor het laatst.

In de dienstregeling 2001/2002 zou er sprake zijn dat NS Reizgers vier (1302, 1304, 1312 en 1315) locomotieven zou overnemen van NS Cargo, om zo het te kort aan locomotieven op te vangen. Uiteindelijk vond dit geen doorgang, omdat NS Reizigers het niet efficiënt vond om een kleine groep locomotieven te hebben en daar veel machinisten opnieuw voor op te leiden. Ook NS Cargo zag om deze redenen af van een nieuwe inzet van deze locomotieven.

Als laatste locomotieven werden de 1304 en 1315 ingezet, echter niet in de rijdende dienst. De 1304 diende vanaf 9 oktober 2003 als energieleverancier voor rijtuigen in het onderhoudsbedrijf Maastricht. De 1315 deed met twee rijtuigen Plan W dienst voor koppelinstructie aan machinisten in Eindhoven (van tot augustus 2003) en in Amersfoort (van september tot 2003) Ook aan hulpverleners en conducteurs werd deze instructie gegeven en wel in Nijmegen (van tot april 2004) en in Hengelo (van april tot augustus 2004). Na afloop werden zij op de Bokkeduinen gestald.


Inzet bij HSL Logistik

Aan het begin van 2015 informeert HSL Logistik bij Werkgroep 1501 of de locomotieven beschikbaar zijn voor verhuur en inzet in het goederenvervoer. In mei 2015 wordt bekend dat locomotief 1315 van de Werkgroep Loc-1501 terug zal komen uit het Duitse Horb. Na inbouw van GSM-R, ATB-Vv en een schilderbeurt zal de locomotief in dienst gaan komen voor HSL Logistik. Er wordt nog onderzocht of ook de 1304 van de Werkgroep Loc-1501 in dienst kan komen van HSL Logistik. Het gebruik van deze museumlocomotieven zorgt er voor dat de te rijden treinen niet te zwaar mogen zijn om de locomotieven niet tot het uiterste te belasten. Het overnemen van locomotieven uit de series 1700 en 1800 was niet mogelijk. NS Reizigers wilde de locomotieven van de serie 1800 niet verkopen aan een derde en de locomotieven van de serie 1700 zijn te veel geplukt om nog bruikbaar te zijn. Daarnaast zijn de beide locomotieven snel beschikbaar en in goede conditie. Op 16 juni 2015 wordt het huurcontract ondertekend tussen Werkgroep Loc-1501 en HSL Logistik ondertekend. De 1304 en 1315 zullen worden overgedragen voor een periode van 3 jaar. De locomotieven mogen elk niet meer dan 50.000 kilometer per jaar rijden. De kosten voor de indienststelling zijn voor rekening van HSL Logistik en in het derde jaar zal er een vergoeding aan de werkgroep betaald worden. Na terugkeer bij de werkgroep kunnen de locomotieven door de werkgroep ingezet worden voor ritten. De 1304 is bij de overdracht in Blerick voorzien van een HSL Logistik logo. Op 11 juli 2015 wordt begonnen met het inspecteren van de locomotief, zodat de werkzaamheden in kaart kunnen worden gebracht. In juli en augustus 2015 wordt de 1304 in Blerick klaar gemaakt om weer in dienst te komen. De locomotief zal voorzien worden van GSM-R en ATB-Vv. Op 23 augustus 2015 wordt de locomotief in de grondverf geschilderd. In september 2015 is de locomotief in de uiteindelijke bruine (RAL 8014) kleur geschilderd. Op de zijwand zijn vier horizontale, oranje (RAL 2011) strepen aangebracht. De seinbalk is crème geschilderd. Onder de ramen is het HSL-logo geplakt. Op de plaats van het NS-logo is het HSL-logo verschenen en het crème locomotiefnummer en crème stadswapen van Culemborg hebben hun plaats behouden. De locomotief is op 26 september 2015 van Blerick naar Nijmegen gesleept door de 1832. Op 28 september 2015 gaat de locomotief voor het afmaken van de werkzaamheden (inbouw GSM-R en ATB-VV) naar Zutphen. Op 20 september 2015 keert de 1315 uit het Duitse Horb terug en wordt naar Blerick overgebracht. De locomotief wordt door de V100 21 van RRF gesleept. Op 20 november 2015 rijdt de 1304 zijn proefrit vanuit Zutphen naar Deventer en terug. Later op de dag gaat de locomotief samen met de 1254 via Arnhem en Utrecht naar Amersfoort. Door de ervaringen met de 1304 wordt eind 2015 besloten om ook de 1315 rijvaardig te maken in 2016. Door het stranden van de 1304 in februari 2016 gaat dit plan uiteindelijk niet door. Op 12 april 2017 wordt het veiligheidscertificaat ingetrokken door ILenT omdat het bedrijf het veiligheidsbeheersysteem niet op orde heeft. Dit is niet compleet en voldoet niet aan de wettelijke vereisten. Zo ontbreken er procedures en regelingen en zijn deze niet op elkaar afgestemd. Het veiligheidsbeheersysteem wordt in de praktijk ook niet toegepast. Dit levert gevaar op voor de veiligheid op het spoor. Op 3 juli 2017 wordt er uitstel van betaling verleend aan het bedrijf. Dit wordt op 19 oktober 2017 omgezet in een faillissement. Omdat het huurcontract nog niet ontbonden is, valt ook de 1304 in de boedel van HSL Logistik. In november 2017 keurt de curator goed dat de 1304 rolvaardig wordt gemaakt en wordt verplaatst. In januari 2018 worden de beide locomotieven officieel teruggegeven aan de Werkgroep 1501 door de curator. Vervolgens kan er een plan gemaakt worden om de locomotief te herstellen. In maart 2022 huurt HSL Netherlands locomotief 1315 van Fairtrains.

Inzet

Op 26 november 2015 reed de 1304 zijn eerste rit van de Amsterdamse Westhaven naar Bad Bentheim met een lege autotrein. Als gevolg van olielekkage in een tandwielkast strandde de trein in Stroe. De trein werd voorzichtig naar Deventer gereden. De volgende dag werd de trein alsnog naar Bad Bentheim gereden. Op 28 november 2015 wordt er weer geprobeerd te rijden. De locomotief zou van Nijmegen naar Kijfhoek gaan, om vanaf daar een keteltrein naar Bad Bentheim te rijden. De locomotief trekt echter de bovenleiding naar beneden op emplacement van Nijmegen. De locomotief zelf loopt geen schade op. Op 17 februari 2016 heeft de locomotief problemen om de IJsselburg bij Deventer op te komen als gevolg van het slechte weer. Hierbij raakt as 2 in een slip en ontstaat er schade aan de tractiemotor. Op 19 februari 2016 strandt de locomotief in Apeldoorn met een warmloper. De locomotief wordt in de daaropvolgende dagen afgevoerd naar de Kijfhoek. Op 22 februari 2016 gaat de locomotief los naar IJsselmonde, waarbij as 2 als gevolg van de vastgelopen tractiemotor niet meer draait. Vanaf IJsselmonde wordt een goederentrein mee terug naar de Kijfhoek meegenomen. Bij aankomst wordt geconstateerd dat de locomotief een vlakke plaats heeft op as 2 en niet meer rolbaar is. Op de Kijfhoek wordt het draaistel op 26 februari 2016 op asbreuklorries geplaatst. Begin maart 2016 wordt de locomotief afgevoerd naar Dordrecht en wordt daar bij de werkplaats van VolkerRail geplaatst. Hier blijft de locomotief in afwachting van herstel staan. Er moet worden gewacht op toestemming van de verzekeraar om de locomotief te repareren. Op 6 maart 2022 rijdt de 1315 haar eerste rit voor huurder HSL Netherlands. De locomotief rijdt vanuit Blerick als losse locomotief naar Bad Bentheim waar een autotrein met VW Crafter wordt opgehaald en naar Amersfoort wordt gebracht. Aansluitend keert de locomotief terug naar Blerick. Gedurende het jaar wordt de 1315 geregeld gebruikt om deze trein te rijden, daarnaast is er een ketelwagentrein naar Eindhoven vanuit de Houtrakpolder gebracht op 13 april 2022 en ook een graantrein vanuit Oss naar Bad Bentheim gebracht op 29 mei 2022. Op 10 oktober 2022 rijdt de locomotief de voorlopig laatste trein voor HSL.

HSL-nummer NS-nummer Overgang Huisstijl Inzet van Inzet tot
1304 1304 16 juni 2015 20 september 2015 20 november 2015 16 februari 2016
1315 1315 16 juni 2015 n.v.t. n.v.t. n.v.t.


Inzet bij Fairtrains

In 2017 wordt Fairtrains voertuighouder van de locomotieven 1304 en 1315 van de Stichting Klassieke Locomotieven. Dit is mogelijk doordat de beide locomotieven langdurig in bruikleen zijn gegeven aan Fairtrains. Zij zorgen er voor dat in 2018 de 1304 hersteld wordt van een defecte tractiemotor in samenwerking met Jacko Fijn Techniek. In december 2018 is de locomotief beschikbaar voor verhuur. Op 9 december 2018 brengt de 1304 locomotief 1122 naar Blerick voor stalling. Op 21 december 2018 rijdt de locomotief los van de Kijfhoek naar Zwolle via Utrecht om de 702 naar de Watergraafsmeer te brengen. Vanuit de Watergraafsmeer is de 707 meegenomen naar de Kijfhoek. Op 28 december 2018 wordt de locomotief ingezet voor Rail Force One voor het rijden van een lege autotrein van Kijfhoek naar Bad Bentheim. Op de terugweg wordt een beladen autotrein mee terug naar de Kijfhoek genomen. Op 6 februari 2019 wordt de locomotief gebruikt voor het rijden van autotreinen in opdracht van Rail Force One. Een lege trein wordt van de Kijfhoek naar Bad Bentheim gebracht, terwijl een beladen autotrein mee terug wordt genomen. Op 15 februari 2019 wordt een ketelwagentrein van Oss naar Bad Bentheim gebracht in opdracht van Rail Force One. Pas op 18 februari 2019 keert de locomotief terug. Met een ketelwagentrein biodiesel wordt er naar Nijmegen gereden. Hier neemt de 1828 van Rail Force One de trein over voor de verdere rit naar de Kijfhoek. Eind juli 2019 wordt bekend dat de 1304 gehuurd zal gaan worden door Rail Force One. Op 3 augustus rijdt de locomotief samen met de 1251 een excursietrein door Noord-Holland. De 1315 maakt op 12 februari 2020 haar eerste proefrit. Op 13 februari 2020 is de 1315 rijvaardig afgeleverd. Op 2 oktober 2020 is locomotief 1315 in de Berlijns blauwe kleuren gepresenteerd. In maart 2022 wordt de 1315 verhuurd aan HSL Netherlands.


Onderhoud

De locomotieven krijgen hun onderhoud in de werkplaats van Maastricht. De hoofdwerkplaats Tilburg was de locatie voor revisies en schadeherstel. Constructiewijzigingen werden in beide werkplaatsen uitgevoerd, afhankelijk van de grootte van de wijziging. In de zomer van 2001 krijgen de locomotieven 1302, 1304, 1312 en 1315 nog een beperkte onderhoudsbeurt zodat zij nog tot juni 2002 ingezet kunnen worden.


Inzet per dienstregeling jaar

Hieronder volgt een opsomming van treinseries waarin de locomotieven te zien zijn. Goederentreinen zijn niet meegenomen in deze opsomming.


Revisie

Renovatie

Oorspronkelijk was het plan om de locomotieven tussen 1982 en 1987 af te voeren en te laten slopen. Als snel bleek dat de locomotieven tot halverwege de jaren '90 nog niet gemist konden worden. In 1981 wordt besloten om in navolging van de serie 1200 de locomotieven een levensduur verlengende beurt te geven. Bij deze werkzaamheden moet er wel gekeken worden naar geraamte van de bak en de bekabeling. Deze verkeerden in een slechte staat en er moet veel werk in worden gestoken om dit te verhelpen. Er werden drie plannen gemaakt voor de locomotieven:

  1. Een beperkte beurt, zodat de locomotieven nog ongeveer 7 jaar mee kunnen;
  2. Een uitgebreide beurt, zodat de locomotieven nog ongeveer 13 jaar mee kunnen;
  3. De aankoop van 14 locomotieven van de serie 1600.

Punt 2 bleek hierbij de meeste economische oplossing. Een ander bijkomend voordeel is dat de 40 locomotieven van de series 1200 en 1300 tegelijkertijd vervangen kunnen worden door een nieuwe serie locomotieven. De werkzaamheden bij deze renovatie bestond onder andere uit het vervangen van slecht plaatwerk door nieuw plaatwerk, het aanbrengen van een seinbalk met de gecombineerde front- en sluitseinen, schilderbeurt, het vervangen van de binnen- en buitendeuren, de bekabeling is grotendeels vervangen, in de cabine wordt een ventilatiesysteem aangebracht, de ramen worden vervangen door zonwerend glas, verwarming van de frontruiten, sproeiers op de ruitenwissers, de stuurtafel is voorzien van nieuwe schakelaars en meters, een nieuwer model kast voor de ATB, het verlagen van het geluid in de cabine tot onder de 80 dB(a). Om de juiste maatregelen te kunnen beoordelen, is de 1305 gebruikt om het geluidsniveau in de cabines omlaag te brengen. Als eerste locomotief is de 1307 in januari 1984 binnen genomen. De 1313 onderging als laatste locomotief de renovatie en werd in oktober 1987 afgeleverd.


In 1996 kregen de laatste vier locomotieven, de 1302, 1304, 1312 en 1315 een grote revisie. Hierbij werden zij tevens ontasbest. Het plan om een vijfde locomotief te reviseren vond echter geen doorgang.


Bijzondere uitvoeringen

  • In oktober 2004 is locomotief 1307 in Roosendaal aan een zijwand en cabine rood geschilderd. Het gele deel is NS Cargo-rood geschilderd en het grote, zwarte logo werd wit. De locomotiefnummers zijn ook wit geschilderd. De locomotief is in deze uitvoering gesloopt.


Stadswapen

Nadat de locomotieven serie 1600 voorzien waren van een stadswapen, werden deze ook aangebracht op de 15 locomotieven van de serie 1300. De 1312, welke het stadswapen kreeg van Zoetermeer, is de enige locomotief geweest die op de Zoetermeer Stadslijn is geweest. Na de afvoer en sloop van deze locomotieven was er sprake van dat de stadswapens zouden worden overgezet naar de serie 1700. Dit is alleen gebeurd bij de 1311, welke het wapen van Best droeg. Deze is overgegaan naar de 1759.

Nummer Stadswapen Datum naamgeving
Aanbrengen stadswapen
1301 Dieren 6 december 1989
1302 Woerden 22 april 1989
1303 n.v.t. n.v.t.
1304 Culemborg 12 december 1990
1305 Alphen aan den Rijn 14 december 1988
1306 Brummen 19 december 1989
1307 Etten-Leur 16 mei 1991
1308 Nunspeet 14 december 1989
1309 Susteren 16 mei 1990
1310 Bussum 5 oktober 1988
1311 Best 26 augustus 1988
1312 Zoetermeer 29 december 1988
1313 Uitgeest 12 december 1990
1314 Hoorn 20 april 1989
1315 Tiel 16 november 1988
1316 Geldermalsen 13 oktober 1988


Wijzigingen

  • Vanaf 1968 krijgen alle locomotieven een tweede luchtaansluiting op de bufferbalk. Deze aansluiting wordt gebruikt om de deuren van de nieuwe rijtuigen Plan W pneumatisch te kunnen sluiten. Ook komt er een elektrische aansluiting, welke verbonden wordt met de bedieningsapparatuur in de cabine.
  • Vanaf oktober 1968 worden de locomotieven voorzien van het nieuwe logo van de NS. De locomotieven krijgen elk twee logo's Het in wit uitgevoerde logo wordt tussen de buitenste ronde ruit en de cabinedeur geplaatst.
  • In 1969 wordt begonnen om de onrustige gang van de locomotieven te beteugelen. In twee stappen wordt geprobeerd om dit te verhelpen. De eerste stap is om de oplegging tussen bak en draaistel te wijzigen. In de tweede stap wordt elk draaistel voorzien van een hydraulische schokdemper. De eerste proeven worden uitgevoerd met de 1313. Zo werd de weerstand tussen het onderstel en de zij-oplegging verhoogd. Dit had echter als effect dat de rubberen conussen van de middenoplegging sterker slijten. Met de 1315 worden wederom proeven genomen om het effect van de wijzigingen te beoordelen. Dit leidde uiteindelijk tot de wijziging van de voorspanning van de middenstelstangen tussen bak en pivot werd teruggebracht van 900 kilogram naar 50 kilogram. De tweede wijziging was het vervallen van de middenstelstang linksvoor van het draaistel gezien de rijrichting. Op deze plaats wordt de hydraulische schokbreker geplaatst. Medio 1970 zijn alle locomotieven voorzien van deze wijziging.
  • In 1971 wordt de bakoplegging nogmaals gewijzigd. Dit keer worden de glijplaten van mangaanstaal vervangen door exemplaren van roestvrij staal. De stempels en taatsen zijn vervangen door een type dat is geschikt voor kunststof. Het smeren van de zij-oplegging kwam met deze wijziging te vervallen.
  • In 1972 wordt de 1311 voorzien van een pneumatisch bediend stuurstroomcontact en een hulprelais in de treinleiding. Het vervangt hiermee het pneumatische dodemancontact. Met deze wijziging wordt voorkomen dat er wordt gereden wanneer er onvoldoende luchtdruk in de treinleiding is.
  • Op 21 december 1972 werd na revisie de 1302 afgeleverd met eenbeenstroomafnemers, type Faiveley AM30Cb. Bij deze stroomafnemers zijn de onderhoudskosten lager dan de gebruikelijke dubbele schaarpantografen. De locomotief rijdt tot en met september 1979 met deze stroomafnemers. De locomotief krijgt na zijn revisie de stroomafnemers van het type G5b terug. De eenbeenstroomafnemers van de 1302 worden in het voorjaar van 1980 geplaatst op locomotief 1313, die op dat moment in revisie is. Na hun renovatie in 1984 krijgen ook de locomotieven 1306, 1307 en 1310 eenbeenstroomafnemers van het type AM30Cb.
  • In november 1975 wordt begonnen om bij de locomotieven een vast A-frontsein aan te brengen. Dit is een verzoek van de Deutsche Bundesbahn, die verlangt dat locomotieven die ingezet worden op de grensbaanvakken van een dergelijk frontsein zijn voorzien. Er is namelijk een verhoging van de inzet van locomotieven voorzien op de baanvakken naar Bad Bentheim en Emmerich. Al het materieel moet uiterlijk ingaande de zomerdienstregeling 1976 op 25 mei van dat jaar voorzien zijn van dit frontsein. In de Tilburgse werkplaats worden de locomotieven voorzien van een frontsein die met 3 bouten wordt bevestigd. In de cabine worden de schakelaars voor de frontseinen aangepast. De schakelaar voor de linkerfrontsein wordt bestemd voor het nieuwe middenfrontsein, terwijl de schakelaar voor het rechterfrontsein wordt aangepast naar beide oude frontseinen.
  • Vanaf mei 1977 zullen de locomotieven voorzien gaan worden van een derde frontsein. Het aanbrengen zal geschieden tijdens herstel van schade, revisie of een extra binnenkomst in de Tilburgse werkplaats.


  • Om het geluid in de cabine te verlagen, werd in 1982 de 1305 onder handen genomen. De cabines werden ontdreund en met geluidsabsorberend materiaal bekleed. De achter de cabine geplaatste compressor en ventilatormotor werden eveneens aangepakt. Hiermee werd het geluidsniveau omlaag gebracht. Met deze wijzigingen gaf de Ondernemingsraad van de NS goedkeuring aan de renovatie van de locomotieven.
  • In 1993 werden de locomotieven voorzien van een remduurbeperking. Dit moest vaste remmen voorkomen wanneer de locomotief in opzending zou meelopen in een trein. Bij vaste remmen kunnen de wielen warm worden. Hierdoor kunnen de wielbanden uitzetten en losraken, zodat deze verschuiven.


Huisstijl

Van turquoise naar blauw

De locomotieven zijn in het turquoise. In 1954 werden de eerste locomotieven al overgeschilderd in het Berlijns blauw. De 1312 tot en met 1316 werden direct in het Berlijns blauw afgeleverd

Nummer Turquoise in Blauw uit
Van turquoise naar blauw
1301
1302
1303 n.v.t. n.v.t.
1304
1305
1306
1307
1308
1309
1310
1311
1312 n.v.t. n.v.t.
1313 n.v.t. n.v.t.
1314 n.v.t. n.v.t.
1315 n.v.t. n.v.t.
1316 n.v.t. n.v.t.

Van blauw naar geel grijs

Bij de invoering van de nieuwe kleuren behorend bij Spoorslag '70 werden de locomotieven geel grijs geschilderd. Het eerste exemplaar, de 1306, kwam in 1972 in de nieuwe kleuren in dienst. De locomotieven werden pas bij een grote revisie geschilderd. Het schilderen van de locomotieven duurde tot 1979. 2 locomotieven werden geschilderd tijdens hun renovatie en hebben niet de geel grijze huisstijl gekend. Dit waren de 1307 en 1310. De 1307 was te herkennen aan het ontbreken van de sierstrips op de cabine deuren. De 1310 heeft deze wel behouden tot het eind.

Nummer Blauw in Grijs/geel uit
Van blauw naar grijs/geel
1301 9 september 1977 30 september 1977
1302 september 1979 1 november 1979
1303 n.v.t n.v.t
1304 24 april 1978 juni 1978
1305 28 juni 1978 augustus 1978
1306 4 april 1972 25 mei 1972
1307 n.v.t. n.v.t.
1308 7 september 1978 november 1978
1309 15 juni 1972 14 augustus 1972
1310 n.v.t. n.v.t.
1311 7 mei 1976 4 februari 1977
1312 17 maart 1975 14 mei 1975
1313 8 september 1975 1 december 1975
1314 23 januari 1976 24 maart 1976
1315 14 mei 1975 11 juli 1975
1316 21 oktober 1975 23 december 1975

Bij de renovatie van de locomotieven werden de locomotieven nogmaals gehuisstijld. De locomotieven werden hierbij geheel geel geschilderd en voorzien van het NS logo. Deze huisstijl was oorspronkelijk bedoeld voor de serie 1600, maar door de ventilatieroosters aan de zijkant van de locomotief, viel dit idee af. De op dat moment in renovatie zijnde serie 1200 viel hierdoor eveneens af. Door de grote, vlakke zijwand was de serie 1300 er zeer geschikt voor.

Nummer Grijs/geel in Geel uit
Van geel/grijs naar geel
1301 8 mei 1985 15 november 1985
1302 3 november 1986 16 april 1987
1303 n.v.t n.v.t
1304 20 september 1985 24 maart 1986
1305 10 december 1985 12 juni 1986
1306 24 mei 1984 27 december 1984
1307 4 januari 1984 24 augustus 1984
1308 11 augustus 1986 16 januari 1987
1309 28 februari 1985 11 september 1985
1310 28 maart 1984 4 december 1984
1311 9 november 1984 7 mei 1985
1312 14 april 1986 20 november 1986
1313 4 maart 1987 15 oktober 1987
1314 11 september 1984 7 maart 1985
1315 6 februari 1986 3 september 1986
1316 19 december 1986 15 juli 1987


Vernummeringen

De locs zijn tijdens hun levensloop bij de NS niet vernummerd.


Schadegevallen

  • Op 19 juni 1953 botste de amper een jaar oude 1303 bij Weesp op treinstel Materieel'46 ElD4 642. De 1303 was met expresstrein 21 onderweg van Amsterdam naar Enschede. De trein bestond uit 6 rijtuigen Plan D (C 7837 + C 7801 + B 7705 + + + ). Bij het tweesporige station botste de trein achterop stoptrein 825, bestaande uit twee treinstellen Materieel'46, de ElD4 644 + ElD4 642. Deze trein was onderweg van Amsterdam naar Naarden-Bussum. In dichte mist botste de expresstrein achterop de stoptrein als gevolg van een storing in het bloktoestel. De seinhuiswachter had de verzegeling van het bloktoestel verbroken om zo het blok vrij te maken, daar het blok niet vrij kwam als gevolg van een eerdere storing. In het betreffende blok was echter de stoptrein aanwezig. Bij het ongeval kwamen 2 mensen om het leven en raakten 8 personen gewond. De 1303 werd niet meer hersteld en afgevoerd voor sloop. De nog bruikbare onderdelen werden afgenomen en naar Alsthom in Frankrijk gestuurd. Hier werden de onderdelen gebruikt in een in aanbouw zijnde SNCF CC7100 locomotief. Deze locomotief kwam als 1311 in februari 1954 in dienst.



  • Op 4 mei 1976 raakt de 1311 beschadigd bij het ongeval nabij Schiedam/Rotterdam West. De 1311 is met trein D215 (Rhein Express naar München) onderweg van Hoek van Holland naar Emmerich. Bij Schiedam wordt trein 4125 (Hoek van Holland - Rotterdam Centraal) ingehaald. De 4125 bestaat uit de Plan V treinstellen 458 + 817. Op het moment dat de inhaling plaats vindt, rijdt trein 4116 (Rotterdam Centraal - Hoek van Holland), bestaande uit de SGM-II treinstellen 2008 + 2001, door het rode sein. Door de frontale botsing wordt de cabine van de locomotief geheel ingedrukt. De rijtuigen van de D215 worden in de loop van de ochtend terug naar Vlaardingen gesleept. Door diesellocomotief 2427 worden de 1311 en de Plan V treinstellen naar achteren getrokken om beter bij de zwaar beschadigde ABk 2008 te kunnen komen. In de loop van de middag zijn ook de 1311 en de Plan V treinstellen naar Vlaardingen gesleept. De locomotief wordt op 7 mei 1976 naar de werkplaats van Tilburg overgebracht voor herstel en revisie. De ingedrukte cabine werd in de werkplaats vervangen door een nieuwe cabine. De locomotief wordt op 4 februari 1977 afgeleverd in het geel/grijs. Bij het ongeval vallen 24 doden en 5 zwaargewonden. Ook zijn er tientallen lichtgewonde slachtoffers.



  • Op 8 oktober 1986 reed locomotief 1141 met de lege kalktrein 49509 met te hoge snelheid over een afbuigende wissel bij Heeze en ontspoorde. In deze trein liep de 1309 in opzending mee, evenals de 1642. De locomotief raakte zwaarbeschadigd, doordat deze om zijn as was gedraaid en werd vooruitgeduwd door de 1642. De locomotief vernielde alles wat op zijn pad kwam, diverse bovenleidingsportalen, seinen en relaiskasten raakten beschadigd. De 1309 werd in het weekend van 11 en 12 oktober 1986 naar Tilburg overgebracht. Op 13 oktober 1986 is de locomotief in de werkplaats binnengenomen voor het herstel. De volgende dag werd de treindienst weer hervat. De locomotief kwam op 3 maart 1987 hersteld weer in dienst.
  • Op 29 oktober 1987 botst de 1307 ter hoogte van Haelen met een aantal bietenwagons. De locomotief loopt hierbij een geknikte cabine op. Op 6 november 1987 arriveert de locomotief in de Tilburgse werkplaats voor het herstel. De locomotief is op 14 juni 1988 afgeleverd.
  • Op 12 augustus 1993 botst de 1309 ter hoogte van Boxtel met een auto op een overweg. De 1309 was onderweg met goederentrein 57810 van naar . Achter de 1309 rijden de locomotieven 1124 en 1127 in opzending. Door de aanrijding vatte de auto vlam en de brand sloeg over naar de locomotief. De cabine brandde volledig uit. Op 16 augustus 1993 werd de locomotief naar de hoofdwerkplaats Tilburg gesleept. Hier werd de locomotief hersteld van de opgelopen schade en voorzien van een nieuw cabine interieur. Op 22 december 1993 werd de locomotief afgeleverd.


  • Op 13 maart 1998 ontspoort de 1308 in Amsterdam met alle assen. Op 16 maart 1998 arriveert de locomotief in Tilburg en wordt als reserve aangewezen.


Afvoer

In de oorspronkelijke plannen is de afvoer van de locomotieven voorzien in de periode tussen 1982 en 1987. Vanwege de goede prestaties van de locomotieven wordt in 1981 besloten om de locomotieven te moderniseren om op deze manier de levensduur te verlengen. Hiermee wordt de levensduur verlengt tot halverwege de jaren '90.

De eerste locomotief die is afgevoerd, is de verongelukte 1303 in 1953. Het blijft vervolgens 44 jaar stil op het afvoer vlak van deze locomotieven. Op 25 juni 1997 wordt de 1316 terzijde gesteld in Tilburg. De 1308 wordt op aan de kant gezet als gevolg van in Tilburg. Op 30 januari 1998 wordt de locomotief afgeleverd.

Op is de 1309 als reserve terzijde gesteld. De locomotief wordt op weer in dienst gesteld. Op 30 november 1997 wordt de 1314 als reserve aangewezen en terzijde gesteld in Maastricht als vervanger van de 1309. Om in Tilburg weer een reserve locomotief te hebben na het herstel van de 1308 in januari 1998, wordt de op 9 januari 1998 binnengelopen 1313 aangewezen als reservelocomotief. De locomotief wordt binnengenomen om de wielstellen te wisselen en voor revisie. Op 30 januari 1998 wordt de locomotief officieel terzijde gesteld. Op 16 maart 1998 arriveert de 1308 weer in Tilburg, maar nu met ontsporingsschade. De locomotief wordt niet hersteld en aangewezen als reserve. Een tekort aan onderdelen is hier debet aan.


Nadat de 1305 op 21 juli 1999 terzijde was gesteld in Maastricht, was het gedaan met de actieve diensten voor de serie 1300. Op 23 juli 1999 werd de locomotief overgebracht naar de Westhaven. Op 20 juli 1999 was hier reeds de 1311 uit Tilburg aangekomen en op 21 juli 1999 de 1310 uit Maastricht. Op 23 juli 1999 werden de drie locomotieven naar de Watergraafsmeer overgebracht. Hier stonden vanaf dat moment de 1301, 1305-1308, 1310, 1311, 1313 en 1316. De 1305 werd uitgekozen om op de Watergraafsmeer hoogspanning en lucht te leveren aan de aldaar opgestelde internationale treinen. Op 28 mei 2000 wordt de 1304 terzijde gesteld.

In 2002 zouden er vier locomotieven door NS Reizigers ingezet gaan worden. Maar door hoge kosten om deze locomotieven in te zetten, vonden deze plannen geen doorgang. Er werden 12 locomotieven te koop aangeboden. Vanwege de hoge prijs werd geen enkele locomotief aan een andere partij verkocht.


Sloop

De in juni 1953 verongelukte en afgevoerde locomotief 1303 werd in dezelfde maand ter plekke gesloopt. Na 50 jaar na de sloop van de 1303 wordt in augustus 2003 de tweede locomotief van de serie gesloopt. Het is de sinds 2001 in Tilburg opgebokte 1308.


Museumlocomotieven

In totaal zijn er 4 locomotieven bewaard gebleven van de oorspronkelijk 16 gebouwde stuks. De 1302 en 1312 door het Spoorwegmuseum en de 1304 en 1315 door de Werkgroep 1501/Stichting Klassieke Locomotieven

  • Spoorwegmuseum

Het Spoorwegmuseum in Utrecht heeft de beschikking over de 1302 en de 1312.

1302

De 1302 gaat juli 2002 over van NS Reizigers naar het Spoorwegmuseum. In 2005 gaat de locomotief buiten dienst als gevolg van een defecte tractiemotor. De locomotief wordt op 12 december 2010 van Utrecht naar Blerick overgebracht. Hier zal de locomotief teruggebracht worden in de blauwe kleurstelling. In 2015 zijn de sierstrepen en nummerplaten van de locomotief gemaakt in aluminium. In de winter van 2023/2024 is de gehele kast van de locomotief gestraald en voorzien van een coating. De locomotief zal vervolgens in de blauwe kleurstelling met sierstrepen en nummerplaten worden gebracht.

Inzet

Op 9 maart 2003 brengt de locomotief de mP 3031 + mP 9204 en een Gs van de Watergraafsmeer naar Blerick. Op 19 september 2003 gaat de locomotief van Arnhem naar de Watergraafsmeer gegaan, om barrijtuig WR op te halen. Het rijtuig is in Rotterdam achter gelaten De 1302 ging vervolgens als losse locomotief naar Heerlen, om 4 rijtuigen ICK op te halen. Door een stremming ter hoogte van Eindhoven Beukenlaan strandt de locomotief in Tilburg. Hier staat ook trein 2571 (Den Haag Centraal - Heerlen), bestaande uit ICK. De trein moet leeg terug naar Den Haag. Dit wordt door de 1302 gedaan. In Rotterdam worden vier rijtuigen afgehaakt en de rest van de trein gaat naar Den Haag, getrokken door de 17. Op 20 september 2003 rijdt de locomotief samen met de 1501 de Magical Mystery Tour. Deze is door de Werkgroep 1501 georganiseerd. De rit gaat van Rotterdam via Uitgeest naar het Westelijk Havengebied in Amsterdam. Vervolgens wordt er via de Watergraafsmeer en de Kijfhoek naar de Maasvlakte gereden. Tussen de Kijfhoek en de Maasvlakte trekt class 66 PB05 van Rail4Chem de trein. De rit eindigde weer in Rotterdam. Op 22 april 2004 rijdt de 1302 samen met de 1501 de Freedom Express, een afscheidsrit van Adriaan Pothuijzen. Hij was directeur human resource management bij de NS. De 1302 rijdt van Arnhem naar Utrecht Lunetten, om achter de trein te worden gekoppeld, die de 1501 heeft opgehaald bij de SSN. Van Utrecht Lunetten wordt naar Bilthoven gereden. Vanuit hier wordt een ronde gereden naar Hilversum, Amersfoort, Deventer, Arnhem, Utrecht Maliebaan naar Soestduinen. Na het uitstappen gaat de trein naar Amersfoort en keert de 1302 terug naar Arnhem, terwijl de 1501 naar Rotterdam terugkeert. Op 5 mei 2004 gaat de 1302 vanuit Arnhem op pad naar de Watergraafsmeer. Hier wordt de 2215 opgehaald en beide locomotieven gaan naar Roosendaal. Hier wordt de 1312 opgehaald, welke in mei 2004 aan de collectie is toegevoegd. De 2215 verzorgt het rangeerwerk in Roosendaal. De drie locomotieven gaan dezelfde dag naar Arnhem. Hier blijven de drie locomotieven staan tot 8 mei 2004. De 1312 wordt naar Blerick gebracht, de 2215 wordt naar de Watergraafsmeer gebracht en de 1302 keert uiteindelijk terug naar Arnhem. Op 4 juli 2004 is de locomotief te gast tijdens een open dag in Roosendaal. Op 25 juli 2004 wordt de 1302 gebruikt om samen met de 2215 rangeerlocomotief 629 op te halen in Tilburg. De locomotieven komen hiervoor uit Arnhem naar Tilburg. Na het aanpikken van de 629 wordt naar Blerick gereden. Hier wordt de 1312 opgepikt en rijden de drie locomotieven naar Arnhem. Op 14 augustus 2004 brengt de 1302 twee rijtuigen Plan W van naar Blerick. Op 27 augustus gaat de 1302 naar de open dag van Stibans op de Watergraafsmeer. De locomotief sleept de 2215, 1211, 2498, mP 9204, DE3 114 en El2 252 ook mee de Watergraafsmeer. De open dag wordt op 28 augustus 2004 gehouden. Op 29 augustus 2004 gaat de locomotief naar Blerick. Zij sleept een sleep museummaterieel mee dat ook naar Blerick moet. Het zijn de 1315, 1211, 2215, 2498, D 7521, een Gs, een ketelwagen, Dg 2611, mP 9204, mCd 9414, DE3 114 en El2 252. Na aflevering van het materieel gaat de locomotief weer naar Arnhem. Op 5 september 2004 rijdt de 1302 van Arnhem naar Tilburg. Hier worden twee rijtuigen Plan W opgehaald en naar Eindhoven gebracht. Hier blijven zij staan tot 6 september. De trein wordt voorzien van nog eens vier rijtuigen Plan W en gaat naar Roermond. Hier staan nog een aantal rijtuigen Plan W. Deze worden opgepikt en de hele trein naar Maastricht gebracht. In Maastricht wordt Df 92-37 005 opgepikt en naar Arnhem gebracht. Op 16 september 2004 gaan de locomotieven 1302 + 1312 met het Df rijtuig 92-37 005 naar Amsterdam Zaanstraat. Op 9 oktober 2004 gaat de 1302 samen met de 2215 naar Amersfoort op het rijtuig C 6703 (Plan E) op te halen. Op 10 oktober 2004 komen de twee locomotieven in het rijtuig aan in Amsterdam. Op 11 oktober 2004 wordt door de 1302 en 2215 het rijtuig Plan E terug gebracht naar Amersfoort. De twee locomotieven en het rijtuig Df 92-37 005 gaan door naar Arnhem. Op 16 oktober 2004 rijden de twee locomotieven en het rijtuig Df 92-37 005 naar Tilburg, waar de herstelde 1312 wordt opgehaald. Ook twee locomotoren, de 274 en 362, worden in Tilburg opgehaald. De beide locomotoren worden naar Blerick overgebracht. De locomotieven 1302 + 1312 + 2215 + Df 92-37 005 keren vervolgens terug naar Arnhem. Op 17 oktober 2004 brengt de 1302 rijtuig Df 92-37 005 naar Maastricht. De locomotief keert los terug naar Arnhem. Op 28 oktober 2004 haalt de 1302 het voormalige restauratierijtuig WR 88-70 021 op in Utrecht. Hiervoor kwam de locomotief uit Arnhem en via de Watergraafsmeer (waar twee rijtuigen Avmz werden opgehaald) werd naar Utrecht gereden. Het rijtuig is in Tilburg verbouwd tot meetrijtuig en wordt in 's-Hertogenbosch gepresenteerd. Na de presentatie gaat de trein naar Tilburg. Vervolgens werd een rit gereden met de rijtuigen via Arnhem naar Utrecht. De rijtuigen Avmz werden na afloop teruggebracht naar de Watergraafsmeer en keert de locomotief terug naar Arnhem. Op 8 november 2004 haalt de 1302 samen met de 1312 en 2215 het rijtuig B 4118 (Plan W) op in Tilburg. Het rijtuig wordt door de drie locomotieven naar Amersfoort gebracht. Omdat het rijtuig te groot is voor de rolbrug bij de voormalige wagenwerkplaats, is de trein naar Amsterdam Zaanstraat gereden. Hier is de 1312 achtergelaten voor een onderhoudsbeurt. De 1302 + 2215 + B 4118 gaan vervolgens naar de Watergraafsmeer. Hier wordt een koppelwagen opgehaald en gaat de trein naar Arnhem. Op 13 november 2004 brengt de 1302 het rijtuig Plan W naar Blerick en haalt Plan U 114 op. Met behulp van de koppelwagen wordt het treinstel naar Zwolle overgebracht. Na de overbrenging keert de locomotief terug naar Arnhem.

Op 20 juli 2010 wordt de locomotief door de 1202 van Blerick naar de Zaanstraat overgebracht.


1312

De 1312 wordt in mei 2004 overgenomen door het Spoorwegmuseum van NS Reizigers. De locomotief is bedoeld als onderdelenleverancier voor de 1302. Op 5 mei 2004 wordt de locomotief opgehaald in Roosendaal door de 1302 en 2215 en naar Arnhem overgebracht. Op 8 mei 2004 wordt de 1312 naar Blerick overgebracht en in de museumloods gerangeerd door de 2215. Hier wordt de locomotief hersteld van kapotte ruiten en meters. De onderdelen hiervoor komen uit afgevoerde locomotieven. In Tilburg wordt locomotief hersteld van een defecte tractiemotor in oktober 2004. In november 2004 krijgt de locomotief een onderhoudsbeurt in Amsterdam Zaanstraat en is dan weer rijvaardig. De locomotief kan dan voor allerlei ritten gebruikt worden. Als in 2005 de 1302 buiten dienst gaat als gevolg van een defecte tractiemotor, wordt de 1312 opgeknapt en in dienst gesteld. In augustus 2007 komt de locomotief na een revisie weer in dienst. De locomotief wordt geregeld ingezet bij overbrengingen van het Spoorwegmuseum.

Inzet

Op 3 oktober 2004 rijdt de 1312 zijn eerste rit. Samen met de 1302 en 2215 gaat de locomotief van Tilburg naar Arnhem om de 1202 op te halen.

Op 23 juni 2006 brengt de 1312 vijf rijtuigen ICK van de Watergraafsmeer naar Arnhem. Op 26 juni 2006 rijdt de trein naar Emmerich, waar de vijf rijtuigen van het voormalige TEE-treinstel worden aangekoppeld. De ICK-rijtuigen zullen als remrijtuigen fungeren. De vijf TEE-rijtuigen worden naar Zwolle gebracht. Op brengt de 1312 de vijf rijtuigen ICK naar . Vervolgens gaat de locomotief naar .

Op 24 december 2010 brengt de 1312 materieel van het Spoorwegmuseum in Utrecht naar Blerick. Het gaat om de 1856 + Hbbkkss 2 84 242 2 043-5 + mP 3031 + 1302 + El2 876.

Op 17 mei 2014 bracht de 1312 samen met de 1202 materieel van het Spoorwegmuseum naar Blerick. De trein bestond uit de 1312 + 1202 + koppelwagen + Materieel'46 ElD2 273 + Materieel'54 ElD2 386 + Pec 8502 + koppelwagen + Plan E Df 92-37 007. De locomotieven 1312 en 1202 keerden weer terug naar het Spoorwegmuseum. Op 3 september 2015 rijdt de locomotief samen met de rijtuigen Plan D AB 7709 + Materieel'24 Cec 8553 + Plan E C 6703 + Plan W B 4118 van Utrecht naar Apeldoorn. Door de VSM 2299 wordt de locomotief en de rijtuigen naar Loenen gesleept. In Loenen wordt de 1312 geposeerd. De rijtuigen worden gebruikt tijdens Terug naar Toen 2015. Op 7 september 2015 keert de locomotief met de rijtuigen terug naar Utrecht. Op 17 oktober 2015 rijdt de locomotief met de rijtuigen van Plan D + Plan E + Plan W een rit voor de vrijwilligers van het Spoorwegmuseum van Utrecht naar Sittard. Van Sittard werd naar Blerick gereden. Met deze ritten ging ook de stam Blokkendozen en locomotief 1202 mee. De laatste twee bleven in Blerick achter. Voor de rit van Blerick naar Utrecht werd in de tussentijd Plan V 876 van Blerick naar Eindhoven gebracht. Eind mei 2019 brengt de locomotief drie rijtuigen van het Spoorwegmuseum over naar Goes voor het evenement Sporen naar het Verleden. De rijtuigen worden op 2 juni 2019 weer terug naar het museum gebracht. Op 22 juni 2019 rijdt de locomotief de jaarlijkse rit voor de Vrienden van het Spoorwegmuseum. Met de twee rijtuigen Plan D en Plan E wordt vanuit het Spoorwegmuseum via Amsterdam naar Rotterdam gereden. Bij Rotterdam Stadion wordt kop gemaakt en wordt via Uitgeest naar Zaandam gereden. Uiteindelijk eindigt de rit weer in het museum.


  • Werkgroep 1501/Stichting Klassieke Locomotieven

De Werkgroep 1501/Stichting Klassieke Locomotieven te Den Haag heeft de beschikking over de 1304 en 1315. De 1315 is in 2013 langdurig uitgeleend aan Eisenbahn Erlebniswelt in Horb am Neckar, Duitsland. In 2015 keert de locomotief terug om dienst te gaan doen bij HSL Logistik. Dit gebeurd echter niet. In april 2017 mag HSL Logistik niet meer op het Nederlandse sporen rijden en worden de locomotieven aan de kant gezet. Na het faillissement van HSL Logistik vallen de locomotieven onder de curator. Op 10 januari 2018 worden de locomotieven officieel teruggegeven aan de Werkgroep.

1304

Op 5 augustus 2005 kwam de 1304 als tweede locomotief bij de Stichting Klassieke locomotieven. Deze heeft als laatste gediend als energieleverancier voor rijtuigen bij Onderhoudsbedrijf Maastricht, dat in 2003/2004 verbouwd werd. De locomotief is bedoeld als onderdelenleverancier voor de locomotieven 1122 en 1315. De locomotief is op van Maastricht naar Blerick gesleept. In 2009 wordt geprobeerd om de locomotief rijvaardig te krijgen. De defecte tractiemotorkabel wordt hersteld en er zijn plannen om de locomotief samen met de 1315 in dienst te stellen. De kosten voor certificering en inzet zijn echter hoog. Daarnaast moet de locomotief voorzien worden van GSM-R en ATB-VV. Daarom wordt er gekeken om de locomotieven te verhuren aan een commerciële partij. Dit levert echter geen overeenkomst op, doordat er locomotieven serie 1800 door NS Financial Services te koop worden aangeboden voor relatief lage prijzen.


Begin november 2012 wordt bekend dat de locomotief mogelijk in 2013 naar Duitsland zal worden overgebracht. De stallingsplaats in Blerick zal verlaten moeten worden, ten gunste van het Spoorwegmuseum. Deze heeft per 1 januari 2013 de sporen van de oude rijtuigloods gehuurd, waarin de 1304, 1218 en 1501 staan. De 1218 gaan in november 2012 naar de Watergraafsmeer. De locomotief zal gestald worden bij de Eisenbahn Erlebniswelt in Horb. Alvorens naar Duitsland te worden overgebracht, zal de locomotief aan de buitenzijde worden opgeknapt door het team dat in 2011 locomotief 1218 onder handen nam. In januari 2013 wordt besloten om de locomotief niet naar Duitsland te sturen, maar de 1315. Omdat er geen plannen zijn voor de locomotief, blijft deze voorlopig in Blerick staan, samen met de 1501. Deze komen in een ander gedeelte van het loodscomplex te staan. Deze is onderdeel van de Stichting onderdak railerfgoed (Store). In mei 2015 wordt bekend dat HSL Logistik de locomotief over neem voor uitbreiding van hun materieelpark. De locomotief wordt in Blerick nagekeken en in orde bevonden. Na de overdracht in juni 2015 wordt de locomotief klaar gemaakt voor de dienst. In juli en augustus 2015 wordt de locomotief onder handen genomen. De locomotief wordt voorzien van GSM-R en ATB-vv. In september 2015 is de locomotief geschilderd in de huisstijl van HSL Logistik. In november 2015 komt de locomotief in dienst. In februari 2016 raakt de locomotief defect op de Kijfhoek. De locomotief wordt met behulp van een asbreuklorrie van de Kijfhoek naar Dordrecht gesleept. De locomotief wordt bij de werkplaats van VolkerRail in de Zeehaven geplaatst. In november 2017 wordt van de curator goedkeuring verkregen om de locomotief rolvaardig te maken. Deze werkzaamheden worden in de werkplaats van VolkerRail uitgevoerd. De locomotief wordt daartoe op 28 november 2017 voorzien van asbreuklorries en de werkplaats van VolkerRail binnengereden. Binnen werd het draaistel gedemonteerd, zodat de defecte tractiemotor uit het draaistel kon worden gehaald. Na het uitbouwen wordt de locomotief weer op de draaistellen geplaatst. Op 1 december 2017 wordt de locomotief met behulp van de RailFeeding 21 en de CapTrain 203 101 van Dordrecht Zeehaven naar Dordrecht overgebracht. Door de 203 101 wordt de locomotief naar de Kijfhoek overgebracht. Op de Kijfhoek wordt de as nogmaals geïnspecteerd. De uitgebouwde tractiemotor wordt bij de firma Baumüller onderzocht, waarbij wordt vast gesteld dat de lagers van de motoras zijn vastgelopen vanwege oververhitting. De oververhitting is waarschijnlijk veroorzaakt door gebrek aan smeervet. De motor is hierdoor ernstig beschadigd en herstel is niet lonend. Om een tractiemotor te verwerven wordt er contact gezocht met een Franse museumorganisatie die twee locomotieven van de serie CC 7100 in bruikleen heeft van de SNCF. De locomotieven beschikken echter niet over dezelfde tractiemotoren die de serie 1300 heeft. Als laatste mogelijkheid blijft het uitwisselen van tractiemotoren met de 1122 over. De tractiemotoren zijn echter in een slechte staat, zodat zij eerst gereviseerd moeten worden. In mei 2018 rijdt de locomotief op de Kijfhoek een klein stukje, nadat de locomotief is voorzien van ATB-VV. De vier tractiemotoren van de 1122 worden in juli 2018 uitgebouwd. De tractiemotoren worden bij de firma Baumüller nagekeken en vervolgens worden zij gereviseerd. De gereviseerde tractiemotoren zullen in de 1304 geplaatst gaan worden. Hiermee is het mogelijk om de 1304 weer terug op de baan te krijgen, waarbij de locomotief via Fairtrains verhuurd wordt. De revisie van de tractiemotoren is in september 2018 afgerond. Op 9 november 2018 wordt de 1304 van de Kijfhoek naar Shunter in de Waalhaven overgebracht. Hier zal de inbouw van de gereviseerde tractiemotoren plaats vinden. Vanaf 12 november 2018 wordt er twee weken gewerkt om twee gereviseerde tractiemotoren uit de 1122 in draaistel 1 te plaatsen. Tevens worden alle wielen afgedraaid, omdat as 2 flinke, vlakke plaatsen had. De locomotief ondergaat een grote onderhoudsbeurt waarbij ook de luchtreservoirs gekeurd worden. Op 22 november 2018 wordt het draaistel weer vast gemaakt aan de locomotief. Op 23 november 2018 vond o.a. de keuring van de ATB plaats. Op 27 november 2018 is de locomotief naar de Kijfhoek overgebracht. Op 28 november 2018 worden de laatste beproevingen en onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd. Vervolgens maakt de locomotief een succesvolle proefrit op de Kijfhoek. Na deze proefrit is de locomotief beschikbaar voor verhuur via Fairtrains. Op 9 december 2018 brengt de 1304 de 1122 naar Blerick voor stalling aldaar.


1315

Op 28 augustus 2004 werd de 1315 door NS Reizgers overgedragen aan de Stichting Klassieke Locomotieven. Dit gebeurde tijdens de viering van 25 jaar STIBANS te Amsterdam Watergraafsmeer. De locomotief had als laatste dienst gedaan met rijtuigen Plan W voor koppelinstructie in Nijmegen en Hengelo. Na afloop van deze dag bleef de locomotief in Amsterdam. De locomotief werd later naar Rotterdam gebracht en werd op september 2007 naar de Zaanstraat overgebracht. Hier zou de locomotief rijvaardig gemaakt worden. Nadat dit afgerond was, waren de voorwaarden voor certificering complexer geworden en daarmee werden de kosten ook hoger. Met het oog op de beperkte inzet van de locomotief, waren deze kosten niet te verantwoorden. Op 6 december 2009 gaat de locomotief daarom van de Watergraafsmeer naar de Stoom Stichting Nederland in Rotterdam als proefrit. Hier is stallingsruimte gevonden voor de locomotief. De stichting heeft geprobeerd om de locomotief commercieel in te zetten door de locomotief aan een andere vervoerder uit te lenen. Door de komst van overtollige locomotieven serie 1800 vond dit echter geen doorgang. Zij worden relatief goedkoop aangeboden.

In het voorjaar van 2012 zal de locomotief de toelating tot het Nederlands spoorwegnet krijgen. De locomotief mag echter niet in het geel met NS logo de baan op. De locomotief zal dus eerst een schilderbeurt moeten ondergaan.

In januari 2013 wordt bekend dat de 1315 naar Horb zal gaan in plaats van de 1304. De 1315 verkeerd in een betere conditie om over een langere afstand gesleept te gaan worden dan de 1304. In het weekend van 2 en 3 maart 2013 is de locomotief geheel gewassen. In de weken daarop volgend is de locomotief gereed gemaakt voor het transport. Het remwerk is geheel nagezien en een remsteller vervangen. Tevens werd de locomotief opnieuw geschilderd. De draaistellen, nummers, lichtseinbalk, NS logo en stadswapens van Tiel werden zwart, de stelbalken grijs en het vale geel werd weer NS geel. Het was de bedoeling om de locomotief op 23 maart over te brengen van Rotterdam Noord Goederen naar de Kijfhoek. De volgende dag zou de locomotief in opzending meerijden met de Coevorden containershuttle van de Bentheimer Eisenbahn. Door het uitvallen van deze containertrein moest er een alternatief plan bedacht worden. De overbrenging op 23 maart kwam te vervallen, zodat alleen de rit op 24 maart overbleef. De locomotief zou achter een EETC 1250 via Utrecht (omlopen), Amersfoort en Zwolle naar Coevorden gaan. Door een wisselstoring tussen Amersfoort en Zwolle kon deze route echter geen doorgang vinden. Daarop werd besloten om via Arnhem en Deventer naar Zwolle te rijden. Door een technisch defect aan de 1315 vertrokken de EETC 1252 en 1315 twee uur later dan gepland uit Rotterdam om aan het begin van de avond in Coevorden aan te komen. De D22 van de Bentheimer Eisenbahn bracht de 1315 vervolgens naar de containerterminal op Coevorden Heege. In de ochtend van 25 maart 2013 werd de 1315 tussen een aantal goederenwagons door de D20 van de Bentheimer Eisenbahn overgebracht naar Nordhorn-Süd. Op 27 maart 2013 ging de locomotief naar Bad Bentheim achter wederom de D20. Vanaf Bad Bentheim werd de 1315 door de V100 2335 van Nesa overgebracht naar Lengerich. De volgende dag gaat de reis verder achter stoomlocomotief 78 468 van de Eisenbahntradition naar Heilbronn. De V100 gaat mee als voorspan locomotief. Op 29 maart 2013 worden de laatste kilometers afgelegd van Heilbron naar Horb. Er volgt een tussenstop in Tübingen om de stoomlocomotief uit te rangeren. Van 13 tot en met 15 september 2013 was de locomotief te zien tijdens de Märklindagen in Göppingen. In mei 2015 wordt bekend dat de locomotief terugkeert naar Nederland en ingezet zal gaan worden bij HSL Logistik. In het weekend van 19 en 20 september 2015 zal de locomotief achter een V100 van RRF terugkeren naar Nederland. De locomotief zal bij Venlo de grens over komen en in Blerick worden gestald in afwachting van verdere werkzaamheden. Als gevolg van het faillisement van HSL Logistik gebeurt er niets met de locomotief en blijft in Blerick staan. Op 25 en 26 mei 2019 is de locomotief te zien met de 1501 en 1122 tijdens het Rail & Road event in Blerick.


Afleverdata

Afleverdata
Nummer Goedkeuring In dienst In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H3) Uit revisie (H3) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H3) Uit revisie (H3) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) In revisie (H2) Uit revisie (H2) Renovatie in (H3R) Renovatie uit (H3R) In revisie (H2A) Uit revisie (H2A) In revisie (H2B) Uit revisie (H2B) Ter zijde Sloop(rit)
1301 14 mei 1952 28 mei 1952 1953 1955 1957 1960 1962 1963 1965 april 1968 24 september 1971 22 april 1974 30 mei 1974 9 september 1977 30 september 1977 september 1981 november 1981 8 mei 1985 15 november 1985 6 maart 1990 7 mei 1990 25 juli 1994 4 oktober 1994 4 juni 1999 25 oktober 2004
1302 4 juli 1952 25 juli 1952 n.v.t. n.v.t. 1954 1956 1959 1961 1964 januari 1967 20 januari 1970 24 november 1972 21 december 1972 5 mei 1976 9 juni 1976 september 1979 1 november 1979 februari 1983 7 april 1983 3 november 1986 16 april 1987 7 januari 1992 12 maart 1992 15 april 1996 12 juni 1996 28 mei 2000 n.v.t. (NSM)
1303 7 augustus 1952 8 augustus 1952 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 22 juni 1953 19 juni 1953
1304 6 september 1952 8 september 1952 n.v.t. n.v.t. januari 1954 1956 1958 1960 1962 januari 1966 (H3) februari 1969 (H2) 8 november 1971 9 december 1971 13 september 1974 24 april 1978 18 juli 1978 maart 1981 8 december 1981 20 september 1985 24 maart 1986 31 januari 1990 20 april 1990 27 juni 1995 20 september 1995 28 mei 2000 n.v.t. (Stichting KLOK)
1305 19 september 1952 1 oktober 1952 n.v.t. n.v.t. 1954 1956 1958 1960 1962 december 1965 (H3) januari 1969 (H2) 14 oktober 1971 19 november 1971 16 oktober 1974 21 november 1974 28 juni 1978 augustus 1978 september 1982 15 februari 1983 10 december 1985 12 juni 1986 10 december 1990 19 april 1991 28 november 1994 26 januari 1995 21 juli 1999 27 september 2004
1306 17 oktober 1952 1 december 1952 1954 1956 1958 1961 1963 september 1966 november 1969 n.v.t. n.v.t. 4 april 1972 25 mei 1972 1 juli 1975 3 september 1975 n.v.t. n.v.t. april 1980 24 mei 1984 27 december 1984 10 oktober 1988 2 december 1988 28 december 1993 3 maart 1994 15 juli 1999 15 september 2004
1307 4 november 1952 1 december 1952 1954 1956 1958 1961 1963 juli 1966 oktober 1969 n.v.t. n.v.t. 13 september 1972 31 oktober 1972 1 december 1975 23 januari 1976 n.v.t. n.v.t. maart 1980 4 januari 1984 24 augustus 1984 november 1987 14 juni 1988 10 maart 1993 10 juni 1993 9 juni 1999 25 oktober 2004
1308 14 november 1952 1 december 1952 1954 1956 n.v.t. n.v.t. 1958 1960 1962 september 1965 (H3) januari 1969 20 december 1971 (H2) 25 januari 1972 (H2) 12 november 1974 19 december 1974 7 september 1978 november 1978 (H3) juni 1982 11 augustus 1986 16 januari 1987 18 november 1991 17 januari 1992 n.v.t. n.v.t 30 mei 1999 7 augustus 2003
1309 6 januari 1953 19 januari 1953 1954 1956 1958 1961 1963 november 1966 januari 1970 15 juni 1972 14 augustus 1972 23 december 1974 16 april 1975 februari 1979 n.v.t. n.v.t december 1980 6 april 1981 28 februari 1985 11 september 1985 19 december 1989 28 februari 1990 16 augustus 1993 20 december 1993 18 juni 1999 27 september 2004
1310 18 februari 1953 14 maart 1953 n.v.t. n.v.t. 1954 1956 1958 1961 1963 december 1966 n.v.t. n.v.t. januari 1970 9 oktober 1972 10 november 1972 16 maart 1976 23 april 1976 juli 1980 28 maart 1984 4 december 1984 2 december 1988 7 februari 1989 9 juni 1994 5 augustus 1994 22 juni 1999 15 september 2004
1311 27 januari 1954 8 februari 1954 n.v.t. n.v.t. 1956 1958 1960 1962 november 1965 december 1968 n.v.t. n.v.t. 30 augustus 1971 28 oktober 1971 16 september 1974 16 oktober 1974 7 mei 1976 4 februari 1977 (H3) januari 1981 9 november 1984 7 mei 1985 19 april 1990 juni 1990 8 augustus 1994 22 december 1994 2 juni 1999 11 oktober 2004
1312 15 maart 1956 11 april 1956 n.v.t. n.v.t. 2 mei 1958 1958 1960 1963 februari 1966 april 1969 29 november 1971 november 1971 n.v.t. n.v.t. 17 maart 1975 14 mei 1975 augustus 1979 maart 1983 24 mei 1983 n.v.t. n.v.t. 14 april 1986 20 november 1986 1 oktober 1991 21 november 1991 20 oktober 1995 22 december 1995 28 mei 2000 n.v.t. (NSM)
1313 18 april 1956 2 mei 1956 n.v.t. n.v.t. 1958 1960 1963 april 1966 1 april 1969 30 mei 1969 16 februari 1972 24 maart 1972 n.v.t. n.v.t. 8 september 1975 1 december 1975 november 1979 februari 1980 februari 1984 n.v.t. n.v.t. 4 maart 1987 15 oktober 1987 27 januari 1993 30 maart 1993 n.v.t. n.v.t. 30 januari 1998 11 oktober 2004
1314 18 mei 1956 8 juni 1956 n.v.t. n.v.t. 1958 1960 1963 mei 1966 september 1969 16 mei 1972 20 juni 1972 n.v.t. n.v.t. 23 januari 1976 24 maart 1976 september 1980 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. 11 september 1984 7 maart 1985 23 januari 1989 20 maart 1989 27 november 1992 25 februari 1993 30 november 1997 4 augustus 2004
1315 21 juni 1956 16 juli 1956 n.v.t. n.v.t. 1958 1960 maart 1963 maart 1966 juli 1969 26 januari 1972 9 maart 1972 n.v.t n.v.t. 14 mei 1975 11 juli 1975 juli 1979 februari 1983 n.v.t. n.v.t. 6 februari 1986 3 september 1986 30 mei 1991 9 augustus 1991 1 mei 1996 15 oktober 1996 28 mei 2000 n.v.t. (Stichting KLOK)
1316 10 juli 1956 16 juli 1956 n.v.t. n.v.t. 1958 1960 1963 juni 1966 september 1969 14 augustus 1972 11 september 1972 n.v.t. n.v.t. 21 oktober 1975 23 december 1975 2 november 1979 mei 1983 juni 1983 n.v.t. n.v.t. 19 december 1986 15 juli 1987 2 maart 1992 8 mei 1992 n.v.t. n.v.t. 25 juni 1997 9 juni 2004


Bronnen, Referenties en/of Voetnoten

  • Elektrische locomotieven serie 1300 Jarenlang de krachtpatser van NS - M. van Oostrom - Maandblad: Railmagazine, 16e Jaargang - april 1994 nummer 113 Blz: 25-32 Uitgave: Uquilair ISSN: 0926-3489